Overal in Europa vinden deze herfst acties van zogenaamde “klimaatactivisten” plaats die niet enkel de wet schonden maar waarbij er ook sprake was van vandalisme en fysiek geweld. In The National Gallery in Londen gooiden twee vrouwen soep over een schilderij van Vincent Van Gogh, in een Duits museum besmeurden andere activisten een schilderij van Claude Monet met aardappelpuree en natuurlijk was er de Belgische recidiverende activist Wouter Mouton, die afgelopen zomer zowel in Brugge toesloeg, op een werk van Van Eyck, als in Den Haag, waar het doelwit het meesterwerk ‘Meisje met de parel’ van Vermeer was. In België geraakte hij er van af met een factuur van 1000 euro, maar in Nederland kreeg hij een celstraf van een maand effectief. Als reactie op dat laatste dreigde Extinction Rebellion, een van de klimaatactie-groeperingen, met een “golf van acties”.
De activisten beweren geen geweld te gebruiken, maar een kunstwerk besmeuren, ook al is het achter glas, is nu eenmaal wel vandalisme, los van de overlast die hiermee gepaard gaat. In een gezamenlijke verklaring riepen tientallen directeuren van vooraanstaande musea over de hele wereld, waaronder het Louvre in Parijs, het Prado in Madrid, het Guggenheim in New York en het Uffizi in Florence de klimaatvandalen dan ook op hiermee te stoppen. Zij stellen “diep geschokt” te zijn “door de riskante acties die de kunst in gevaar brengen” en voegen er aan toe dat “activisten de kwetsbaarheid van deze onvervangbare voorwerpen onderschatten”.
De grens van geweld
De grens van geweld werd inmiddels al overschreden. In Portugal bestormden klimaatfanatici een regeringsgebouw, daarbij schreeuwend om het ontslag van de minister van Economie, die het gebouw diende te ontvluchten. In Duitse media stelde de extreem-linkse klimaatextremist Tadzio Müller openlijk dat het “onze verdomde plicht” is om pijpleidingen op te blazen, daarmee pleitend voor groen terrorisme, waarbij volgens hem moord wel “politiek contraproductief” was. Zijn Zweedse geestesgenoot Andreas Malm, nota bene Professor aan de universiteit van Lund, zij het dan in “human ecology”, stelde zelfs een handleiding op met de titel “hoe je een pijpleiding opblaast”, die voorschrijft: “Beschadig en vernietig nieuwe apparaten die CO₂ uitstoten. Stel ze buiten werking, haal ze uit elkaar, sloop ze, verbrand ze, blaas ze op. Laat de kapitalisten die blijven investeren in het vuur weten dat hun eigendommen zullen worden vernietigd.” Malm staat niet alleen. Luisa Neubauer, het Duitse equivalent van Greta Thunberg postte onlangs op Instagram over hoe zij met haar bondgenoten van plan was om “pijpleidingen op te blazen”, iets wat ze later als grap probeerde af te doen.
Als gevolg van een actie van een demonstrant van “Just Stop Oil”, nog een van de beruchte groepen, veroorzaakte een vrachtwagen een crash op een Britse autosnelweg, waardoor een politieman gewond werd, niet lang nadat een ongeluk er als gevolg van een file door “klimaatblokkades” al twee vrouwen het leven kostte, waaronder een 40-jarige arts. Ook in Berlijn liep een ambulance die op weg was om een zwaargewonde fietser te verzorgen liep vast in files als gevolg van dergelijke obstructie van de openbare weg.
Ondanks dit alles blijven de klimaatacties steun genieten van bepaalde media. In Duitsland publiceerde de door de overheid gefinancierde Duitse omroep WDR zelfs de voor- en nadelen van het vernielen van kunst op een rijtje, waarbij de lijst met voordelen twee keer zo lang is.
Greenpeace steunt de acties openlijk, betaalt de advocatenfacturen nadien en stelt ook ruimte, materiaal en knowhow ter beschikking. Directe financiering komt van het Amerikaanse “Climate Energy Fund (CEF), dat dit jaar hieraan al 5 miljoen dollar uitgaf.
Politieke steun
Ook op politiek niveau genieten de acties steun. De covoorzitter van de Vlaamse groenen, Nadia Naji, uitte felle kritiek op de al bij al heel beperkte kritiek die de Belgische Eerste Minister tijdens zijn speech op de “klimaattop” in Egypte gaf op de recente acties. Het klimaatalarmisme is dan ook diep doorgedrongen tot de hoogste beleidsniveaus in Europa. Zo komt de kabinetschef van de Europees Commissaris die verantwoordelijk is voor klimaatbeleid, Frans Timmermans uit de stal van Greenpeace. De man, Diederik Samsom, werd in het verleden naar eigen zeggen zelf 10 keer opgepakt door de politie, iets waar hij geen spijt over uitsprak.
