Het aantal elektrische wagens in Europa blijft marginaal. Dat blijkt uit de meest recente studie van de European Automobile Manufacturers’ Association (ACEA). Vorig jaar reden in Europa amper 2% elektrische voertuigen rond. Dat is wel een verdubbeling van de score van 2015, maar het blijft erg laag.
De kampioen van de elektrische voertuigen is daarenboven ook nog eens een land dat geen deel uitmaakt van de Europese Unie: Noorwegen. Daar bereikt het aandeel van elektrische auto’s (100% elektrisch en plug-in hybrides) 49% van de nieuwe automarkt.
Zweden is de beste leerling van de EU-klas met een totaal van amper… 8%. Dan volgen Nederland (6,7%), Finland (4,7%), Portugal (3,4%) , Oostenrijk en Groot-Brittannië (2,5%), België (2,4%), Frankrijk en Denemarken (2,1%) en tenslotte Duitsland (2%).
Vooral de voormalige Oostbloklanden scoren erg slecht met percentages tussen de 0,4% voor Litouwen en Tsjechië. 0,2% voor Polen en 0,3% voor Slovakije. Ook Griekenland scoort met 0,3% erg laag.
Opvallende logica achter deze cijfers: met uitzondering van Portugal bevinden de landen met de hogere percentages zich allemaal in het rijkere Noorden van Europa.
Vraag is dan ook hoe de producenten van auto’s de boetes zullen kunnen vermijden die de Unie hen straks zal opleggen. Vanaf 2021 gaat de EU immers boetes uitdelen aan autofabrikanten waarvan de gemiddelde uitstoot van de nieuw verkochte auto’s te hoog is. Deze boetes worden berekend op basis van het gemiddelde aantal auto’s per fabrikant dat vanaf volgend jaar wordt afgekeurd.
In totaal dreigen boetes van in totaal 33,6 miljard euro. Bij gewijzigd beleid zou dat bedrag dalen tot 14 miljard euro. Uit berekeningen van automarktonderzoeker Jato blijkt dat bij ongewijzigd beleid Volkswagen de hoogste boete zou moeten betalen: 2.525 euro per verkochte auto. Voorlopig zouden enkel Tesla en Smart de norm van 95 gram CO2 per kilometer halen. Fabrikanten mogen wel samenwerken. Zo wil Fiat Chrysler een boete ontlopen door ‘CO2-credits’ te kopen van Tesla.
Dieselgate deed CO2-uitstoot weer stijgen
Fabrikanten hebben de CO2-uitstoot na een jarenlange daling, de voorbije jaren weer zien stijgen. Dat is een gevolg van Dieselgate, het schandaal dat aan het licht bracht dat dieselmotoren een grotere uitstoot hadden dan officieel werd opgegeven.
Consumenten zijn daarna de dieselwagen massaal gaan boycotten om terug over te schakelen op benzineauto’s. Maar ie stoten per gereden kilometer meer CO2 uit dan een vergelijkbare dieselauto. Eén op drie nieuwe Europese auto’s was in 2018 een diesel. Enkele jaren geleden was dat nog ruim de helft.
Is hier opnieuw sprake van een kloof tussen de politiek en de realiteit van de markt? Wie boetes wil vermijden moet de verkoop van nieuwe elektrische voertuigen (nulemissies en plug-in hybrides) sterk gaan aanzwengelen. Want Brussel wil de uitstoot tussen 2021 en 2030 nog eens met 37,5% doen dalen.
Tenlsotte zijn er nog de laadpunten. In totaal telt Europa vandaag er minder dan 144.000. 76% daarvan bevinden zich in exact 4 landen. Volgens de berekeningen van de Europese Commissie moet hun aantal tegen 2030 worden opgevoerd tot minstens 2,8 miljoen.
“Elektrische auto’s interesseren niemand”
Dat er weinig interesse is voor elektrische wagens bevestigt alvast Klaus Frölich, bij de Duitse constructeur BMW verantwoordelijk voor onderzoek en ontwikkeling. Zijn uitlatingen bevestigen grotendeels wat de studie van ACEA wil laten uitschijnen. Volgens hem zijn het vooral de wetgevers die de technologie willen doordrukken.Pas wanneer de chauffeur de voordelen van elektrische auto’s ervaart, zal hij volgens Frölich naar de nieuwe technologie overstappen.
“BMW zou perfect in staat zijn om Europa met een miljoen elektrische wagens te overspoelen,” aldus Frölich. “De consument heeft momenteel echter geen enkele intentie om voor een elektrische optie te kiezen. Promotoren van de elektrische aandrijving zien over het hoofd dat de technologie nog altijd een aantal risico’s inhoudt die de Europese chauffeur niet wenst te nemen.”
“Er is immers nog geen infrastructuur beschikbaar die met een elektrische auto het rijcomfort van verbrandingsmotoren kan evenaren. Onder meer de dichtheid van de oplaadstations en het bereik van de batterijen baren de chauffeur nog altijd zorgen. Daarnaast heeft de bestuurder ook geen enkel idee over de doorverkoopwaarde van elektrische wagens.”