“Events, my dear boy, events”: de voormalige Britse premier Harrold Macmillan vatte het ooit prachtig samen: politiek wordt vaak, meer dan door ideologie, bepaald door de onverwachte gebeurtenissen van het moment. Nu is er een enorme energiecrisis, en dus is het tijd voor Open Vld om te ‘springen’, zo vindt de top. En zo kan het dat de Vlaamse liberalen, een jaar nadat ze met operatie ‘Liberaal Vuur’ en een worsteling om “meer smoel te krijgen” uitpakten, nu het roer omgooien. “Neen, er komen waarschijnlijk geen vervroegde verkiezingen, niemand kan het zich permitteren in deze crisis om de regering te laten vallen”, zo is de analyse op de Melsensstraat. En daarbij: “Het is tijd om leiderschap te tonen, en ons rond één man te scharen: de premier”. Gedaan dus de tijden dat partijvoorzitter Egbert Lachaert (Open Vld) zich spiegelde aan Georges-Louis Bouchez (MR) en diens offensieve houding: meer nog, de moeheid over diens solo-acties is bijzonder groot bij de Vlaamse familiegenoten. Zeker tussen de premier en Bouchez is iets gebroken. Voor Open Vld is de keuze gemaakt: met een vernieuwd groepje lijsttrekkers straks, en allen rond de premier, kijkt men nu al naar 2024.
In het nieuws: Van wie is het nieuwste idee, om een betaalbaar basispakket ‘gas voor gezinnen’ te gaan aanbieden? MR en Open Vld kibbelen openlijk.
De details: Toch opvallend, terwijl MR-vicepremier David Clarinval in Het Laatste Nieuws stoer met “een eigen voorstel” uitpakt, fluit Open Vld-voorzitter Lachaert hem openlijk terug, om het vaderschap van datzelfde idee te claimen.
- “Premier De Croo legde maandag een voorstel neer om de brede middenklasse een basispakket energie aan te bieden. We laten niemand in de kou staan. Goed dat dit navolging krijgt, maar ere wie ere toekomt“, zo tweette Egbert Lachaert vanmorgen, om toch de puntjes op de i te zetten ten opzichte van zijn zusterpartij.
- Het was ook net iets te opvallend. Op de voorpagina van Het Laatste Nieuws kreeg Clarinval het verkocht dat “MR met een eigen voorstel komt voor wie geen sociaal tarief geniet“: een basispakket voor elke Belg dus, die aan een verlaagd tarief een bepaald aantal kilowattuur mag aankopen.
- En kijk: laat dat voorstel nu exact hetgeen zijn dat maandag op de kern over de energiecrisis op tafel is gelegd in een nota, door premier De Croo, zo kopte De Tijd vanmorgen. Met misschien één nuance: De Croo pleitte voor een basispakket gas, de MR wil het voor gas én elektriciteit. Maar beiden verkopen vooral dezelfde redenering achter hun ‘unieke’ voorstel: het huidige sociaal tarief helpt iedereen met een uitkering, maar de winter wordt onbetaalbaar voor de lagere middenklasse. Die moet dus ook een duwtje in de rug krijgen.
- Wat volgde, was dus een openlijke discussie over het vaderschap van het idee, tussen de twee liberale coalitieparners, met Lachaert die het ‘claimde’ voor zijn premier. “Zo tegen je eigen zusterpartij moeten uitvaren, dat is toch wel bizar”, zo was vanmorgen meteen binnen Vivaldi te noteren.
De essentie: Open Vld trekt meer dan ooit de kaart-De Croo. “De enige optie.”
- Noem het geen “koerswijziging”, “dat is dit niet”, zo reageert Lachaert vanmorgen op een analyse in De Morgen, dat zijn partij de marsrichting aanpast. “In crisistijden moet je natuurlijk eerst leiderschap en daadkracht tonen. Maar status quo blijft voor een liberaal daarbij nooit genoeg. Liberaal Vuur en de vernieuwingsoperatie gaan voluit door om de toekomst van het liberalisme te versterken.”
