Sebastian Coe, de voorzitter van World Athletics, noemt de diplomatieke boycot van de Olympische Winterspelen in Peking “zinloos”. Verschillende landen kondigden de boycot aan uit protest tegen de schendingen van de mensenrechten in China.
Australië, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten kondigden de afgelopen weken aan de Olympische Winterspelen in Peking te boycotten, althans op diplomatiek vlak. Hun atleten zullen dus nog steeds aan het evenement deelnemen, maar er zullen geen politieke afgevaardigden naar China afzakken om de Spelen bij te wonen. Naast een sportgebeuren vormen de Olympische Spelen namelijk een uitgelezen moment voor diplomaten om elkaar te ontmoeten.
“Sport biedt een vorm van stabiliteit”
Sebastian Coe, voorzitter van de wereld-atletiekbond World Athletics, is niet gewonnen voor zo’n politiek boycot. “Boycots getuigen van historische onwetendheid en zijn intellectueel oneerlijk. Een diplomatiek boycot is eerlijk gezegd zinloos. In een wereld waar ik geloof dat discussie en relaties belangrijk zijn, zie ik isolatie maar weinig vruchten afwerpen”, zegt de voormalige Olympisch atleet aan The Guardian.
Coe werpt de kritiek dat hij de problematiek in China negeert van zich af: “Ik ben niet onbezorgd of achteloos over mensenrechten, ik neem ze heel serieus”, verdedigt Coe zich. “Maar we moeten realistisch zijn. Als we met onze evenementen de wereld rond reizen, zullen we tegen uitdagingen stoten op cultureel, sociaal en politiek vlak. Mijn standpunt hierrond is als volgt: in een imperfecte wereld, biedt sport als enig continuüm een vorm van stabiliteit.”
Omstreden Spelen
De Winterspelen in Peking in 2022 zijn al voor de start enorm omstreden. Wegens verschillende ingrepen door de Chinese overheid weigert een reeks landen politieke afgevaardigden naar Peking te sturen. De onmenselijke behandeling van de Oeigoeren wordt als voornaamste reden gezien voor de diplomatieke boycot. Canada, Australië en het Verenigd Koninkrijk sloten zich aan bij het Amerikaanse initiatief tot de boycot. Bij de EU-landen heerst minder enthousiasme om met de Angelsaksische landen mee in zee te gaan.
Meer op sportief vlak, speelt de toestand rond de Chinese tennisster Peng Shuai ook een rol. Mensenrechtenorganisaties vermoeden dat zij, sinds ze een Chinese toppoliticus beschuldigde van verkrachting, onder streng toezicht staat van de Chinese staat. Schandalen over hooggeplaatste politici zijn een enorm taboe bij de Communistische Partij, die een krenkloos imago wil laten uitschijnen. De Women’s Tennis Association (WTA) schorste daarom alle tennistoernooien die ze in China organiseerde.
“Zo’n aanpak is iets waar elke sport zelf over moet beslissen”, zegt Coe over de aanpak van de WTA. “Het is niet het soort aanpak dat we met World Athletics zouden nemen, en op lange termijn heb ik twijfels of het zijn doel wel bereikt.” Volgens Coe moeten alle atleten hun mening kunnen uiten, maar moeten sportorganisaties en politici oppassen dat ze met hun maatregelen niet extrapoleren.
(mah)