Wie spaart, moet op een bepaald gedeelte van de spaaropbrengsten geen belastingen betalen. Zodra je meer dan 1.020 euro aan interesten opstrijkt, ben je de fiscus een roerende voorheffing van 15 procent verschuldigd op alles boven dat plafondbedrag. Moet je die spaaropbrengsten vermelden in jouw belastingaangifte?

Context: De fiscale vrijstelling van de gereglementeerde spaarboekjes wordt normaal aangepast aan de stijgende levensduurte. De voorbije vier jaar heeft de regering die indexering weliswaar tijdelijk stopgezet om de begrotingsinspanningen die gedaan werden tijdens de coronacrisis te financieren. Daar kwam dit jaar verandering in. De fiscale vrijstelling is opgetrokken van 980 naar 1.020 euro.

• Indien je spaargeld meer opbrengt, moet je op alles boven dat plafondbedrag een roerende voorheffing van 15 procent betalen. Dat is een gunsttarief. Normaal betaal je op alle kapitaalopbrengsten een belasting van 30 procent.

Voorbeeld: We nemen de Ritme-Spaarrekening van VDK Bank – het meest lucratieve spaarboekje op de Belgische markt – als voorbeeld. 

• Wie zijn geld op die rekening parkeert, ontvangt een rente van 3,15 procent. Dat betekent dat een deel van jouw spaaropbrengsten naar de staatskas vloeit zodra er meer dan 32.380 euro op jouw spaarboekje staat.
• Maar: De formule van VDK Bank laat je maximaal 500 euro per maand opzijzetten. Je moet dus bijna 65 maanden sparen om tot dat bedrag te komen.

Spaaropbrengsten vermelden

Duiding: Er zijn twee mogelijk scenario’s wanneer je op een deel van je spaaropbrengsten belastingen moet betalen.

• Wie de fiscale vrijstelling overschrijdt op een of meerdere gereglementeerde spaarrekeningen binnen eenzelfde bank, zal merken dat de inhouding van 15 procent op het surplus automatisch door de bank zelf gebeurt. In dat geval moet je niets doen.
• Als je je spaargeld parkeert bij meerdere banken moet je zelf nagaan of je spaaropbrengsten de kaap van 1.020 euro ronden. In dat geval moet je de belastbare intresten zelf ingeven op je jaarlijkse belastingaangifte. Die bedragen moet je vermelden bij de codes 1151 of 2151.

Staar je niet blind op de geafficheerde rente

Ook dit nog: Naar welke spaaropbrengsten moet je kijken?

• Wacht tot je een duidelijk overzicht hebt van de spaaropbrengsten. Maak niet zelf de berekening op basis van het geafficheerde tarief. Enkel wie exact op 1 januari start met sparen, zal op het einde van dat jaar de volledige vergoeding krijgen.
• Maar: veel mensen sparen gespreid. En dat heeft een impact op de interesten die je op het einde van het jaar krijgt. Het is daarbij belangrijk om te weten dat het totaalrendement bestaat uit een basisrente en getrouwheidspremie.
  • De basisrente wordt berekend op basis van hoelang het geld gedurende een jaar op de rekening staat. Je zult de volledige rente krijgen op het kapitaal dat op 1 januari (van het inkomstenjaar) op jouw spaarboekje stond. Op het geld dat je bijvoorbeeld op 1 juli op jouw rekening zette, zal je slechts de helft van de basisrente krijgen.
  • De getrouwheidspremie ontvang je pas wanneer je geld twaalf opeenvolgende maanden kan renderen. De verworven getrouwheidspremies worden doorgaans driemaandelijks uitbetaald: op 1 april, 1 juli, 1 oktober en 1 januari. Het is dus mogelijk dat je geen of slechts een minieme premie ontvangt op het einde van het jaar.
• Concreet gelden alle spaarinkomsten die je gedurende een bepaald inkomstenjaar krijgt. “Inkomsten van gelddeposito’s worden geacht te zijn toegekend of betaalbaar gesteld op de laatste dag van het tijdperk waarop ze betrekking hebben”, verduidelijkt Francis Adyns, woordvoerder van de FOD Financiën, tegenover onze redactie. De kans bestaat dus dat je op dat moment slechts een gedeelte van het geafficheerde rendement ontvangt (afhankelijk van het moment van de stortingen).