- Dat Lachaert openlijk niet wil zeggen dat de partij een andere richting kiest, is begrijpelijk. Achter de schermen wordt nochtans wel erkend dat het tijd is om een nieuwe aanpak te kiezen. “We maken uitzonderlijke tijden mee: een energiecrisis zoals we ze nog nooit gezien hebben, met straks een enorme economische schok. Die veegt meteen alle speculatie over het verder bestaan van deze coalitie weg: wie gaat straks nog durven Vivaldi te laten vallen? Niemand”, zo is het uitgangspunt van de Melsensstraat.
- Dat brengt meteen een oude discussie, in feite één jaar geleden intern op tafel gegooid op de fractiedagen van Open Vld, weer naar boven. Toen volgde, aan de start van het politieke jaar, een felle woordenstrijd met een pak kopstukken, die onomwonden pleitten voor een profilering rond de premier, en een ‘gematigde bestuurskoers’, eerder dan het zoeken naar een eigen blauwe partijlijn. Lachaert was het daar compleet mee oneens, hij “zou niet de partijvoorzitter zijn die het licht bij Open Vld zou uitdoen”, en koos voor een eigen weg, los van de premier, en operatie ‘Liberaal Vuur’.
- Met Jasper Pillen en Stephanie D’Hose werden een beetje onorthodox plots twee nieuwe ondervoorzitters op het schild gehesen, die de Vlaamse liberalen meer ‘smoel’ moesten geven. Veel tweeten, fel reageren, permanent willen aanwezig zijn in het debat als partij met (donker)blauwe accenten: het draaiboek van Georges-Louis Bouchez (MR) maakte plots opgang bij de Vlaamse familiegenoten.
- Een jaar later lijkt die aanpak dood en begraven: het feit dat Lachaert nu vanmorgen wel nog eens reageerde op Twitter, op Clarinval, moet eerder de uitzondering zijn, zo is in zijn entourage te horen: “Het is niet de bedoeling om daar nog te veel tijd en energie in te steken, dat is niet onze manier van profilering, in deze huidige crisis. Vandaar dat we ook de afgelopen dagen geen lawine aan voorstellen deden vanuit Open Vld”, klinkt het vastberaden.
- Wat Lachaert intern al aan een aantal zwaargewichten meegaf, en dit jaar op de fractiedagen ook gepredikt wordt: “Wij moeten de verantwoordelijke bestuurspartij zijn. Wij moeten het land door de crisis loodsen. Daar hebben de mensen behoefte aan.” Zo lijkt de oude discussie een jaar na datum beslecht: het zal bouwen worden rond de figuur van Alexander De Croo, richting 2024, het jaar van de verkiezingen. “De enige optie”, zo geeft een architect van de strategie ootmoedig toe.
- “Merk ook op dat daar een gat zit. Want N-VA blijft wie ze zijn: federaal stevig in de oppositie. En cd&v heeft met hun nieuwe voorzitter Sammy Mahdi een soort Bouchez-light koers genomen, waarbij ze telkens fors met de voeten vooruit tackelen, in allerlei discussies. Wie pakt dan de positie van ‘bestuurders’? Juist”, zo stelt een kopstuk van Open Vld.
Ook opvallend: De kaarten voor 2024 liggen open, met een noodzakelijke vernieuwing van het politiek personeel. Van een koppeling met MR lijkt nog weinig sprake.
- In de zomer van 2020 was het nog één van de cruciale elementen bij de geboorte van Vivaldi: MR en Open Vld speelden “samen uit, samen thuis”, en blokkeerden zo een paars-geel kabinet, waarbij ze de lijnen openden via Bouchez en Jean-Marc Nollet (Ecolo).
- Twee zomers later lijkt de fut definitief uit de relatie tussen Bouchez en de top van Open Vld. Zeker premier De Croo heeft het al langer opgegeven om nog veel in de liberale familie te investeren, met de wispelturige MR-leider. Maar ook voor Lachaert zit er nog weinig winst in een zusterrelatie met een partij die zich het bij quasi iedereen onmogelijk gemaakt heeft.
