Uit een onderzoek van de Oekraïense Economische Veiligheidsraad (ESCU) blijkt dat het Belgische betaalbedrijf OpenWay Rusland helpt om de financiële sector overeind te houden. Die onderneming heeft bijgedragen bij het opzetten van een alternatief betaalsysteem, genaamd Mir, na de Russische annexatie van de Krim.
Sinds de Russische annexatie van de Krim in 2014 zijn er sancties van kracht tegen Rusland. Die zijn alleen maar toegenomen nadat de autocraat Vladimir Poetin Oekraïne binnenviel. Veel bedrijven hebben intussen het land ook de rug toegekeerd, waaronder de betalingsverwerkers Visa en Mastercard. Die twee ondernemingen waren in 2014 al gestopt met het aanbieden van hun diensten aan Russische banken in de Krim.
Alternatief betaalsysteem
Dat was meteen ook de aanleiding voor Rusland om een alternatief betaalsysteem, genaamd Mir, op poten te zetten. Het land kon daarbij rekenen op de steun van OpenWay, het bedrijf achter het digitale betaalplatform Way4. Die onderneming sloeg toen de handen in elkaar met de Russische bank RNKB via een Russische ‘tussenpersoon’ (LLC ‘OV Integratsiya’). Dat blijkt uit een onderzoek van de Oekraïense Economische Veiligheidsraad, waarover de Oekraïense nieuwssite Ukrayinska Pravda bericht.
Mir werd uiteindelijk de basis van Ruslands Nationaal Systeem van Betaalkaarten. Intussen verloopt de overgrote meerderheid van de Russische binnenlandse transacties via dat platform. Zowat alle grote Russische banken, waaronder Sberbank, Alfa Bank, VTB Bank, VEB Bank en RNKB maken gebruik van het platform.
Het betaalplatform wordt ook al gebruikt buiten de grenzen van Rusland, zodat Russische reizigers toegang hebben tot hun bankrekening op enkele populaire (Russische) vakantiebestemmingen, waaronder Vietnam, Armenië, Wit-Rusland, Kazachstan en Krygzstan. De Turkse president Recep Tayyip Erdoğan liet eerder weten dat deze maand ook vijf Turkse banken zullen toetreden tot het betaalsysteem.
Sancties omzeilen
Volgens de Oekraïense Economische Veiligheidsraad heeft de Belgische onderneming de westerse sancties kunnen omzeilen door allerhande lege vennootschappen op te richten. Op die manier kon het bedrijf de samenwerking met de Russische klanten voortzetten. ESCU vermoedt ook dat de Belgische technologie nog steeds door Rusland wordt gebruikt om de lonen van de Russische strijdkrachten te betalen.
OpenWay zegt op zijn beurt dat het zijn Russische dochteronderneming Openway Service, gevestigd in Sint-Petersburg, heeft verkocht aan de werknemers in Rusland, waardoor het bedrijf zelf geen zaken meer doet met Rusland. De OpenWay-software werd in 2016 uiteindelijk verkocht aan RNKB.
In een LinkedIn-post liet het bedrijf enkele weken geleden weten dat het de dochteronderneming inderdaad heeft verkocht, maar geen zeggenschap meer heeft over de verkochte technologie: “Noch juridisch, noch technisch zijn we in staat om voormalige klanten tegen te houden onze software te gebruiken. Na de aankoop werd de software op hun eigen systeem geïnstalleerd. Onze softwarelicenties moeten eenmalig worden aangekocht, in tegenstelling tot systemen van concurrenten waarvoor regelmatig een hernieuwing moet worden aangekocht. De klanten hebben dus na aankoop voor eeuwig toegang tot de software.”
(as)