Bedrijven schreeuwen ondanks de vertragende economie om werknemers. Arbeidseconomen waaronder Stijn Baert stellen resoluut dat er slechts één probleem is dat moet opgelost worden: het optrekken van de werkzaamheidsgraad, wereldwijd maar vooral ook in België. We hebben immers handen te kort. Dit is al bij al toch verbazend dat ondanks de beloftes van automatisatie en robotisering er toch nog mensen nodig zijn om de economie te laten draaien. Waar blijft die technologische revolutie die de mens overbodig ging maken?
Vrijetijdsnirvana… nog niet voor vandaag
15 uren per week werken. Het lijkt een onbereikbare droom vandaag voor velen onder ons. Volgens een studie van Securex werkt een zelfstandige in België gemiddeld 57 uren per week. Dat is het hoogste aantal in Europa notabene. Ook het aantal uren dat je in de privésector moet werken is in de voorbije 10 jaar niet meer gedaald.
De voorspelling van ’s werelds beroemdste econoom
Het was John Maynard Keynes, illuster Brits econoom die in België werd uitgeroepen tot allerbelangrijkste econoom uit de geschiedenis , die ons die 15-urige werkweek beloofde. In 2030 nog wel. Hij deed de uitspraak in 1930. Hij drukte het als volgt uit: “Ik voorspel dat de levensstandaard in geavanceerde economieën minimum 4 à 8 keer hoger zal zijn dan vandaag.
Het was het ongelooflijke vooruitgangsgeloof dat deze voorspelling rechtvaardigde. Na 50 jaar van versnelde technologische doorbraken. Van het op grote schaal gebruik van chemicaliën tot de revolutie in mobiliteit met de democratisering van het autogebruik en de doorbraak van elektriciteit. Na de Tweede Wereldoorlog werd die voorspelling ook waargemaakt zoals onderstaande tabel aantoont. Het aantal uren dat de westerling moest werken nam drastisch af. En dan niets meer. Wat is hier aan de hand?
Minder werkers voor meer werk
Enerzijds hebben arbeidseconomen zoals Stijn Baert natuurlijk een punt. Door de dalende werkzaamheid moeten minder schouders meer werk dragen. Denk maar aan de schrijnende taferelen in het onderwijs waar almaar minder leraars meer taken krijgen en het niveau van opleiding hieronder zwaar onder lijdt.
Te weinig jobvoldoening
Verder hebben veel mensen een onrealistische verwachting. Ze menen dat er iets bestaat als de ideale job die ook nog eens goed betaald wordt. De realiteit is echter dat interessante jobs zeer schaars zijn. Het mag dan ook niet verbazen dat heel wat mensen, en vooral jongeren, naarstig op zoek zijn naar een waardige jobinvulling en dus ook gemakkelijker uit de arbeidsmarkt treden. Één op drie overweegt een carrièreswitch, leerden recente cijfers. Maar ook oudere werknemers die het zich kunnen veroorloven, stappen vroeger uit de arbeidsmarkt. De fameuze ‘Great Resignation’ in de Verenigde Staten is daar een mooi voorbeeld van.
De echte oplossing
Er is echter een andere veel aantrekkelijkere oplossing: het verhogen van de arbeidsproductiviteit. Bedrijven en de overheid zouden blijvend kunnen investeren in kapitaal zodat de arbeidsproductiviteit naar boven gaat. Minder mensen maar evenveel bruto binnenlands product. Alleen wringt daar het schoentje.
Arbeidsproductiviteit wordt gemeten door de output per uur arbeid af te zetten tegen het reële bbp.
Als je de Belgische cijfers vanaf 1995 analyseert zie je, ondanks de bokkesprongen als gevolg van de pandemie, dat er sinds 2015 nog amper groei is. Mochten we teruggaan tot 1945, dan zouden we zien dat we in de laatste tien jaar gewoon stilstaan.
Staat die revolutie dan toch voor de deur?
Misschien staan we voor de grootste technologische revolutie in de geschiedenis. Vooruitgangsdenkers als Steven Pinker, Raymond Kurzweil en Peter Diamandis prijzen alle technologieën aan die volgens hen nu zullen doorbreken: Artificiële intelligentie die vervelende kennisjobs zal overnemen, robots die ‘Crispr Cas-9’ toepassen om ons de beste gezondheidszorg in de wereldgeschiedenis te bezorgen en een radicale energierevolutie die de aarde afkoelt.
Ondertussen merken we dat het moeilijk is om een operatie te boeken, verbruiken we meer olie dan ooit en is er nog altijd geen boekhouder uitgespaard omdat alle input toch nog even moet nagekeken worden. En zelfs oppergod Elon Musk is gestopt met zelfrijdende wagens te beloven omdat in de praktijk blijkt dat menselijk gedrag iets moelijker te voorspellen en te sturen is.
Het kan natuurlijk dat al deze technologieën zullen doorbreken. Dan kan het Utopia toch van start gaan en wordt onze grootste zorg een vlucht te boeken naar Tenerife, terwijl we allemaal, afhankelijk van het aantal uren dat we nog willen werken, rijkelijk worden betaald.
Of zou Peter Thiel -beruchte investeerder uit Silicon Valley van het kaliber van Elon Musk- toch gelijk hebben toen hij zei: “We wilden vliegende wagens, maar we kregen 140 karakters’?
Xavier Verellen is auteur en ondernemer. Zijn recente boek ‘Topsporters zijn CEO’s’, dat aantoont dat leiderschap het verschil maakt tussen kampioenen en superkampioenen, is te koop in de Standaard Boekhandel of online via https://topsporterszijnceos.businessam.be/