- Het lijdt weinig twijfel dat zeker aan Franstalige kant elke andere partijvoorzitter maar al te graag bij een volgende coalitie de MR zou willen lozen. Dat besef leeft ook aan de Melsensstraat. Daar ziet men het hele opzet van ‘Bouchez on tour’ in Vlaanderen, met als uitkomst een soort droom om ooit premier te worden voor de Franstalige liberaal, met lede ogen aan: “Het helpt ons niet, en eigenlijk ook zijn eigen kansen om ooit naar De Zestien te kunnen niet“, is de droge conclusie.
- Open Vld wil net ongebonden haar weg gaan, waarbij het belangrijker is in het komende anderhalf jaar om nieuwe boegbeelden te selecteren en voor te bereiden, per provincie. Op heel wat plekken ontstaat er immers ruimte, waarbij de partij wel denkt aan een externe krachten, vers bloed:
- In West-Vlaanderen is Vincent Van Quickenborne een certitude, maar daarnaast ruimt Bart Tommelein wel plaats. Jasper Pillen is de logische keuze als nieuw gezicht daar.
- In Oost-Vlaanderen is er met De Croo en Lachaert een overdaad, want daarnaast is er Stephanie D’Hose. Die laatste zou de Vlaamse lijst kunnen trekken, waarbij de Europese lijst voor Lachaert zou kunnen zijn.
- In Antwerpen is er Bart Somers, maar Christian Leysen komt niet terug: een gat moet gevuld in de provincie met het meeste aantal zetels.
- Hetzelfde in Vlaams-Brabant, waar Gwendolyn Rutten wel een zekerheid is, maar Maggie De Block moet vervangen worden. Voor Eva De Bleeker, die maar heel moeilijk uit de verf komt, is geen lijsttrekkerschap gegarandeerd.
- In Limburg maakt ook Patrick Dewael plaats, vraag is wie daar het gat vult.
- Intern heeft Lachaert alvast nog werk, om zijn partij organisatorisch klaar te zetten. Een kleine zege daarbij: de partij trekt een COO aan, een soort partijdirecteur, die “de logistiek, het personeel, de budgettering en de HR van de partij” moet in handen nemen, zo zeggen ze in een persbericht. De 54-jarige Thibaud Dedier, een ondernemer, komt die rol vervullen.
- Eén belangrijk strategisch doel heeft Lachaert wel nog, voor 2024: de lijnen met de N-VA-voorzitter Bart De Wever terug open krijgen. Sinds de vorming van Vivaldi in 2020 is de relatie tussen De Wever en het duo De Croo-Lachaert helemaal verdwenen, waarbij die eerste de twee liberalen “woordbreuk” blijft verwijten, over de regeringsvorming.
- Dat De Wever dat in recente interviews nog eens aanhaalde, heeft men in de Melsensstraat goed opgemerkt. Want daarbij viseerde de Antwerpse burgemeester vooral de premier, en gaf hij aan “met die partij wel nog te willen werken”. Dat opent mogelijks toch ooit de deur, zo is de hoop op het hoofdkwartier.
- Voor Open Vld moeten er ook na 2024 mogelijkheden blijven, in de eerste plaats op het Vlaamse niveau. Via Bart Somers, de Vlaamse viceminister-president, lopen de contacten daar wel uitstekend. Maar tegelijk is het alternatief, een volgende Vlaamse coalitie waar de socialisten instappen, nadrukkelijk deel van het geroezemoes in de Wetstraat. En dan is het de vraag voor wie er nog plaats is, als derde partner: liberalen of christendemocraten?
Ondertussen: Meer dan ooit is het Europa dat de koers zet, en straks een zak geld kan uitdelen, in de energiecrisis.
- Vrijdag een top van de Europese energieministers, woensdag de State of the Union van Ursula von der Leyen in het Europees Parlement: die twee data liggen vast, en bepalen dus de komende vijf dagen voor een belangrijk deel hoe Europa zich richting winter een houding gaat geven, in de energiecrisis.
