De Franse premier Élisabeth Borne heeft de politie opdracht gegeven ervoor te zorgen dat het personeel van Esso-ExxonMobil weer aan het werk gaat. Stakingen van het personeel hebben daar geleid tot tekorten bij bijna een derde van de tankstations in het land.
“Ik heb de politiecommissarissen gevraagd om, zoals de wet toestaat, te beginnen met het vorderen van personeel dat essentieel is voor de faciliteiten van het bedrijf”, aldus Borne. “Meningsverschillen over de verloning rechtvaardigen niet het blokkeren van het land. Onze landgenoten mogen niet de dupe worden van de situatie”, zei ze.
Om de stakingen te breken zet Borne daarom een noodwet in om personeel weer aan het werk te krijgen. Op die manier moeten zij de leveringen van brandstof waarborgen.
Na dagen van verstoringen bij oliefaciliteiten en lange rijen bij benzinepompen, bereikten de vakbonden maandag een akkoord over een loonsverhoging met Esso-ExxonMobil, terwijl er gesprekken zijn begonnen tussen de vakbonden en TotalEnergies.
Franse noodwet
Ondanks het akkoord met Esso-ExxonMobil gingen de stakingen van ontevreden arbeiders dinsdag echter door, nadat enkele hardlinkse vakbonden het akkoord hadden verworpen. Borne zei dat de regering dit niet kon accepteren en waarschuwde voor verdere acties als de besprekingen bij TotalEnergies geen resultaten opleveren.
Begin deze week zat ruim 30 procent van de tankstations in Frankrijk nog met een serieus brandstoftekort, als gevolg van de stakingen en paniekaankopen van consumenten. Stakend personeel blokkeert nog steeds opslagplaatsen en raffinaderijen van beide bedrijven. Als gevolg hiervan is de voorraad van een of meer soorten brandstof op. “De situatie is op veel plaatsen onverdraaglijk”, zegt Borne.
Door de stakingen is de Franse brandstofproductie met zo’n 60 procent gedaald, bleek uit berekeningen van persbureau Reuters.
(ns)
