Wie in Vlaanderen een woning huurt, betaalt daar vandaag gemiddeld 800 euro per maand voor. Door de hoge inflatie zijn de huurprijzen met gemiddeld 3,7 procent gestegen in de eerste jaarhelft (tegenover dezelfde periode vorig jaar).

De torenhoge inflatie treft ons op verschillende manieren in onze portefeuille. Terwijl mensen met een woonlening nu gouden zaken doen, moeten huurders net meer geld op tafel leggen voor een dak boven hun hoofd. Een woonlening neemt door de automatische loonindexering een almaar kleinere hap uit het gezinsbudget. Verhuurders daarentegen mogen de huurprijs jaarlijks aanpassen aan de gestegen levensduurte.

In Vlaanderen is de gemiddelde huurprijs door de hoge inflatie gedurende de eerste jaarhelft gestegen met 3,7 procent gestegen tot 800 euro. Dat blijkt uit de huurbarometer van de makelaarsfederatie CIB Vlaanderen. Dat is een aanzienlijke stijging in vergelijking met de voorbije jaren. In het gehele jaar 2021 stegen de huurprijzen slechts met 2,4 procent, het jaar daarvoor met 2,2 procent.

Appartementen en rijwoningen

“De snellere prijsgroei is te verklaren door twee factoren. Ten eerste zien we iets meer verhuringen van rijwoningen, halfopen bebouwingen en vrijstaande woningen. Niet spectaculair veel meer, maar voldoende om de globale gemiddelde prijs naar boven te trekken”, verduidelijkt Kristophe Thijs, directeur Communicatie CIB Vlaanderen. “Om de invloed van de tweede factor – de stijgende inflatie – goed in te schatten, kijk je dus best naar de prijzen voor elk woningtype afzonderlijk. Daar zien we dat de prijsgroei al sinds 2019 aantrekt en nu nog wat hoger lijkt te schakelen.”

Appartementen en rijwoningen zijn met respectievelijk 71,8 en 14,5 procent van alle verhuringen nog steeds de dominante woningtypes op de huurmarkt.

Een appartement huren, kost maandelijks 759 euro. Dat is een stijging met 2,9 procent in vergelijking met de eerste jaarhelft van 2021. De huurprijs van een rijhuis is gedurende diezelfde periode gestegen met 4,2 procent tot 875 euro. “De prijsstijgingen voor rijhuizen liggen al langer een stuk hoger en hebben zeker in het coronatijdperk een sprong gemaakt”, klinkt het. “Daarmee zien we hetzelfde fenomeen op de huurmarkt als op de koopmarkt: een zoektocht naar een huis, liefst met een tuintje, in de stadsrand.” De makelaarsfederatie sluit niet uit dat een rijwoning tegen het einde van dit jaar 5 procent duurder kan zijn (op jaarbasis).

Huurprijs per Vlaamse provincie

De cijfers van CIB Vlaanderen tonen ook aan dat West-Vlaanderen de goedkoopste provincie blijft om te huren. Daar betaal je gemiddeld 691 euro per maand. Met een huurprijs van 961 euro is Vlaams-Brabant de duurste provincie voor huurders.

West-Vlaanderen

• Gemiddelde huurprijs: 724 euro
• Huurprijs appartement: 691 euro
• Huurprijs rijhuis: 765 euro

Limburg

• Gemiddelde huurprijs: 759 euro
• Huurprijs appartement: 715 euro
• Huurprijs rijhuis: 844 euro

Oost-Vlaanderen

• Gemiddelde huurprijs: 788 euro
• Huurprijs appartement: 741 euro
• Huurprijs rijhuis: 870 euro

Antwerpen

• Gemiddelde huurprijs: 829 euro
• Huurprijs appartement: 795 euro
• Huurprijs rijhuis: 1.029 euro

Vlaams-Brabant

• Gemiddelde huurprijs: 961 euro
• Huurprijs appartement: 856 euro
• Huurprijs rijhuis: 1.098 euro

Brussel

CIB Vlaanderen heeft ook cijfers gedeeld over de huurprijzen in Brussel. Die tonen aan dat de gemiddelde huurprijs aldaar gestegen is met 2 procent tot 1.104 euro. In nagenoeg elke Brusselse gemeente betaal je meer dan 1.000 euro om een woning te huren. Voor een appartement betaal je gemiddeld 1.069 euro per maand en voor een rijwoning 1.799 euro.

(lb)