- Daarbij lekte al één en ander over wat Europa van plan is. En dat oogt eerder teleurstellend, vanuit Belgisch perspectief, waar premier De Croo al luid z’n ongenoegen lieten weten: de Commissie gaat niet ver genoeg, vindt hij. Hun grote voornemen is immers om een prijzenplafond te gaan opleggen, maar enkel voor Russisch gas. Dat is analoog met wat de G7 deed, voor Russische olie.
- Specifiek voor België heeft dat bitter weinig impact: Russisch gas heeft amper een marktaandeel in België, dat het merendeel uit Noorwegen en Qatar haalt. En bovendien: de kans is bijzonder groot dat Vladimir Poetin weigert om, als de EU hem zo’n plafond oplegt, nog überhaupt gas te verkopen aan Europa. Wel interessant om te volgen in dat opzicht: de Noren, de grootste leverancier voor België, zouden wel willen nadenken om zelf hun gas te gaan plafonneren in prijs, wat meteen een onverhoopt effect zou kunnen hebben op heel de Europese prijzenmalaise.
- Tegelijk is er de hoop dat de EU straks een zak geld ophaalt, via een soort taks op de overwinsten van de energieproducenten. Zo’n bijdrage, erg gelijklopend met de repartitiebijdrage die nu al bestaat in België voor de kerncentrales, de zogenaamde “nucleaire rente”, zou miljarden kunnen opleveren.
- Zeker als de EU dat dan laat doorstromen naar de lidstaten, is dat een klein lichtpuntje voor de begrotingsbesprekingen van De Croo, waar iedereen ondertussen al z’n verlanglijstjes klaar heeft, en zowel vakbonden als werkgevers schreeuwen om maatregelen.
- Al zullen er tegelijk miljarden nodig zijn om grote delen van de Europese energiesector te redden: door de prijzenhausse is er bij vele leveranciers en producenten een enorm cashprobleem ontstaan. Als de EU of de lidstaten dus niet met enorme steunpakketten komen, dreigen grote spelers om te vallen.
- Eén voorstel van De Croo blijft Europees wel nog op tafel liggen: de Europese groepsaankopen. Vraag is hoe concreet dat wordt, tegen vrijdag.
Genoteerd: De wilde weldoeners aan het Martelarenplein willen het transparanter.
- Liefst 14 miljard euro subsidies, op een Vlaamse begroting van 50 miljard: wie zich afvraagt waarom het soms persberichten regent, vanuit de Vlaamse regering, van een zoveelste minister die een sector, bedrijven, of een doelgroep geld toestopt, hoeft niet langer te zoeken. Het Vlaamse niveau lijkt helemaal verslaafd aan overheidsgeld uitdelen.
- In dat kluwen van stromen komt nu toch wat meer transparantie: één register dat alle subsidies vanuit de Vlaamse overheid in kaart moet brengen. Nu pakt N-VA-minister van Begroting Matthias Diependaele uit met het initiatief, en giet hij er een ideologische saus over. “In Vlaanderen is de reflex: gaat iets goed of net slecht, geef er dan subsidies aan. Maar dat is niet altijd de taak van de overheid.”
- Daarbij haalt Diependaele de donkerste bladzijde uit de legislatuur naar boven, als het over fout gelopen subsidies gaat: de affaire van subsidiefraude van El Kaouakibi. “Het is dankzij Sihame El Kouakibi dat dat dit subsidieregister zo snel klaar is, ja dat heeft ons echt geholpen”, zo zegt die aan Het Laatste Nieuws.
- De sociale onderneemster en Vlaams Parlementslid rijfde tegelijk subsidies binnen van de Vlaamse departementen Jeugd, Cultuur en Onderwijs, van de stad Antwerpen, én giften en investeringen van een heel pak privé-organisaties en ondernemers. Net het gebrek aan onderlinge transparantie maakte dat ze twee keer voor eenzelfde dossier overheidssteun kon vragen. Voortaan kan met één zoektocht voor elk bedrijf of vzw opgezocht worden, hoeveel subsidies die kreeg en van welk departement.
Om te volgen: Een megafusie van Oost-Vlaamse gemeenten mislukt.
