Key takeaways
- De Europese Associatie van Autofabrikanten (ACEA) maakt zich zorgen over het halen van de 2030-doelstelling om de CO2-uitstoot met 43 procent te verminderen.
- Ondanks de uitdagingen omarmen sommige transportbedrijven de verschuiving naar elektrische trucks.
- Europese truckfabrikanten ondervinden minder concurrentie van Chinese bedrijven door de strenge Europese regelgeving en uitgebreide service- en onderhoudsfaciliteiten in Europa.
De emissienormen voor vrachtwagens en auto’s worden steeds strenger, wat een grote uitdaging vormt voor auto- en vrachtwagenfabrikanten. Dit jaar is het doel om de CO2-uitstoot met 15 procent te verminderen ten opzichte van 2019. In 2030 moet de uitstoot met 43 procent zijn verminderd. Of deze doelen gehaald kunnen worden is een belangrijke vraag.
De uitdagingen voor de toekomst
De Europese federatie van autofabrikanten (ACEA) maakt zich zorgen over het halen van de doelstelling voor 2030. Subsidies voor elektrische voertuigen zijn in verschillende landen verlaagd of afgeschaft. Daarnaast kampen veel transporteurs in Europa met een tekort aan oplaadstations. Op dit moment zijn elektrische vrachtwagens vooral geschikt voor kortere afstanden, hoewel hun actieradius, net als die van elektrische auto’s, snel toeneemt.
De verschuiving naar elektrisch omarmen
Ondanks deze uitdagingen omarmen sommige transportbedrijven de overstap naar elektrische trucks. Veel vrachtwagenfabrikanten hebben jaren geleden al geïnvesteerd in de productie van elektrische trucks, waaronder giganten als Mercedes, Volvo en DAF. Technologische vooruitgang verlegt grenzen; terwijl de eerste elektrische trucks een actieradius van 100 km hadden, kunnen moderne modellen nu bijna 500 km afleggen op één lading.
Europese vrachtwagenfabrikanten
Europese vrachtwagenfabrikanten ondervinden minder concurrentie van Chinese bedrijven dan hun tegenhangers in personenwagens. Europese merken blijven aantrekkelijk voor vrachtvervoerders dankzij het uitgebreide netwerk van service- en onderhoudsfaciliteiten in heel Europa. De strenge Europese regelgeving wordt zelfs gezien als een factor die ertoe bijdraagt dat Europese vrachtwagenfabrikanten hun Chinese concurrenten voorblijven.
De lobby
ACEA lobbyt echter actief voor uitstel of versoepeling van deze nieuwe emissienormen. Hoewel de organisatie de CO2-reductiedoelstelling steunt, maakt ze zich vooral zorgen over de deadline voor 2030, die een emissiereductie van 43 procent vereist van auto- en vrachtwagenfabrikanten. Volgens ACEA is er nog steeds aanzienlijke vooruitgang nodig om dit doel te bereiken.
De weg voorwaarts
Uiteindelijk moeten alle nieuwe vrachtwagens in 2040 vrij zijn van fossiele brandstoffen. Deze snelle overgang naar nulemissievoertuigen vereist een parallelle toename in oplaadinfrastructuur. De EU heeft richtlijnen opgesteld om ervoor te zorgen dat dit gebeurt, door EU-landen te verplichten om vanaf 2026 elke 60 km laadstations te installeren langs belangrijke snelwegen. Terwijl Nederland aanzienlijke vooruitgang heeft geboekt met het installeren van oplaadstations, hebben niet alle EU-landen dit niveau bereikt.
Uitdagingen en kansen
Op water gebaseerde brandstoftechnologie is nog niet overal beschikbaar. Het bereiken van deze ambitieuze doelstellingen vereist een gezamenlijke inspanning van alle EU-lidstaten. Om dit te vergemakkelijken heeft Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, deze maand een ‘strategische dialoog’ met belanghebbenden opgestart om de uitdagingen en kansen van de overgang naar duurzaam vervoer te bespreken.
Wil je toegang tot alle artikelen, geniet tijdelijk van onze promo en abonneer je hier!