Als er één iets is waar Groen co-voorzitter Jeremie Vaneeckhout niet in gelooft, “dan is het wel defensief aan politiek doen”, zo zegt hij. De toon voor de campagne is meteen gezet: “Ik vind dat wij als partij te veel in het hoekje zijn gaan staan, te veel zoekend waren naar wat regeringsdeelname betekende.” En Vaneeckhout vult dat nu anders in, hij is “uiterst fier” op het bilan dat Groen kan presteren volgens hem. “Ik ben zeker dat ze over Tinne Vanderstraeten (Groen) en Georges Gilkinet (Ecolo) binnen tien jaar zullen zeggen: ‘Dat waren ministers die hun tijd vooruit waren’. Meteen kondigt Vaneeckhout ook aan: Groen gaat niet aan de kant, straks. “De uitdagingen zijn zo groot dat je nu als partij zou zeggen: ‘Ik ga sowieso aan de zijlijn staan’, dat zou ongelooflijk onverantwoord en ook stom zijn.” En de inzet is ook glashelder voor hem: niet federaal, maar Vlaams moet er een andere wind gaan waaien: “Voor mij is de grootste doelstelling een andere Vlaamse regering krijgen. Omdat de N-VA, cd&v en Open Vld de voorbije 10 à 15 jaar hebben bewezen dat Vlaamse autonomie krijgen, niet voldoende als antwoord is, om een aantal zaken te verbeteren”. Want hem is het huidige Vlaamse regeringswerk “het failliet van het project van Bart De Wever (N-VA) van de voorbije twintig jaar.”
“Het was een zeer opvallend jaar, met toch een aantal evoluties waar ik zelf wat van geschrokken ben, de voorbije jaren.”
“Als je ziet hoe de ‘klimaatpauze’ bijna het woord van het jaar is geworden door ministers als Zuhal Demir (N-VA), maar ook Alexander De Croo (Open Vld), die rond allerlei cruciale kwesties eigenlijk altijd alleen maar op het rempedaal gaan staan, dan is dat voor mij wel de grote tendens van het voorbije jaar.”
“Het is zeer stevig geweest op alle gebied. Ik denk maar aan de oorlog in Gaza. Maar voor mij is het toch wel de grootste trend van het afgelopen jaar, dat het klimaat, waarvan de wetenschap zegt: ‘Dat is een evidentie, dat is één van de grootste uitdagingen van deze tijd’, plots blijkbaar niet meer tellen voor een aantal partijen.”
Het verschil met 2019 is groot: toen was klimaat hét thema, zo leek toch vooraf. Vandaag is het helemaal anders.
“Je ziet het totaal omgekeerde, en je ziet dat dat onder druk van extreemrechts is. Extreemrechts dat wereldwijd, maar zeker ook in Vlaanderen, opgang maakt. Dat zeer sterk staat. En je ziet dat al die partijen, van gematigde partijen tot rechtse partijen, van links tot rechts, opschuiven en bepaalde waarheden gewoon niet meer durven zeggen tegen de Vlaming.”
“Je ziet het internationaal: kijk wat er in Nederland gebeurd is, maar ook in Vlaanderen is dat de grote uitdaging. Dat is iets waar wij ons heel grote zorgen over maken en waar we ons altijd tegenover zullen uitspreken.”
Wat was uw dieptepunt dit jaar?
“Dat ik in mijn eigen omgeving, maar ook veel breder daarrond, heel veel kinderen heb zien afzien het voorbije jaar.”
“Mijn eigen nicht is de tweede dag van het jaar gestorven. Maar ook andere jonge mensen. Ik heb in mijn omgeving vrienden die een kindje van drie jaar verloren zijn.”
“Je ziet hetzelfde als je kijkt naar één op de drie kinderen die in de jeugdhulp niet de crisishulp krijgen die ze nodig hebben. De Warmste Week was er opnieuw: we moeten geld bedelen bij de Vlamingen omdat de Vlaamse regering niet doet wat ze zou moeten doen.”
“Misschien ben ik wat melig of kwetsbaar geworden door zelf papa te zijn van drie kinderen intussen, maar dat komt dan extra hard binnen. En dus voor mij, die lijn van ‘hoe ga je met kinderen om’ zegt zeer veel over wat een samenleving is.”
“Partijen die nog altijd allerlei leuzen als ‘respect’ enzoverder naar voor schuiven, maar toch een aantal fundamentele zaken in twijfel trekken? Ik heb dat niet begrepen.”
In het nieuwe Europese migratiepact zitten ook wel harde maatregelen naar gezinnen met kinderen toe. Die kunnen in gesloten centra eindigen. Deel van de tijdsgeest?
