Het metaverse is zich in een sneltempo aan het ontplooien. Bedrijven proberen manieren te bedenken om gebruikers volledig onder te dompelen in de virtuele wereld. Zo wordt volop geëxperimenteerd met manieren om ook voelbare prikkels naar gebruikers te sturen. De warme aanraking van een kop koffie aan je lippen, de kriebel van een spin die over je gezicht kruipt… Het is binnenkort misschien mogelijk in het metaverse.
Met het metaverse zien ondernemers en ontwikkelaars tal van kansen voor zich om een compleet nieuwe wereld te ontwikkelen. Er wordt al op allerlei manieren geëxperimenteerd met digitale overheidsdiensten, investeringen in digitaal vastgoed en een nieuwe manier om te gamen.
Het leidt geen twijfel dat er tal van mogelijkheden zijn in een digitale wereld die zich voor gebruikers uitstrekt zodra ze een headset aandoen. Maar volgens sommigen ontbreekt het prille metaverse aan extra zintuigelijke prikkels. Simpelweg je bril aandoen en je in een nieuwe omgeving wanen is niet genoeg. Zou het niet extra stimulerend zijn mocht je een briesje voelen wanneer je door de digitale wereld rondbeweegt? Zouden games niet net iets extra indrukwekkend zijn mocht je de omgeving ook kunnen ‘voelen’?
Prikkels aan de mond
Met die vragen ging Future Interfaces Group aan de slag. De digitale onderzoeksgroep van de Carnegie Mellon University in de Amerikaanse staat Pennsylvania ging naar manieren op zoek die zintuigelijke prikkels kunnen opwekken tijdens je ontdekkingstocht door het metaverse.
Om gebruikers extra diep in digitale ervaringen onder te dompelen, kijkt de onderzoeksgroep naar de mond. “De huidige virtual reality systemen die beschikbaar zijn voor consumenten, bieden slechts beperkte haptische waarnemingen via vibraties in de controlers”, legt Future Interfaces Group uit. “Het is een open uitdaging om gebruiksvriendelijke manieren te bedenken die de tastzin prikkelen.” De mond is volgens de onderzoekers zo interessant omdat het het tweede meest gevoelige onderdeel van het lichaam is na de vingertippen.
De onderzoeksgroep ontwikkelde daarom een systeem van elektrische omzetters die op de VR-headset geplaatst kunnen worden. Die omzetters focussen energie op en rond de mond, waardoor zintuigelijke prikkels opgevangen worden.
Slijm van een spin of een warme tas koffie
Een concreet voorbeeld van een testproject is door het toestel in te zetten bij een horrorspelletje. Spelers moeten door een bos lopen vol spinnenwebben. Wie door zo’n web loopt, lijkt ook het akelige gevoel te merken van een web dat in je gezicht blijft hangen. Als een spin in het gezicht van de speler springt, voelt die de poten heen en weer kriebelen. Wanneer de spelers later in het spel een spin moeten doodschieten, lokt het systeem korte prikkels op die de illusie opwekken dat er slijmspetters van de spin, in het gezicht van de speler spatten.
De toepassing werkt niet alleen voor akelige, lugubere horrorspelletjes. De onderzoekers geven ook het voorbeeld van dagelijkse handelingen die nagebootst kunnen worden dankzij de headset. Het drinken van een kop koffie, het poetsen van je tanden, het roken van een sigaret. Ga je in het metaverse met een motor rijden? Dan kan je de wind in je gezicht voelen, wanneer het begint te regenen voel je zelfs de druppels water. Al deze zaken kunnen versterkt worden door op bepaalde punten in en rond de mond vibraties te focussen met de hulp van de elektrische omzetters.
Zal het metaverse binnenkort ook onze tast prikkelen? Dat valt nog moeilijk te zeggen. De technologie staat nog in zijn beginfase en er is nog heel wat werk nodig om het op een optimale, en gebruiksvriendelijke manier te integreren in de headsets.
“Het aantal prikkels is nog steeds zeer beperkt in vergelijking met de realiteit, wat een hoge lat is om te leggen”, verklaren de onderzoekers. “Maar de technologie is zeer vergelijkbaar met de vibratiefuncties die gamecontrolers of smartphones al gebruiken, juist met meer ruimtelijke expressiemogelijkheden. We geloven erin dat VR/AR (virtual en augmented reality, red.) moeten blijven streven naar meer realisme. Er zal nog meer werk nodig zijn om onze ontwikkelingen uit te breiden.”
(ns)