Nationale Bank: ‘Ook ontslagnemende regering kan begrotingstekort aanpakken’

Ook een regering van lopende zaken kan maatregelen nemen tegen het begrotingstekort, stelt gouverneur Pierre Wunsch bij de voorstelling van het jaarverslag van de Nationale Bank.

In 2019 nam het tekort op de begroting toegenomen tot 1,7 procent van het bbp en bij ongewijzigd beleid zal het tekort oplopen tot 2,6 procent in 2021. Volgens Wunsch is dat voorspelbaar, omdat ons land al sinds eind 2018 geen volwaardige regering met een parlementaire meerderheid meer heeft. Als gevolg komen er ook geen maatregelen om het tekort in te dijken.

Tekort ondersteunt groei

Het afgelopen jaar vielen de overheidsontvangsten tegen, omdat bedrijven in België de twee voorgaande jaren extra voorafbetalingen van de vennootschapsbelasting hadden gedaan. Die tijdelijke meevaller viel in 2019 weg. En aan de andere kant stegen ook de primaire uitgaven, onder meer door de vergrijzing.

Het oplopen van het begrotingstekort heeft volgens Wunsch misschien wel geholpen om de economische groei in België te ondersteunen. Die bedroeg het voorbije jaar 1,4 procent, waarmee ons land opvallend goed standhield in Europees perspectief. Er was amper een groeivertraging. ‘Dit was dus niet helemaal negatief, maar het enige probleem is dat hier geen beleid achter zat’, merkte Wunsch op.

Italiaanse toestanden

Hij waarschuwde ook dat als er nu geen maatregelen worden genomen, het begrotingstekort in 2021 zal toenemen tot 2,6 procent van het bbp. ‘Dat is het op één na hoogste tekort in het eurogebied. Enkel Italië zou het dan slechter doen’, klonk het.

‘Dé prioriteit is om zo snel mogelijk het tekort te laten zakken tot 1 procent. Dan is er weer beleidsruimte.’ De bankgouverneur vindt dat dringend nodig, want de overheidsinvesteringen scoren al jaren ondermaats. Verder moet de overheid zich wapenen voor een mogelijke recessie of een rentestijging. De voorbije jaren kon de overheid namelijk profiteren van een dalende marktrente.

Goed economisch rapport

De Nationale Bank schetst in haar jaarverslag een relatief rooskleurig beeld van de Belgische economie:

  • Koopkracht gezinnen in de lift

De koopkracht van de Belg is het afgelopen jaar met 2,5 procent gestegen. Dat is, in reële termen dus rekening houdend met de inflatie, de sterkste stijging in meer dan tien jaar. Het gaat om het resultaat van loonopslag, de taxshift, meer jobs en lagere energieprijzen. In 2018 steeg de koopkracht ook al met 1,1 procent.

  • Ruim 74.000 jobs erbij

Het aantal jobs zat dus in de lift: er kwamen 74.000 nieuwe arbeidsplaatsen bij. ‘Enkel in 2017 lag het aantal nog hoger, maar toen was er ook meer economische groei’, stelde gouverneur Pierre Wunsch. Volgens ‘zijn buikgevoel’ is dit te danken aan het regeringsbeleid. Wunsch was in een vorig leven kabinetschef van MR-kopstuk Didier Reynders. De arbeidsmarkt werkt nu beter dan vroeger, met minder werklozen en minder bruggepensioneerden.

  • Onduidelijkheid rond klimaatfactuur

Gouverneur Wunsch plaatste wel vraagtekens bij de praktische organisatie van de klimaattransitie. De landen van de Europese Unie hebben beslist om tegen 2050 klimaatneutraal te worden. De transitie zal gebeuren met nieuwe technologie. En dan is de grote vraag wanneer die beschikbaar zal zijn, hoeveel dat zal kosten en wie dat zal gaan betalen. Wunsch gaf het voorbeeld van het isoleren van woningen, waarvan de kost voor ons land op 200 miljard euro wordt geschat. ‘Zelfs bij een nulrente moet de investering worden terugbetaald. Krijgt de overheid de rekening gepresenteerd, of gaan de gezinnen betalen?’

Lees ook:

Meer