“Ja, ik vrees het. En ik vrees dat het ook opnieuw een van die bewijzen is van hoe onder druk van extreemrechts bepaalde dingen die tot tien jaar geleden ondenkbaar waren nu bij traditionele machtspartijen in twijfel worden getrokken.
“Partijen die nog altijd allerlei leuzen als ‘respect’ enzoverder naar voor schuiven, maar toch een aantal fundamentele zaken in twijfel trekken? Ik heb dat niet begrepen.”
“Er moet een Europees antwoord komen. Dat is niet makkelijk op te geven, maar dat partijen bijna staan te juichen en enorm fier zijn dat ze voortrekker waren van een akkoord waarin ook staat dat kinderen kunnen worden opgesloten in bepaalde omstandigheden… Voor ons is het alvast heel helder dat dat niet is waar Groen voor staat en dat dat ook in België nooit zal passeren.”
Hebt u een hoogtepunt voor dit jaar?
“Toch wel dat na de Vivaldi-deelname van twee jaar en iets langer, de impact van de groenen echt duidelijk is geworden.”
Legt u eens uit?
“Absoluut. Ik ben eigenlijk zeer fier als co-voorzitter. Er zijn een aantal dingen die ik daar wel over wil delen.”
“Over energie: als je ziet dat na heel veel discussies, iedereen heeft er van alles over gezegd en geschreven, maar wat Tinne Vanderstraeten (Groen) gedaan heeft de voorbije jaren is wel ongezien.”
“We zullen drie keer meer windenergie hebben tegen 2030 door Tinne Vanderstraeten. We hebben voor het eerst in de geschiedenis een waterstofstrategie. Er is de verbinding met Denemarken die er komt om onze energiebevoorradingszekerheid zekerder te maken.”
“Maar je hebt ook de verlenging van de twee kerncentrales waarvan iedereen zei: ‘Ze wil het niet, ze kan het niet’. Maar we zien dat die verlenging er nu is, niet op kap van de belastingbetaler. En eindelijk, na veertig jaar is er een antwoord voor de factuur van het afval waar Engie zelf voor gaat opdraaien. Ik vind dat ongezien.”
Maar moest de grote groene trofee niet zijn dat kernenergie helemaal geschrapt zou worden?
“Ja, maar het is heel helder dat kernenergie op dit moment een zeer dure en vervuilende energievorm is. Dat is onomstotelijk bewezen. Op lange termijn is dat niet het antwoord. We weten dat hernieuwbare energie het antwoord is.”
“Maar als er op een bepaald moment een oorlog in Rusland uitbreekt en de nucleaire centrales in Frankrijk wegvallen en dan moeten we zeggen: ‘Oké, hoe gaan we onze bevoorradingszekerheid voor de komende tien jaar garanderen?’, dat we dan twee centrales langer openhouden.”
“Ik denk dat het dom zou zijn om dat niet op dat moment overwogen te hebben. En we hebben het dan ook nog kunnen doen op een manier waardoor de belastingbetaler er niet voor opdraait.”
“Voor mij nog veel belangrijker: de realisaties van de groenen zijn duidelijk geworden. We hebben Georges Gilkinet (Ecolo) die na tien jaar van non-beleid eindelijk opnieuw een contract heeft met de NMBS om te zeggen wat de doelstellingen zijn die we moeten halen. Het is natuurlijk altijd lastig voor Groen, omdat je daar vandaag niet meteen het resultaat van ziet.”
Kwetsbaar toch, dat NMBS-verhaal? De treinen rijden helemaal niet op tijd.
(Onverstoorbaar) “Ik ga het voorbeeld geven van Vera Dua (Groen), twintig jaar geleden, waarvan nu landbouwers zeggen: ‘Dat is de enige minister die wist wat ze aan het doen was de voorbije twintig jaar’.”
“Wel, ik ben zeker dat ze over Tinne Vanderstraeten en Georges Gilkinet binnen tien jaar zullen zeggen: ‘Dat waren ministers die hun tijd vooruit waren’.”
“Hetgeen waar ik het allerfierst op ben, is dat na vijftien jaar beloftes van Yves Leterme tot nu, regeringen met socialisten, liberalen, Vlaams nationalisten en christendemocraten er nooit in geslaagd zijn om te doen wat deze regering met Groen wel doet. En dat is zorgen dat minimumpensioenen, minimumlonen maar ook uitkeringen allemaal boven de armoedegrens zijn. Dat is ongezien. Iedereen kan daar schamper over doen. Maar ik ben daar ongelooflijk fier op.”
Dat lijkt me meer een verwezenlijking waar de socialisten fier op zijn?
“Maar die socialisten, die zaten ook in de vorige regeringen. En die hebben het nooit gekund. Het toont dat enkel de kracht van Groen, om de meer progressieve stem in de regering te zijn, nodig is om dat soort dingen te kunnen realiseren.”
