Speelt Belgisch bankenplatform SWIFT straks cruciale rol in krachtmeting met Rusland?

Oekraïne en enkele bondgenoten roepen op om de Russische banken uit te sluiten van de internationale betaalregelaar SWIFT, die zijn thuisbasis in Terhulpen nabij Brussel heeft. Maar Amerika en de EU twijfelen over zo’n maatregel en zijn beducht voor de mogelijke neveneffecten op de financiële markten.

SWIFT, kort voor Society for Worldwide Interbank Financial Telecommunication, is weinig bekend bij het grote publiek, maar speelt een belangrijke rol in het internationale betaalverkeer. Zowat 11.000 banken ter wereld maken dagelijks gebruik van het netwerk om op een gestandaardiseerde en beveiligde manier financiële informatie, zoals berichten over betalingen of effectenorders, uit te wisselen.

Onder meer Andrij Melnyk, de ambassadeur van Oekraïne in Duitsland, en de Letse minister van Buitenlandse Zaken Edgars Rinkēvičs hebben in de voorbije weken opgeroepen om de Russische banken af te snijden van SWIFT, waardoor het moeilijker wordt voor die instellingen om aan het dagelijkse internationale betaalverkeer deel te nemen. Dat zal vooral de Russische bedrijven met internationale activiteiten treffen.

Zo’n uitsluiting kan volgens de voorstanders als waarschuwing dienen aan het adres van Russisch president Vladimir Poetin om een Russische inval in Oekraïne te ontraden. Een andere strategie kan zijn om een SWIFT-verbanning achter de hand te houden als een mogelijke tegenmaatregel mocht het daadwerkelijk tot een Russisch offensief komen.

Wie beslist?

SWIFT is een Belgische coöperatieve met 3.500 financiële instellingen als aandeelhouder. Het platform blijft in principe neutraal bij geopolitieke conflichten, zo staat op zijn website te lezen. “Elke beslissing om sancties op te leggen of op te heffen op landen of individuele entiteiten is alleen de verantwoordelijkheid van de bevoegde overheidsinstanties en wetgevers”, zegt SWIFT.

Officieel is het de Belgische of de Europese regelgever die SWIFT kan dwingen om Rusland of een ander land te blokkeren. Zo werden Iraanse banken in 2012 uitgesloten op basis van een Europese regelgeving. SWIFT moet daaraan voldoen, omdat het officieel onder Belgisch recht valt.

In 2018 besliste het platform eveneens tot een uitsluiting van de Iraanse banken. Maar deze keer niet omdat de EU dat wou, maar omdat de Verenigde Staten dat eisten. Amerika weegt informeel zwaar door in de besluitvorming, omdat meer dan 40 procent van de transacties in Amerikaanse dollar gebeuren.

Geen eensgezindheid

In het conflict met Rusland vormen de VS en de EU één front via de NAVO-alliantie. Om de onderlinge relaties niet te vertroebelen, ligt het voor de hand dat Amerika en Europa een beslissing over een eventuele SWIFT-strafmaatregel tegen Rusland in consensus zullen nemen. Vandaag is er aan beide kanten van de oceaan alvast geen eensgezindheid over.

De tegenstanders werpen op dat zo’n uitsluiting niet alleen Russische bedrijven, maar ook hun handelspartners – bijvoorbeeld Duitse bedrijven – zou treffen, omdat het Duits-Russische betaalverkeer dan bemoeilijkt wordt. Nog een tegenargument: het zou Rusland kunnen aanzetten om een alternatief bankenplatform te bouwen met China.

Plus wellicht het belangrijkste argument contra: het kan tot turbulentie leiden op de financiële markten, wegens het mogelijke effect op de internationale energie- en metaalmarkten en op Westerse banken die veel zaken doen met Rusland. En nog meer onrust op de energiemarkten, waar onder meer ratingbureau Standard & Poor’s voor waarschuwt, dat kunnen Amerika en Europa missen als kiespijn.

(ns)

Meer