- De paringsdans van Vlaamse gemeenten gaat onverminderd door: doordat steeds meer kleine gemeenten worstelen met financiële druk, maar ook met hun HR-beleid, waarbij ze zeker voor de moeilijke jobs nog weinig mensen vinden, overwegen er steeds meer om te fusioneren. Naast schuldvermindering, dankzij de Vlaamse regering, is er ook de druk: straks, bij een volgende legislatuur, wordt het misschien wel verplicht, dat fusieverhaal. Of minstens komt er een stevigere stok, in plaats van nu de wortel.
- De discussie is actueel op veel plekken. De timing wordt immers krap naar de gemeenteraadsverkiezingen van 2024: wil men het goed doen, dan is begin 2023 de ultieme datum om zo’n fusie te doen. Het gevolg is dus dat nu volop in Vlaanderen gesprekken lopen.
- In Zuid-Oost-Vlaanderen mislukt nu een grote oefening: bedoeling was om Oudenaarde, Kluisbergen, Wortegem-Petegem en Kruisem te laten fuseren. Daarvoor werden wat studies besteld, onder meer bij accountancybedrijf EY, en vooral: de bewoners van de gemeenten mochten via een digitale bevraging en gespreksavonden zich laten horen.
- Het resultaat was klassiek: veel tegenstand lokaal, om zo’n fusie door te voeren. En studies die aantonen dat de gemeenten op zichzelf nog wel even verder kunnen. Exit de gesprekken dus, meteen zien de vier gemeenten een gezamenlijke schuldvermindering van liefst 30 miljoen euro verdampen.
- Het voorbeeld toont aan hoe moeilijk fusies blijven, zelfs al is er een enorme financiële wortel. De vier kondigen nu aan “wel verder intensief samen te gaan werken”, maar de vraag blijft dan waarom ze niet meteen de grote beloning ook namen, om wel met vier één grote gemeente te vormen.
Tenslotte: Sophie Wilmès (MR) is opnieuw schepen in Rode.
- Schrijf ze allerminst af, voor de nationale politiek. Sophie Wilmès is al een tijdje geen vicepremier en minister van Buitenlandse Zaken meer, op 14 juli zette ze een beetje verwacht een stap opzij, en nam ze ontslag uit de federale regering. Ze had daarvoor al even alles “on hold” gezet, om voor haar zieke man te gaan zorgen, die vecht tegen een hersentumor.
- Maar die tijdelijke situatie werd onhoudbaar, waardoor er niets anders opzat dan ontslag te nemen. Opvallend, want de voormalige premier is veruit de meest populaire politica in Franstalig België, en de ultieme troefkaart van de MR.
- Vandaar ook dat ze nu wel weg is, maar helemaal niet definitief. In alle stilte is ze in haar thuisgemeente, Sint-Genesius-Rode, in de Vlaamse rand rond Brussel, opnieuw schepen geworden in het college. Een persbericht hoefde niet, ze hield het liever discreet, maar het nieuws ging rond in de gemeente. De faciliteitengemeente wordt gedomineerd door Franstalige partijen, Wilmès is volgens lokale collega’s in Rode “niets veranderd”, zo stelt La Libre.
- Dat ze zeker nationaal ooit haar comeback maakt, logischerwijze bij de verkiezingen van 2024, wanneer ze de Kamerlijst trekt, is al een uitgemaakte zaak voor de MR-top. Het verklaart waarom een andere Brusselse sterkhouder bij de MR, Alexia Bertrand, niet haar opvolger kon zijn op Buitenlandse Zaken, ondanks de nodige adelbrieven: dan zou er in 2024 onvermijdelijk concurrentie ontstaan tussen Bertrand en Wilmès. En die laatste weegt vooralsnog electoraal toch een tikje zwaarder.
- Meteen claimde Bertrand openlijk in de pers dat zij dan “de volgende Brusselse minister-president wordt”, ze stelde zich wel heel ferm kandidaat, zonder doorspraak met de MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez.
- Dat leidde tot een ongemakkelijke situatie bij de Franstalige liberalen, want ook de lokale MR-voorzitter in Brussel, David Leisterh, heeft ambities, net als de regionale minister Valéry Glatiny. Het wordt dus drummen voor de kopplaatsen.