Het verschil met de vorige groene regeringsdeelname, bij paars-groen twintig jaar geleden, is groot: toen speelden jullie ‘defensief’ in de campagne, nu wilt u ‘offensief’ gaan?
“Ik was er in 2003 nog niet bij. Ik was nog geen achttien jaar, dus ik mocht nog niet stemmen.” (lacht)
“Maar als er iets is waar ik niet in geloof, dan is het defensief aan politiek doen. Ik vind dat wij als partij te veel in het hoekje zijn gaan staan, te veel zoekend waren naar wat meerderheidsdeelname betekende. Te veel mensen in de partij die op zoek waren naar wat onze rol is.”
“Dat is ook de analyse die wij gemaakt hebben anderhalf jaar geleden, toen Nadia Naji (Groen) en ik gestart zijn als co-voorzitters. Dat wij de voorbije jaren ook uitgedragen.”
Tinne Vanderstraeten (Groen) heeft wel een aantal momenten die media-technisch rampzalig waren, bij het verdedigen van haar beleid?
“Goh, ik denk dat Tinne er altijd voor gekozen heeft om eerst te focussen op wat ze moest doen. En dan op welke manier we daarover gaan communiceren. Ik moet zeggen dat ik fier ben dat wij kiezen voor ministers die zeggen: ‘Op het einde van de rit, waar word ik op afgerekend? Op een of ander interview of op het energiebeleid dat ik voorbereid heb voor de komende twintig jaar?’ Dus dat is een zeer goede zaak.”
“Maar wij hebben er met Tinne, met Petra (De Sutter, red.), met bijvoorbeeld Mieke (Schauvliege, red.) in de Vlaamse fractie, nu echt voor gekozen om een team te bouwen dat heel helder en complexloos voor die progressieve groene politiek staat. Voor die ideeën, maar ook voor de realisatie ervan. En dus in een hoekje gaan staan twijfelen over ‘Oei, waar staan we nu voor?’, daar heeft niemand iets aan. Wij zijn de enige stem in Vlaanderen die een aantal ideeën nog durft vertolken. En daar zijn we ook verdorie fier op.”
De deur van nieuwe regeringsdeelname is dus absoluut niet dicht, zelfs als jullie wat verlies pakken?
“Nee, absoluut niet. Maar in geen enkele van de richtingen. Het is ook niet dat wij zeggen dat we ten koste van alles in een regering moeten zitten. De kiezer moet de kaarten schudden. Dan zullen we zien wat er mogelijk is.”
“Maar als je ziet wat de grote uitdagingen zijn… Ik heb het daarnet al gehad over klimaatbeleid en zorgen dat iedereen daarin mee kan, maar ook betaalbare zorg. Ook als het gaat over gelijke kansen voor iedereen en armoede en ongelijkheid die stijgen. De uitdagingen zijn zo groot dat je nu als partij zou zeggen: ‘Ik ga sowieso aan de zijlijn staan’, dat zou ongelooflijk onverantwoord en ook stom zijn.”
“Klimaatbeleid is een thema vandaag. Ik zie heel veel partijen, ook rechtse en extreemrechtse partijen, zich heel expliciet over klimaatbeleid uitlaten. Het zal aan ons zijn om dat op een offensieve en positieve manier te omarmen.”
Wat wordt het thema van de verkiezingen volgens u?
“Wat voor ons echt het thema moet worden, is dat eerlijk klimaatbeleid.”
“Je merkt dat het klimaatbeleid zeer veel mensen ongerust maakt. We staan voor een ongelooflijke transitie die nog maar begonnen is. Een aantal eerste stappen zijn gezet, maar we moeten heel duidelijk maken aan mensen dat er twee dingen belangrijk zijn. Een: we moeten ervoor zorgen dat iedereen mee kan. Vier op de tien gezinnen geven vandaag aan dat het zeer moeilijk is om die transitie te doen. En een Vlaamse regering die hen daar niet in ondersteunt, die moeten we zeggen: ‘Het is niet uw individuele schuld. Maar we moeten dit samen oplossen en het beleid moet u ondersteunen’.”
“Men moet ook beseffen dat dat ook verbonden is met hele andere thema’s in de samenleving. Als mensen zich nu zorgen maken over migratie, sorry, maar de klimaatproblematiek niet aanpakken zal nog voor grote migratie-uitdagingen in de toekomst zorgen. Dus wij hebben er alle belang bij om dat te doen.”
“Maar een tweede luik dat we aan mensen moeten brengen: dat klimaatbeleid is ook een enorme kans. Het voelt nu aan, en dat begrijp ik helemaal, als een grote bedreiging. Maar wie is er gebaat bij lagere energiefacturen? Bij gezonde lucht, bij een leefomgeving waar kinderen zorgeloos kunnen spelen? Bij meer tijd en levenskwaliteit, om ruimte voor elkaar te hebben, zeker in kersttijden? Om wat meer op mensenmaat te kunnen werken? Op alle gebied worden mensen daar beter van, van dat klimaatbeleid.”
