De Turkse minister van Financiën Lutfi Elvan is woensdag afgetreden. Vrijwel meteen verving president Recep Tayyip Erdogan hem door een loyalist aan te stellen. Dat te midden van een scherpe duik van de lira.

Lutfi Elvan zou de laatste overgebleven stem geweest zijn van de economische orthodoxie in de Turkse regering. Hij diende woensdag zijn ontslag in en heeft volgens het Turkse staatsblad gevraagd om van zijn taken te worden ontheven.

Lira verloor 40 procent waarde

Na weken van geruchten dat hij wilde aftreden, werd Elvan vervangen door Erdogan-vertrouweling Nureddin Nebati. Die laatste wordt gezien als een nauwe vriend van Erdogans schoonzoon Berat Albayrak, die vanaf 2018 een zeer omstreden termijn als minister van Financiën diende voordat hij in november 2020 aftrad nadat de president een reorganisatie in het beheer van de centrale bank had aangekondigd.

Nebati was al drie jaar lang viceminister van Financiën en zei dat Turkije al jaren probeert een beleid van lage rentetarieven te voeren, maar daarbij op hevig verzet stuit. “Deze keer zijn we vastbesloten om het uit te voeren”, schreef hij op Twitter. Volgens hem was er “geen probleem” met het laag houden van de rentetarieven in de huidige marktomstandigheden.

De lira verloor sinds september bijna 40 procent van zijn waarde. Voor 1 euro krijg je nu ongeveer 15 lira, begin november nog 11.

Erdogan, een levenslange tegenstander van hoge rentetarieven, heeft de centrale bank onder druk gezet om de rente herhaaldelijk te verlagen. Hij heeft het referentiepercentage verlaagd tot 15 procent ondanks een jaarlijkse inflatie van bijna 20 procent.

165 miljard dollar

Het ontslag van Elvan kwam er nadat de Turkse centrale bank had aangekondigd terug te keren naar een controversieel beleid van interventies op de valutamarkten in een poging om de tuimelende lira te stabiliseren, ondanks de beperkte deviezenreserves.

Sinds 2018 werd zo’n 165 miljard dollar uitgegeven om de lira overeind te houden.

De Turkse centrale bank zei woensdag dat “ongezonde prijsvormingen” aanleiding waren geweest voor het besluit om harde valuta, waaronder Amerikaanse dollars, te verkopen in een poging de lira te ondersteunen.

(bzg)