De Britse oliereus BP heeft in het tweede kwartaal een verlies van 16,8 miljard dollar (14,3 miljard euro) geboekt. Ook de andere grote oliebedrijven lieten eerder al bloedrode kwartaalcijfers zien.
Vorig jaar boekte BP in dezelfde periode nog 1,8 miljard dollar winst. Aan de basis van het monsterverlies in het tweede kwartaal liggen de lage olieprijzen en afschrijvingen. De olieprijzen lagen ruim de helft lager dan een jaar geleden, door de verlaagde vraag tijdens de coronacrisis en een prijsoorlog tussen Saoedi-Arabië en Rusland eerder dit jaar.
BP kondigde meteen ook een dividendverlaging aan, de eerste sinds de olieramp van Deepwater Horizon in de Golf van Mexico in 2010. Aandeelhouders zullen 5,25 dollarcent per aandeel krijgen, tegenover 10,5 cent in het vorig kwartaal.
Chevron
Het Amerikaanse olie- en gasconcern Chevron leed in het tweede kwartaal ook al enorme verliezen door de sterk gedaalde energieprijzen en door afschrijvingen op de waarde van zijn bezittingen, onder meer in Venezuela. Het nettoverlies bij Chevron kwam uit op 8,3 miljard dollar, tegen een winst van 4,3 miljard dollar een jaar eerder.
Chevron zegt dat er wel voorzichtig herstel is te zien op de oliemarkt, maar denkt dat de resultaten over het derde kwartaal opnieuw geraakt zullen worden door de crisis.
Shell
Olie- en gasconcern Shell heeft in het tweede kwartaal het grootste nettoverlies ooit geleden vanwege de coronacrisis. Het verlies kwam uit op 18,1 miljard dollar. Het Brits-Nederlandse bedrijf had eind juni al gemeld dat door de crisis veel minder olieproducten werden verkocht en dat er enorme eenmalige afwaarderingen zouden komen. Die afschrijvingen waren in totaal 16,8 miljard dollar.
Exxon Mobil
Het Amerikaanse Exxon Mobil deelde eveneens in de klappen. In het tweede kwartaal boekte het bedrijf een nettoverlies van 1,1 miljard dollar, tegenover nog 3,1 miljard dollar een jaar eerder. Ook bij Exxon Mobil gaat het om een historisch zwaar kwartaalverlies, dat wel beperkter is dan bij de concurrenten.