Ook de Belgische Energieminister Tinne Van der Straeten gaf vanuit Egypte een bijzonder alarmistisch interview. Ze stelde: “We zitten in de laatste tien jaar om iets te doen aan de klimaatverandering. We zitten in een klimaathel en dat moeten we niet alleen vertellen tijdens de twee weken van de klimaatconferentie.”
Los van het feit dat dit soort klimaathysterie allicht eerder contraproductief is voor de zaak van de klimaatactivisten en 2000 wetenschappers reeds in 2007 stelden dat er “nog 10 jaar resten om de catastrofe te vermijden” stellen officiële rapporten ook niet langer dat het allemaal zo dringend is. Althans Professor Gerard Govers, vicerector van de wetenschapsafdeling van de KU Leuven, stelt: “De klimaatdoemscenario’s worden nu massaal verlaten”, daarbij verwijzend naar nieuwe projecties over de opwarming van de aarde van het milieuagentschap van de V.N. en het Internationaal Energie-Agentschap. Volgens de bekende Deense onderzoeker Bjorn Lomborg is klimaatverandering wel degelijk een uitdaging, maar is de hysterie onterecht. Hij zegt: “We krijgen onophoudelijk berichten over rampen, of het nu gaat om de laatste hittegolf, overstroming, natuurbrand of storm. Toch tonen de gegevens overweldigend aan dat de mensen de afgelopen eeuw veel veiliger zijn geworden voor al deze weersverschijnselen.”
Publicist Andrew Hammel waarschuwt dat het belangrijk is om lessen te trekken uit de Duitse extreem-linkse terreur uit de jaren 1970, waarbij extreem linkse activisten toen “nooit steun van de mainstream genoten, maar wel werden geholpen door een ondergronds netwerk van sympathisanten, doorgaans extreem-linkse journalisten, activisten, advocaten en professoren”, wat vitaal was voor hun radicalisering. Politici of opiniemakers die het ondemocratische klimaatvandalisme niet veroordelen dragen dus een grote verantwoordelijkheid.
“When in trouble, double”
Ondertussen wordt het huidige klimaatbeleid maar steeds verder aangescherpt. Zo gingen verschillende geïndustrialiseerde landen, waaronder België, Duitsland, Denemarken en Oostenrijk op de COP27 “klimaat”-conferentie in Egypte zelfs akkoord met het idee van herstelbetalingen voor “klimaatschade”. België zegde reeds 25 miljoen euro toe aan Mozambique, nota bene net op het moment dat vanuit het Afrikaanse land de eerste tanker vertrok met LNG gas – een fossiele brandstof dus – bestemd om Europa’s gastekort te helpen oplossen. De klimaathypocrisie kent werkelijk geen limiet.
Het mag ook niet verbazen dat de Europese Commissie ook voluit de verdere aanscherping van het klimaatbeleid steunt. Klimaatcommissaris Timmermans kondigde in Egypte aan dat de klimaatdoelstellingen van de EU tegen 2030 “nu kunnen worden verhoogd tot 57 procent”, dit terwijl het Europese emissieverhandelsysteem ETS – effectief een Europese klimaattaks – wordt uitgebreid naar steeds meer sectoren.
Gelukkig lijkt de harde realiteit toch stilaan binnen te dringen bij de lidstaten van de EU. Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen ging tijdens COP27 nog wel de alarmistisch-religieuze toer op ging, door te stellen: “Laten we niet de snelweg naar de hel nemen (…) maar ons schone ticket naar de hemel verdienen”. Het Tsjechische voorzitterschap van de raad van de EU sloeg een heel andere toon aan, bij monde van Jozef Síkela, de Tsjechische minister van energie, die ervoor pleitte om “zaken te bekijken vanuit het standpunt van de industrie”, die vandaag in Europa net zwaar onder druk als gevolg van een tekort aan fossiele brandstoffen, een direct gevolg van het beleid van de EU en lidstaten om die af te bouwen.
Ook de rest van de wereld lijkt de peperdure ambitie van Europese klimaatzeloten voor “net zero” – niet meer broeikasgassen aan de atmosfeer toevoegen dat we wegnemen tegen 2050 – meer en meer te negeren. Volgens het hoofd van de COP27-delegatie van de EU, Jacob Werksman, waren de EU-onderhandelaars teleurgesteld waren dat andere landen “niet met overtuigender strategieën waren gekomen om tegen het midden van de eeuw “net zero” te bereiken”.
Misschien kunnen de winterkoude en bijhorende energiefacturen de oververhitte klimaatactivisten en hun volgelingen op beleidsniveau wat doen afkoelen.
Pieter Cleppe is hoofdredacteur van BrusselsReport, een webstek die zich richt op nieuws en analyse met betrekking tot EU-politiek.