Fevia, de federatie van de Belgische voedingsindustrie, klaagt over de explosieve groei van het grensoverschrijdend winkelen. Maar ondertussen rijzen de prijzen in de supermarkten nog altijd de pan uit, aldus consumentenorganisatie Testaankoop, terwijl de grondstoffenprijzen op internationaal niveau al lang aan het dalen zijn. Half juli riep de minister van Economie de industrie op om een inspanning te leveren. De winkels wijzen op hun beurt met een beschuldigende vinger in de richting van de overheid. Volgens hen zijn er te veel concurrentienadelen tegenover de winkels in het buitenland.
In het nieuws: Test-Aankoop merkt op dat de voedselprijzen heel lichtjes dalen.
- Na een voedselinflatie van zo’n 20 procent in het eerste kwartaal van dit jaar, zijn de prijzen eindelijk aan het dalen. In juli betaalden we 15,4 procent meer voor een winkelkar in vergelijking met een jaar eerder. Op maandbasis zijn de supermarktprijzen zelfs met 1,6 procent gedaald. Maar dat is ook het enige goede nieuws.
- “Een gezin van twee personen gaf in juli gemiddeld 531 euro uit in de supermarkt, dat is 71 euro meer dan in dezelfde periode vorig jaar”, aldus de consumentenorganisatie.
- De prijzen van bepaalde producten zijn fors de hoogte ingeschoten. Groenten zijn gemiddeld 33 procent duurder dan vorig jaar. De prijs van wortelen is bijna verdubbeld (+87 procent). Voorts betalen we onder meer voor ketchup (+44 procent), mosterd (+39 procent), diepvriesfrieten (38 procent) en tomatenpuree (+35 procent) veel meer dan tijdens dezelfde periode vorig jaar.
- Uiteindelijk blijven de prijzen in de supermarkt stijgen, ondanks een daling van de grondstoffenprijzen. “De internationale graanprijs is sinds oktober (2022) gedaald met 17 procent”, merkt Testaankoop op. “De zuivelprijzen zijn sinds juni 2022 gezakt met 22 procent. ” Hetzelfde geldt voor plantaardige oliën (-54 procent sinds maart 2022), maar de prijzen van de meeste producten die de consumentenorganisatie heeft bestudeerd, zijn niet gedaald.
- Testaankoop zal de huidige situatie voorleggen aan de Belgische Mededingingsautoriteit. “We zijn ons er terdege van bewust dat er naast de prijs van energie en grondstoffen nog een aantal andere factoren zijn die de prijs van een product bepalen, zoals verpakking, transport en loonkosten. We zijn echter bezorgd over het feit dat bepaalde grondstoffen goedkoper worden, terwijl de prijzen van bepaalde producten in de winkel verder stijgen”, zegt Julie Frère, woordvoerster van Testaankoop.
Zoom out: Hoge prijzen in eigen land beïnvloeden onze winkelgewoontes.
- Fevia, de federatie van de Belgische voedingsindustrie, waarschuwde onlangs dat meer en meer Belgen de grens oversteken om hun boodschappen te doen. In de eerste drie maanden van dit jaar is het aantal aankopen van Belgen in Frankrijk met 70 procent gestegen ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar.
- In 2022 hebben de Belgen voor 315 miljoen euro aan voeding gekocht in Frankrijk, oftewel 58 procent van het totale bedrag aan grensoverschrijdende aankopen. In 2023 zal het waarschijnlijk nog meer zijn. De handelsfederatie Comeos heeft onlangs een studie uitgevoerd waaruit blijkt dat Belgen massaal inkopen doen in Frankrijk en Nederland. Op jaarbasis zou dit neerkomen op een inkomstenverlies van 1,6 miljard euro.
- Waarom verlaagt de sector zijn prijzen dan niet? Fevia gelooft dat de winstgevendheid van de sector onder druk staat en wijst op “een combinatie van structurele handicaps”. Die omvatten “de hogere loonkosten, de talloze belastingen en het Belgische energiebeleid.”
- “Willen we morgen nog Belgische voeding op tafel, dan gaan onze beleidsmakers hun focus absoluut meer moeten richten op onze voedingsindustrie als essentiële sector en centrale schakel in de agro-voedingsketen. Anders riskeren we op termijn ook voor onze voeding afhankelijk te worden van het buitenland”, zegt Bart Buysse, CEO van Fevia, in een persbericht. De federatie vraagt de beleidsmakers om maatregelen te nemen die de concurrentiekracht van de Belgische voedingsindustrie kunnen waarborgen en versterken:
Het probleem: De politici wijzen met een beschuldigende vinger in de richting van de industrie.
- In Frankrijk heeft de regering onderhandelingen gevoerd met grote industriële voedingsgroepen. Ze hebben toen samen beslist om de prijs van bepaalde voedingsproducten te laten zakken. Pierre-Yves Dermagne (PS), minister van Economie, heeft onlangs de verschillende spelers (industrie en distributeurs) in ons land opgeroepen om tot een soortgelijk akkoord te komen.
- Die reageerden eerder koeltjes op die oproep, waardoor de minister dreigde om de prijzen te bevriezen.
- “Ik betreur de zachte toon van de boodschap van Fevia”, zei Pierre-Yves Dermagne onlangs in een persbericht.
- “Ik had verwacht dat de spelers in de sector akkoord zouden gaan om te onderhandelen over de winkelprijzen. De prijzen van veel grondstoffen (granen, melk, plantaardige oliën, enz.) dalen wereldwijd. Hetzelfde geldt voor de energieprijzen. Maar deze daling wordt nog steeds niet volledig weerspiegeld in de prijzen die Belgische consumenten betalen”, aldus de minister.
- Ook de kritiek van Fevia op de automatische loonindexering kan de minister van Werkgelegenheid niet verdragen. “Dat systeem helpt de consumenten om het verlies van hun koopkracht te beperken. Het is ongelooflijk om te horen dat dit mechanisme de voedingsindustrie zou ondermijnen, terwijl juist deze industrie afhankelijk is van de koopkracht van consumenten”, klonk het.
- De socialist is in het offensief gegaan en nam enkele maatregelen. Hij laat de voedselprijzen in de supermarkten elke maand monitoren en vergelijken met het buitenland. Verdachte prijsevoluties zullen worden uitgespit door de concurrentiewaakhond.
Conclusie: De Belgen zijn vrij om te winkelen waar ze willen. Ze gaan waar de prijzen het laagst zijn en dit is een heel gezonde manier om de prijzen te doen dalen. Het is aan de spelers in de sector, de distributeurs en de politiek om orde op zaken te stellen en de Belgische consumenten terug te brengen naar hun thuisland.
(ns/as)