De essentie: Joosten gaat al een stapje verder dan de gemiddelde persoon. Hij heeft al twee onderhuidse implantaten laten zetten.

• “Op één van die implantaten staat mijn visitekaartje. Dus als we elkaar binnenkort tegenkomen, dan ik jouw mijn hand geven en dan kun je mij scannen met de telefoon en dan heb je mij contactgegevens. Met het andere implantaat kan ik afrekenen (in de winkel, red.).
• Joosten vindt dat dit niet volstrekt abnormaal is. “Als je bijvoorbeeld kijkt naar de gezondheidszorg, daar heb je ook al pacemakers of gehoorapparaten. We zijn het al gewend om elektronica in ons lichaam te stoppen.” Ook de wereldwijde smartphoneverslaving ziet de futurist als een stapje richting een steeds hechtere band tussen mens en machine. 
• Toch zijn er nog altijd risico’s aan een verdere versmelting verbonden, erkent Joosten. “Stel je voor dat we een implantaat in een brein kunnen plaatsen om daarmee ook verbonden te zijn aan het internet en met elkaar. Dat klinkt misschien heel erg leuk en science fiction, maar we hebben nu al genoeg problemen met informatie, beveiliging, hackers, en ook afhankelijkheid van technologie.”

(kg)