Saoedi-Arabië kan voor de Britse autoconstructeur Rolls-Royce een bijzonder belangrijke markt worden. Dat heeft Torsten Müller-Ötvos, chief executive van Rolls-Royce, gezegd. Een belangrijke hefboom daarbij is volgens hem de beslissing van de Saoedische overheid vier jaar geleden om vrouwen voortaan het recht te geven een auto te besturen.
“We zien in Saoedi-Arabië momenteel de eerste vrouwelijke chauffeurs in onze auto’s rondrijden”, verduidelijkte Müller-Ötvos. “Onder die invloed kan het land voor Rolls-Royce over enkele jaren tot een belangrijke markt uitgroeien.”
“Het is zelfs niet uitgesloten dat Saoedi-Arabië voor het merk over enkele jaren de grootste markt in de regio zal zijn geworden.”
Churchill
Rolls-Royce, in handen van het Duitse concern BMW Group, wordt door zijn chauffeurs wereldwijd als een statussymbool bestempeld. Het merk oefent vooral op Arabische kopers een grote aantrekkingskracht uit.
Rolls-Royce heeft met de Arabische wereld dan ook een bijzondere relatie. Na het einde van de Tweede Wereldoorlog gaf toenmalig Brits premier Winston Churchill immers een unieke Rolls-Royce Phantom aan de Saoedische koning Abdulaziz cadeau.
Müller-Ötvos verwacht dat ook de overstap naar een elektrische aandrijving de interesse van de Saoedische chauffeurs voor Rolls-Royce zal stimuleren. De Spectre, de eerste elektrische Rolls-Royce, zal over twee jaar in het Midden-Oosten beschikbaar zijn.
Jongeren
“Vooral jongeren zijn in elektrische aandrijving geïnteresseerd”, benadrukt Müller-Ötvos. “Maar ook het publiek van Rolls-Royce kent een duidelijke verjonging.”
“Twaalf jaar geleden was de eigenaar van een Rolls-Royce gemiddeld 56 jaar oud. Dat publiek was vooral mannelijk en bestond grotendeels uit succesvolle zakenmensen en adel. Vandaag is de gemiddelde leeftijd naar 43 jaar gedaald.”
“Bovendien groeit het aandeel van de vrouwelijke klanten”, merkt Müller-Ötvos op. “Twaalf jaar geleden konden tussen onze klanten amper 1 procent vrouwelijke klanten worden worden teruggevonden. Momenteel is hun aandeel wereldwijd tot 15 procent opgelopen en in het Midden-Oosten mogelijk zelfs al tot 20 procent.”