De aandelenbeurzen in New York zijn woensdag met verliezen de handel uitgegaan. Beleggers deden met name aandelen van technologiefondsen van de hand, wat vooral negatief uitpakte voor techgraadmeter Nasdaq. De handelaren stapten over op fondsen die naar verwachting meer zullen profiteren van het economische herstel uit de coronacrisis. De hoop wordt gestut door steunmaatregelen en de uitrol van vaccinaties.
Grote techbedrijven als Amazon, Apple en Microsoft verloren tot 2,9 procent. De Nasdaq, verloor door de brede techuitverkoop uiteindelijk 2,7 procent tot 12.997,75 punten. Ook de S&P 500 stond onder druk. De brede graadmeter zakte 1,3 procent tot 2.819,72 punten. De leidende Dow-Jonesindex hield de schade beperkt met een verlies van 0,4 procent tot 31.270,09 punten.
Tegenover de daling van technologiefondsen stond een opleving van financiële fondsen, energiebedrijven en industriële bedrijven. Beleggers op Wall Street reageerden verder op een tegenvallend banenrapport van loonstrookverwerker ADP. Dat zorgde al bij de openingsbel voor een mineurstemming. Uit het rapport van ADP bleek dat de werkgelegenheid in het Amerikaanse bedrijfsleven in februari minder sterk toenam dan verwacht. De stijging was ook minder dan een maand eerder. Verder bleek dat de activiteit in de dienstensector in de VS onverwacht was vertraagd. Dit was vooral het gevolg van de winterstormen die het land vorige maand teisterden.
Ook bleek uit een rapport van de Federal Reserve dat de Amerikaanse economie in de eerste twee maanden van 2021 een lichte groei heeft laten zien. Daarbij is het sentiment onder bedrijfseigenaren toegenomen doordat de coronavaccinaties de vooruitzichten voor de economie ondersteunen Oliemaatschappijen ExxonMobil en Chevron stegen tot 1,1 procent, geholpen door de oplopende olieprijzen. De brandstofvoorraden in de VS slonken vorige week in het hoogste tempo sinds 1990, in de nasleep van het barre winterweer. Daarbij is er sprake van een aantrekkende vraag. ExxonMobil maakte ook nog wel bekend zijn personeelsbestand in Singapore, waar het grootste olieraffinage- en petrochemische complex is gevestigd, met ongeveer 7 procent te willen inkrimpen. Dit vanwege “ongekende marktomstandigheden” als gevolg van de coronapandemie.
Een vat Amerikaanse olie werd 2,5 procent duurder op 61,22 dollar. Brentolie steeg 2,1 procent tot 64,04 dollar per vat. De euro was 1,2065 dollar waard, tegenover tegen 1,2070 dollar bij het slot van de Europese beurzen. (BTL, ECO, RHA, nl)