De olieprijzen zijn de afgelopen weken gezakt, maar die dalende tendens zal niet aanhouden. Verwacht wordt dat de wereldwijde vraag zal blijven stijgen, terwijl het aanbod achterblijft. Of anders zullen de OPEC-landen, die misschien niet de wil (of de capaciteit) hebben om dit te doen, de productie moeten verhogen.
De prijs van Brent- en WTI-olie is deze week onder de grens van 100 dollar gedoken. De voornaamste reden die door experts wordt genoemd, is de angst voor een recessie, waardoor de vraag in de toekomst zou kunnen instorten. Ook de sterke dollar doet de vraag naar olie afzwakken, want de olieprijs wordt immers in de Amerikaanse munteenheid uitgedrukt. De greenback heeft de wind in de zeilen dankzij onder meer de recente renteverhogingen van de Federal Reserve.
Olieprijs zal waarschijnlijk opnieuw stijgen
Zal de olieprijs rond dat niveau blijven schommelen? Waarschijnlijk niet. De OPEC, de Organisatie van Olie-exporterende Landen, heeft dinsdag een raming gepubliceerd voor het jaar 2023. Daarin staat dat de vraag zal blijven toenemen, met ongeveer 2,7 miljoen vaten per dag. Anderzijds zal het aanbod van olieproducerende landen die geen lid zijn van de organisatie, slechts met 1,7 miljoen vaten per dag toenemen.
Om het verschil tussen vraag en aanbod te overbruggen, zou de OPEC in totaal gemiddeld 30,1 miljoen vaten per dag moeten oppompen. De productie ligt echter onder dat niveau. In bijvoorbeeld juni 2022 lag de dagproductie 1,38 miljoen vaten onder die doelstelling.
Onmogelijk om de vraag bij te benen
De vraag naar olie was de afgelopen jaren fors gedaald door de coronapandemie en de daarbijhorende lockdownperiodes. Gedurende de gezondheidscrisis besliste het oliekartel dan ook om de productie te verlagen. Sindsdien worden er maandelijks 432.000 extra vaten op de markt gebracht. In juli en augustus wordt de productie verder opgevoerd tot 681.000 extra vaten per dag. Dat zijn weliswaar streefcijfers. Niet alle lidstaten slaagden er tot nu toe in de quota van OPEC te halen. Zo werden er in juni gemiddeld slechts 234.000 extra vaten per dag opgepompt ten opzichte van mei.
In Nigeria en Angola, bijvoorbeeld, wordt te weinig in infrastructuur geïnvesteerd en de productiecapaciteit leidt daaronder. Andere landen moeten dan weer het hoofd bieden aan operationele problemen. In Libië heeft de productie te lijden gehad onder de politieke onrust. Als de productie in de 13 landen (die samen goed zijn voor 40 procent van het wereldaanbod) nu al de vraag niet kan bijhouden, is het moeilijk voor te stellen dat de situatie volgend jaar zal verbeteren.
Er kunnen ook politieke redenen zijn om het aanbod niet te verhogen. Volgens analisten zou onder meer Saoedi-Arabië de capaciteit hebben om meer te ontginnen, waardoor de prijs van het zwarte goud op wereldschaal kan dalen, maar het land zou genoegen nemen met hoge prijzen. En hoewel de Amerikaanse president Joe Biden deze week in Riyad op officieel bezoek is, is de kans zeer klein dat deze ontmoeting zal leiden tot een hogere olieproductie.
Maar zelfs met verhogingen door de Saoedi’s en de Emiraten zal de OPEC-productie de vraag niet kunnen bijbenen, liet Javier Blas, een energiespecialist voor Bloomberg, via Twitter weten.
(ns/as)
