Door Thierry Geerts, Country Manager Google België
Een paar dagen geleden namen we afscheid van de jaren ’10. Het decennium waarin de technologische revolutie eerst hoop bood en er vervolgens zorgen opdoken over hoe onze toekomst eruit ziet.
Levendig herinneren we ons de opwinding wanneer de eerste iPad gepresenteerd werd of de verbazing toen Google een blinde persoon een auto liet besturen. Ook vers in het geheugen: Airbnb dat een paar luchtbedden op zolder verhuurde om uiteindelijk meer kamers beschikbaar te stellen dan de vijf grootste hotelketens ter wereld samen.
Dezelfde jaren staan ook voor de periode waarin de wereld wegholde van het zelfconcept van de technologische industrie als jonge, vriendelijke en speelse start-ups met puur goede intenties. Bij de start van de jaren ‘20 duikt er een ander besef op. Ja, grote technologiebedrijven hebben veel macht, maar met die macht komt verantwoordelijkheid. Dat nemen we echt ernstig, want we worden met moeilijke vraagstukken geconfronteerd. Hier zijn twee van de dilemma’s die we in het nieuwe decennium moeten aanpakken.
Belgen studeren nooit meer af
Het eerste situeert zich op de arbeidsmarkt. Technologie zal de komende decennia waarschijnlijk tot 40 procent van alle banen vervangen. Dat zorgt in veel industrieën voor onrust. Agoria berekende dat voor elke job die tegen 2030 in België verdwijnt, er 3,7 nieuwe in de plaats komen. Belgen zullen dus nooit klaar zijn met studeren en zich blijvend moeten omscholen.
Mensen stellen zich terecht de vraag: hoe zit dat nu met mij? Het goede nieuws is dat de digitale revolutie reeds begon midden jaren ’90 en nooit tevoren waren er zoveel mensen hier aan het werk. Technologie kan zelfs tot nog meer nieuwe banen leiden wanneer wij als Belgen vooroplopen in digitale transformatie en digitale vaardigheden op grote schaal in alle klassen van de samenleving verbeteren.
Een paar maanden geleden volgde ik het Democratische verkiezingsdebat in de Verenigde Staten over lege winkelstraten en kleine zaakjes die moesten sluiten omwille van het succes van Amazon. Als je je even naar het oosten keert, zie je hoe ver China is uitgegroeid tot het wereldwijde centrum van de maakindustrie. Naar verluidt hebben ze daar plannen voor zogenaamde ‘donkere fabrieken’, waar alles geautomatiseerd is en er geen mensen zijn. Daarom kan het licht net zo goed uit.
Ik deel dit dystopische toekomstbeeld niet en ben optimistisch voor België. Onze cultuur is klaar voor de wereldwijde digitale economie. De competenties die technologie niet kan vervangen hebben net onze samenleving gevormd. Denk bijvoorbeeld aan kritisch denken, creativiteit, innovatie en samenwerking. Toch moeten we wel allemaal op de digitale schoolbanken plaatsnemen. Ook al is het maar om de basis te begrijpen.
Google heeft in samenwerking met een aantal partners het ‘Digitaal Atelier’-initiatief opgezet, waarmee we inmiddels meer dan 90.000 Belgen hebben getraind in digitale vaardigheden. Ondernemers, zoals de plaatselijke bakker uit een klein dorp. Werkloze jongeren die hun droom willen waarmaken om digital marketing consulent te worden. Het is indrukwekkend om met eigen ogen te zien hoe nieuwe vaardigheden nieuwe kansen en een stabielere positie op de arbeidsmarkt kunnen bieden. Misschien moeten we het onderwijs van de toekomst heroverwegen en echt voor levenslang leren gaan door middel van korte leersprints in het beroepsleven?
Groen geweten
Een tweede dilemma rust in het enorme energieverbruik van de hightech industrie en het tegelijkertijd dragen van een grote verantwoordelijkheid voor de groene transitie. Datacenters verbruiken bijvoorbeeld veel energie omdat we onze zoekmachine, YouTube en Google Maps draaiende houden en tegelijk e-mails, documenten en foto’s voor velen veilig opslaan. Daarom kozen we om massaal te investeren in groene energie. In België plaatsten we een zonnepaneleninstallatie met een capaciteit van net geen 3 megawatt naast een energie-efficiënt datacenter. Omdat we zo hard inzetten op kunstmatige intelligentie, hebben we onze datacenters in enkele jaren tijd zeven keer energiezuiniger kunnen maken.
Sinds 2007 is Google een CO2-neutraal bedrijf en sinds 2017 koppelen we 100% van ons elektriciteitsverbruik aan hernieuwbare energiebronnen. Met gevolg dat we de grootste zakelijke aankoper van duurzame energie ter wereld zijn. Het vraagt een constante focus om ons bedrijf met een groen geweten uit te breiden.
We staan aan de start van een decennium waarin zelfmanagement cruciaal wordt. Een kritische positie innemen, zeker als individu, om bijvoorbeeld je digitale gezondheid te beoordelen en verantwoordelijkheid te nemen voor de digitale gewoonten van je kinderen. Als het om de arbeidsmarkt gaat, moet iedereen – van de man op de vloer tot de leden van de directiekamer – weer op de schoolbanken gaan zitten om bij te leren over cybersecurity en technologiegedreven innovaties. Last but not least moet de technologische industrie het voortouw nemen door om te gaan met de moeilijke balans tussen technologiegedreven maatschappelijke veranderingen en doorbraken op grote schaal waarbij de gebruiker de controle en macht moet krijgen.
Niet iedereen verdiept zich volledig in dit onderwerp, maar allemaal worden we geconfronteerd met de gevolgen. Daarom dragen we een zorg: onze omgeving opleiden zodat we een gelijkwaardig partnership kunnen vormen. En de wereld moet de technologische industrie blijven uitdagen. Want met kracht komt ook verantwoordelijkheid.