Voor het eerst in jaren is de uitstoot van nieuwe wagens in de Europese Unie gedaald. Dat komt omdat Brussel sinds het begin van dit jaar strengere uitstootnormen hanteert. Verschillende grote autofabrikanten zitten op schema om de normen te halen, door in te zetten op elektrische wagens.
Sinds het begin van dit jaar mogen nieuw ingeschreven wagens niet meer dan 95 gram CO2 per kilometer uitstoten. Volvo, BMW Group, Renault en PSA Group zijn de belangrijkste automakers die de opgelegde limieten zullen respecteren dit jaar. Door de strengere normen is de verkoop van elektrisch aangedreven wagens in de EU maar liefst verdrievoudigd.
Boetes en prikkels
De opmars van batterijwagens heeft bijgedragen tot het verminderen van de CO2-uitstoot van nieuwe wagens tot 111,2 gram per kilometer. Dat is 9,2 procent minder dan vorig jaar. Zo’n daling werd al meer dan 10 jaar niet meer gerealiseerd.
De cijfers komen uit een nieuw rapport van de milieudenktank Transport & Environment. ‘De verkoop van elektrische wagens is aan het boomen dankzij de uitstootnormen van de EU. Volgend jaar zal één van elke zeven nieuw verkochte wagens in Europa een plug-inmodel zijn’, zegt onderzoeker Julia Poliscanova in de begeleidende perstekst.
Fabrikanten van wie de nieuwe auto’s meer dan 95 gram CO2 per kilometer uitstoten moeten sinds het begin van dit jaar een boete van 6.000 euro per verkochte wagen betalen. De norm geldt echter als gemiddelde voor het volledige gamma. Autobouwers hebben dus de uitrol van hybride of volledig elektrische modellen versneld en opgedreven. Zo drukken ze hun gemiddelde uitstoot. Tegelijkertijd stimuleren heel wat Europese landen de aankoop van elektrische modellen met allerlei fiscale voordelen.
Slechte leerlingen
Niet alle autobouwers zijn mee, volgens het rapport. Onder meer Volkswagen, Mercedes-bouwer Daimler AG en Jaguar Land Rover zullen in hun buidel mogen tasten. Zij rekenen nog te veel op de verkoop van benzinewagens enerzijds, maar vooral op SUV’s. Dat de gemiddelde uitstoot van nieuwe wagens de voorbije jaren maar bleef stijgen ondanks steeds efficiëntere motors, kwam voornamelijk door de populariteit van de vaak onnodig grote en zware SUV’s.
De Europese toezichthouder voorzag dit jaar nog enige maneuvreerruimte voor de constructeurs. De minst vervuilende auto’s mochten twee keer worden geteld, en bedrijven konden hun wagenpark bundelen. Fiat Chrysler heeft bijvoorbeeld Tesla onder de arm genomen om zijn gemiddelde te drukken. Ook moesten de autobouwers dit eerste jaar van de strengere normen maar 95 procent van hun verkoop tellen, zo konden ze hun meest vervuilende modellen nog uit de tabellen houden. Vanaf volgend jaar tellen alle verkopen, zonder achterpoortjes.
Volgens het rapport zullen er tegen het einde van dit jaar 1 miljoen EV-wagens verkocht zijn in Europa. Dat is dubbel zoveel als vorig jaar. In 2021 wordt de totale verkoop op 1,8 miljoen geschat.
Toch waarschuwt het rapport dat de EU niet op zijn lauweren mag rusten. ’EU-fabrikanten doen terug mee in de EV-wedloop. Maar zonder nog ambitieuzere CO2-doelstellingen in 2025 en 2030 om ze aan te sporen, zullen ze het momentum al in 2022 verliezen.’