Verdachten van poging tot ontvoering Vincent Van Quickenborne (Open Vld) worden niet vervolgd

Het federaal parket gaat zes Nederlandse verdachten niet vervolgen in de zaak rond een vermeende poging tot ontvoering van voormalig minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open Vld). Volgens het parket is er geen bewijs tegen de zes.

In het nieuws: De zes Nederlanders worden niet meer aangeklaagd wegens poging tot ontvoering.

  • Van Quickenborne is mogelijk ontsnapt aan een poging tot ontvoering in september 2022. Volgens informatie die politie-inspecteurs opvingen, werd er vanuit het drugsmilieu een poging ondernomen om “in Kortrijk een minister te ontvoeren”. Aan de woning van Van Quickenborne werd vervolgens een auto met wapens erin aangetroffen. De minister verbleef daarna enige tijd in een safehouse.
  • Door verder onderzoek werden snel vier Nederlanders opgepakt. Vervolgens volgden nog twee andere arrestaties. Maar het openbaar ministerie kan nu niet bewijzen dat de zes betrokken zijn bij de poging tot ontvoering, schrijft Het Nieuwsblad. Dat er een plan was om Van Quickenborne te kidnappen, staat zo goed als vast. Alleen kan dat niet gelinkt worden aan de zes verdachten.
  • Het federaal parket besloot dan ook om de aanklacht ‘poging tot gijzeling of wederrechtelijke vrijheidsberoving’ te laten vallen. De zes worden wel nog vervolgd voor andere misdrijven: lidmaatschap van een criminele organisatie en verboden wapenbezit.

Bijkomend onderzoek

Om te volgen: Voor Vincent Van Quickenborne is hiermee de kous niet af.

  • Jan Leysen, de advocaat van Van Quickenborne, zegt tegenover VRT NWS verbaasd te zijn over de beslissing van het parket. “Eerst moest hij (Van Quickenborne, red.) onderduiken, daarna vinden ze wapens en spanbandjes in de buurt en nog eens daarna wil het parket de verdachten buiten vervolging stellen”.
  • “Er zou te weinig bewijs zijn, maar ik vind het allemaal toch een beetje te toevallig”, stelt Leysen. Hij heeft dan ook om een bijkomend onderzoek gevraagd. Waar dat precies om draait, wil hij niet kwijt, maar hij hoopt daarmee te weten te komen “hoe die bocht (van het parket, red.) er is gekomen”.
  • “Het is de raadkamer die daar nu moet over oordelen”, aldus Leysen. Het is voorlopig niet duidelijk wanneer de raadkamer in Kortrijk een nieuw oordeel velt over de zaak. Als dat oordeel er is, dan weten we definitief wie zich voor welke feiten moet verantwoorden.
Meer

Ontvang de Business AM nieuwsbrieven

De wereld verandert snel en voor je het weet, hol je achter de feiten aan. Wees mee met verandering, wees mee met Business AM. Schrijf je in op onze nieuwsbrieven en houd de vinger aan de pols.