Waarom onze witte goederen niet langer zijn wat ze ooit waren

De hedendaagse huishoudelijke elektronica gaat veel minder lang mee dan de vorige generaties apparaten, maar dat is ook in belangrijke mate te wijten aan de houding van de consument. Dat zegt Nigel Cassidy, redacteur economie bij BBC News. De fabrikanten van elektronica hebben er weliswaar baat bij om zoveel mogelijk nieuwe producten te verkopen, maar men mag volgens Cassidy ook niet vergeten dat de consument zelf er gewoon aan geraakt is om elektronische gadgets heel snel te vervangen.

De gebruiker wil immers steeds over de nieuwste versies en functies kunnen beschikken, waardoor kwaliteit en duurzaamheid vaak minder belangrijk worden geacht.

“De technologie biedt voortdurend nieuwe functies aan,” merkt Nigel Cassidy op. “Dat heeft vele mensen gewoon gemaakt aan het idee dat toestellen zoals smartphones bijna elk jaar moeten worden vernieuwd. Daardoor lijken ook de verwachtingen over de levensduur van huishoudelijke apparaten teruggeschroefd te worden.”

“Shoppers zoeken online constant naar de goedkoopste prijzen en de fysieke winkels worden verplicht om zich aan die lagere prijsniveaus aan te passen om hun producten nog te kunnen verkogen. Deze prijserosie heeft echter een onvermijdelijke tol gehad op de kwaliteit en de levensduur van massaproducten.”

De Whitegoods Trade Association (WTA) erkent openlijk dat de levenscyclus van elektronische apparaten gevoelig is ingekort. “De levensverwachting van een wasmachine is het voorbije decennium met drie jaar ingekrompen,” wordt er toegegeven. “Men moet er echter rekening mee houden dat ruim 40 procent van de toestellen minder dan 300 pond kosten.”

“Deze goedkopere producten kunnen uiteraard niet dezelfde bouwkwaliteit, prestaties of levensduur bieden dan de duurdere apparaten uit het verleden.” Er wordt daarbij opgemerkt dat de levensverwachting van een aantal goedkopere producten nog slechts enkele jaren bedraagt.

Nigel Cassidy merkt echter op dat de ecommerce ook de band tussen de consument en de lokale verkoper heeft gebroken. “Die lokale bedrijven boden een service aan voor alle producten die werden verkocht en die dienstverlening overtrof vaak de officiële garantie-periode,” voert hij aan. “Op dit ogenblik leidt de retailsector zelfs geen technici meer op.”

Robert Chapman, managing directeur van het Britse familiale elektronica-bedrijf Chapmans, voert nochtans aan dat negen op tien defecte wasmachines nog altijd perfect hersteld kunnen worden. Dat geldt ook driekwart van de flatscreen-televisietoestellen. Apparatuur wordt volgens hem dan ook veel te snel afgeschreven.

“Een levensduur van tien jaar is niet in het belang van de producenten,” benadrukt Chapman. “Deze concerns beschikken niet over rendabele reparatie-departementen, zodat de klant altijd naar nieuwe producten zal worden gestuurd.” (mah)

Meer