De Europese topcompetities zijn de laatste jaren eigendom geworden van clubs uit de rijke competities. Het is dan ook verfrissend te zien dat Club Brugge een vuist kan maken tegen de grootmachten uit de grote competities. Het was ooit anders, toen de dominantie van de Big 5 veel kleiner was. Misschien kan het dan toch.
Het blijft een precair evenwicht om een voetbalclub te beheren. De ticketinkomsten staan, zeker sinds de crisis, onder druk. De tv-inkomsten moeten met de volledige liga worden gedeeld. Om te vermijden dat de kleintjes geen budget hebben en de wedstrijden oninteressant worden. Daarnaast blijft er de druk om topspelers te kopen, die alsmaar duurder worden. Resultaten zijn immers nog altijd het enige dát telt.
De lijn tussen top en flop is dun
Twee inkomstenbronnen maken het verschil tussen een topjaar en een dramatisch jaar. De verkoop van talent én uitstekende prestaties in de Europese competities. Hier scoort Club Brugge twee keer een plus. De club verkocht dit jaar voor meer dan 50 miljoen euro aan spelers – ze kochten er ook wel wat – en nu zullen ze waarschijnlijk mogen proeven van de jackpot. Club Brugge stevent dan ook af op een omzet boven de 100 miljoen euro.
Als Club Brugge zijn poule wint, mag het 2,8 miljoen euro extra bijschrijven op zijn bankrekening. Bovenop de 9,6 miljoen euro dankzij haar plaatsing voor de laatste 16. Dan is er nog de startpremie van 15,64 miljoen euro en een bonus van 5,7 miljoen euro, afhankelijk van de coëfficiënt. Elk punt dat ze halen in de groepsfase levert ook nog eens omzeggens 1 miljoen euro op. Dit zonder de inkomsten van de thuismatchen (geschat op 5 miljoen euro) en de extra tv-gelden (2 miljoen euro). De 50 miljoen euro zijn dus niet ver weg, en dit uit slechts 1 campagne.
De kloof voor de eerste keer echt verkleind
Dat lijkt een bom geld. Tot je de grafiek hieronder ziet. Er is nog een hele weg te gaan om bij de top te geraken ondanks deze indrukwekkende Brugse omzet.
Het geeft de burger wat moed. Terwijl de kloof tussen arme en rijke clubs alsmaar verder uitdiept, is het toch af en toe mogelijk om vanuit een kleinere competitie te stunten.
De Champions League is eigendom van de top 5 liga’s
Als we kijken naar de kansen om de Champions League te winnen, dan slinken de kansen tot omzeggens nul. De Big 5-liga’s, met name de Premier League (Engeland), Serie A (Italië), La Liga (Spanje), Ligue 1 (Frankrijk) en de Bundesliga (Duitsland), domineren het Europese voetbal. De voorbije 20 jaar wonnen enkel Big 5-clubs het kampioenenbal, met uitzondering van het verrassende Porto van José Mourinho in 2004.
Het is ooit anders geweest
Wie het totale overzicht bekijkt van alle competities sinds 1955 ziet dat kleinere competities het vroeger nog best wel goed deden. Maar dat dit helemaal weg is gevallen in de nieuwe formats – de Champions League sinds 1992 en de Europa league sinds 2009. Eén uitzondering: Porto uit Portugal.
De Champions League is de eerste kolom, de Europa League is de tweede en de recent opgerichte Conference League is de derde tabel. Verder zie je dat in de oudere competities, die je in tabel 4, 6 en 7 vindt, ook België een grote speler was in Europa. Die competities waren de oude versies van de nieuwe competities zoals de Beker der Bekerwinnaars en de Europacup 1.
De meest recente winnaar uit België was de winnaar van de Europa League – de tweede kolom – in 1983: Anderlecht. De dominantie van Spanje, Italië en vooral Engeland wordt in de nieuwe formats alsmaar groter.
Zelfs Frankrijk komt er, ondanks PSG, niet aan te pas, met één schamele overwinning van Olympique Marseille in de Champions League in 1993, gecoacht notabene door onze eigen Raymond Goethals, de enige Belgische coach die ooit die beker won.
Antwerp kijkt mee
Ook het Antwerp-bestuur zal met belangstelling deze evolutie volgen. De coëfficiënt van de Belgische clubs gaat hiermee naar boven, zodat er meer Europese plaatsen voor Belgische clubs beschikbaar worden in de toekomst. Het geeft ook aan dat investeren loont, zelfs in een ultracompetitieve omgeving als de Belgische competitie. Mocht Antwerp kampioen spelen, krijgen we een tweede club met torenhoge ambities die ook in Europa resultaten wil neerzetten. (ddw)
Xavier Verellen is auteur en ondernemer. Zijn recente boek ‘Topsporters zijn CEO’s’, dat aantoont dat leiderschap het verschil maakt tussen kampioenen en superkampioenen, is te koop in de Standaard Boekhandel of online via https://topsporterszijnceos.businessam.be/