De luchtvaartindustrie kan zijn ecologische voetafdruk drastisch verkleinen zonder aanzienlijke veranderingen aan de vliegtuiguitrusting en de infrastructuur te moeten doorvoeren. Dat blijkt uit een onderzoek van wetenschappers van de University of Bristol.
Aangepaste procedures voor de luchtverkeersleiding en de vliegtuigoperaties kunnen volgens de Britse onderzoekers de klimaatimpact van de sector de volgende vijf tot tien jaar zelfs met 20 procent verminderen.
Klimaatakkoorden
“De emissies van vliegtuigen, koolstofdioxide niet meegerekend, vertegenwoordigen meer dan tweederde van de klimaatimpact die aan de luchtvaart kan worden toegeschreven”, benadrukt Kieran Tait, specialist luchtvaarttechnologie aan de University of Bristol.
“Maar door de focus op een decarbonisatie van de maatschappij in de beleidsvorming – noodzakelijk om klimaatneutraliteit mogelijk te maken – wordt de aanpak van de andere problemen vaak over het hoofd gezien.”
Tait merkt daarbij op dat het aanpassen van de vliegroutes, waarbij naar klimaatoptimale trajecten wordt gestreefd en klimaatgevoelige regio’s worden vermeden, een belangrijke bijdrage kan leveren om de ecologische voetafdruk van de sector te verkleinen.
Ook de vorming van formatievluchten, waarbij twee vliegtuigen achter elkaar – op ongeveer 2 kilometer van elkaar verwijderd – vliegen, zou de klimaatimpact van de luchtvaart volgens de wetenschapper drastisch kunnen verminderen.
Vorig jaar beloofden luchtvaartmaatschappijen tegen het midden van deze eeuw de uitstoot van koolstofdioxide compleet te elimineren. Daarmee zou de sector voldoen aan de doelstellingen van de Klimaatakkoorden van Parijs, die ernaar streven om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graad Celsius boven de niveaus die voor de start van het industriële tijdperk werden genoteerd.
Luchtvaartmaatschappijen worden geconfronteerd met toenemende druk van milieugroeperingen om hun ecologische voetafdruk te verkleinen. Een jaar geleden schetste de International Air Transport Association (IATA) plannen om deze doelstellingen te bereiken.
Daarbij zou gebruik gemaakt worden van het elimineren van emissies aan de bron. Onder meer werd daarbij gewezen op het gebruik van alternatieve brandstoffen en een optimalisering van de luchtverkeersnavigatie. Daarnaast werd ook gewezen op de opvang en opslag van koolstofdioxide en de aankoop van emissiekredieten. Het onderzoek van de University of Bristol sluit op die voorstellen aan.
Contrails en stikstofoxiden
De onderzoekers benadrukken dat de klimaatimpact van de luchtvaartsector twee belangrijke elementen omvat die niet aan de uitstoot van koolstofdioxide zijn gelinkt. “Die elementen zijn de condensatiesporen van vliegtuigen (contrails) en de emissie van stikstofoxiden”, verduidelijkt Tait.
“Het opwarmende effect van deze emissies is sterk afhankelijk van de chemische en meteorologische karakteristieken van de atmosfeer op het moment van de uitstoot.”
“Condensatiesporen zijn verantwoordelijk voor 51 procent van de totale klimaatimpact van de luchtvaart”, merken de onderzoekers op. “Op locaties met koude en vochtige lucht, condenseert de waterdamp om ijskristallen te vormen die warmte vasthouden en een netto verwarmend effect hebben.”
“De emissies van stikstofoxiden reageren met chemicaliën in de atmosfeer om ozon te genereren en methaan te verminderen. Het genereren van ozon weegt echter meestal zwaarder dan de reductie van methaan, wat leidt tot een netto opwarmend effect.”
“Hoewel klimaatoptimale routes een langere vlucht kunnen vereisen – wat het brandstofverbruik met 1 procent tot 2 procent kan opvoeren – zou het vermijden van klimaatgevoelige gebieden de totale klimaatimpact van een vlucht met ongeveer 20 procent kunnen verminderen,” zei Tait.
“Bij formatievluchten vliegt het tweede vliegtuig in het kielzog van het leidende toestel. Daardoor krijgt het een opwaartse beweging, die het brandstofverbruik met 5 procent tot 8 procent kan verminderen.”
“De volgende stap is het analyseren van de wereldwijde luchtverkeersgegevens om hotspots in het luchtruim te identificeren waar de implementatie van formatievluchten het meest geschikt zou zijn”, aldus de onderzoekers. “Op dat vlak kan een echt en significant verschil worden gemaakt.”
“De luchtvaartindustrie kan bijzonder veel winnen met de implementering kleine, maar cruciale veranderingen in de luchtverkeersleiding en vliegtuigoperaties die kunnen worden gerealiseerd.”