De loonkosten per gepresteerd uur stegen vorig jaar met 9,1 procent. Dat blijkt uit een steekproef van hr-dienstverlener Securex bij 20.847 bedrijven.
De cijfers: In 2023 betaalde een bedrijf in België per effectief gepresteerd uur gemiddeld 27,44 euro aan loonkosten. Dat is een stijging met 9,1 procent tegenover een jaar eerder (25,16 euro). De evolutie is gelijkmatig verdeeld over alle regio’s.
- Een gewerkt uur kost bedrijven in Brussel met 31,45 euro het meest.
- Vlaanderen komt uit op gemiddeld 29,10 euro (+ 8,3 procent).
- In Wallonië betalen de bedrijven met 25 euro het minst per gepresteerd uur.
Meer details: Er zijn wel aanzienlijke verschillen tussen de sectoren, zowel bij arbeiders als bedienden.
- In de paritaire comités voor bedienden 209 (metaal-, machine- en elektrische bouw) en 207 (scheikundige nijverheid) hebben bedrijven hoge loonkosten per gepresteerd uur, met respectievelijk 45,31 euro en 44,53 euro.
- In de land- en tuinbouw liggen de loonkosten het laagst, respectievelijk 17,85 euro en 20,34 euro.
- De loonkostspanning, of de verhouding van de loonkost tussen de 10 procent bedrijven met de hoogste loonkost per gepresteerd uur en de 10 procent bedrijven met de laagste, loopt op tot factor 4.
Loonindex
Uitgelegd: Securex berekent de loonkosten per gewerkt uur door de totale jaarlijkse loonkosten te delen door het totaal aantal gepresteerde uren van alle werknemers die in dat jaar in dienst waren, inclusief flexibele contracten en studentenjobs.
- Dit toont hoeveel werkgevers gemiddeld betalen voor een gewerkt uur en omvat naast het brutoloon ook sociale zekerheidsbijdragen en andere arbeidsgerelateerde kosten. De stijging in 2023 is te verklaren door de loonindexaties die doorgevoerd werden en niet door minder gewerkte uren: het korte ziektepercentage daalde vorig jaar immers wat.
👉 Juridisch experte Els Vanderhaegen: “De mate van stijging van de gemiddelde loonkosten per gewerkt uur ligt in de lijn van de loonindexering van 2023, voor die sectoren die in januari indexeren. Heel wat sectoren en bedrijven die het jaar voordien winst hadden gemaakt, kenden in 2023 ook een koopkrachtpremie toe. Tot slot werd ook de fietsvergoeding vorig jaar opgetrokken tot 0,27 euro per kilometer.”