U noemt migratie, er is evengoed koopkracht en de portefeuille van de mensen: hoe gaat u zich daar in het debat knokken, met klimaat?
“Uiteraard zullen die andere thema’s van belang zijn. Vandaar dat we migratie, maar ook koopkracht moeten verbinden aan die klimaatuitdaging. We moeten daarmee aan de slag gaan.”
(fel) “Maar klimaatbeleid is een thema vandaag. Ik zie heel veel partijen, ook rechtse en extreemrechtse partijen, zich heel expliciet over klimaatbeleid uitlaten. Het zal aan ons zijn om dat op een offensieve en positieve manier te omarmen.”
“Ik herhaal: het is ten eerste een grote transitie waarin we iedereen moeten meenemen, maar ten tweede ook een enorme kans voor onze samenleving. Voor een economie die mensen gezonder en sterker maakt, eerder dan mensen achterlaat.”
Maar een klimaattop in Dubai, volgend jaar in petrostaat Azerbeidzjan, in Bakoe. Dat is toch een probleem van geloofwaardigheid op zich?
“Dat is een zeer complex gegeven. Aan de ene kant klopt dat, dat staat er heel erg mee op gespannen voet. Tegelijk heeft dat niet tegengehouden om nu toch een historisch stapje te zetten.”
“Het vervolg erop moet nu komen, natuurlijk. Het is één: zeggen dat we fossiele brandstoffen gaan uitfaseren. Stap twee is: hoe gaan we dat doen, en zorgen dat iedereen dat ook opneemt.”
“Ik zou in de ideale wereld willen leven waarin we de klimaatcrisis kunnen oplossen met alleen maar liberale democratieën. Maar die is er vandaag niet. En we hebben maar een beperkte tijdspanne om allemaal historisch onze verantwoordelijkheid rond dat klimaatbeleid te nemen. Dus je moet op een of andere manier toch, hoe wrang dat ook is, aan de slag met bondgenoten die minder dicht bij ons staan.”
Wat wordt de verrassing in de komende kiescampagne?
“Ik geloof echt dat de verrassing Tinne Vanderstraeten en Petra De Sutter worden.”
“Omdat ik echt geloof dat er een enorme kans en veel potentieel ligt bij kiezers die zitten te wachten op mensen die heel helder ergens voor staan. Mensen die ook heel helder weten waar ze naartoe willen. Maar tegelijk iedere dag samenwerking en oplossingen zoeken, verantwoordelijkheid nemen om dat ook in de praktijk om te zetten. En niet altijd vanop de hoogste podia staan te schreeuwen over wat er moet gebeuren. Die groene leiderschapsstijl van mensen als Tinne en Petra, maar ook Elke (Van den Brandt, red.) bijvoorbeeld in Brussel, dat is echt iets waarvan ik geloof dat dat kan verrassen op de verkiezingsdag zelf.”
Petra De Sutter heeft als vicepremier inderdaad binnen Vivaldi heel vaak geprobeerd om de consensus mee te ondersteunen.
“Petra is iemand die zich heel erg goed bewust is van haar rol. En je hebt natuurlijk een rol van een partijvoorzitter die heel scherp en helder benoemt wat de standpunten van een partij zijn. Maar een vicepremier, die staat daar niet alleen om de partij te vertolken. Die zit daar ook om verantwoordelijkheid te nemen naar de regering toe.”
Binnen Vivaldi is dat toch een verschrikkelijk moeilijke opdracht?
“Maar nee, natuurlijk niet. Want wie heeft er onderhandeld dat we geen kinderen meer gaan opsluiten in België? Wie heeft er onderhandeld dat er meer plaatsen dan ooit zijn om mensen op de vlucht op te vangen? Maar ook: wie heeft er onderhandeld om te zorgen dat die uitkeringen en minimumlonen boven de armoedegrens zitten? Dat is wel Petra De Sutter.”
“Ik ben enorm fier op de manier waarop zij dat doet. Namelijk altijd met heldere standpunten aan tafel gaan zitten, maar dan zoeken naar oplossingen. Als ik met mijn vrouw moet samenleven, dan is het al moeilijk met twee. Laat staan dat je met al met 6 miljoen Vlamingen samenleeft. Je moet met 11 miljoen Belgen proberen samen te leven. Dat is niet makkelijk.”
“Dus we moeten ook aan mensen durven zeggen: democratie is niet altijd de makkelijkste weg, maar wel de beste weg. En iemand als Petra belichaamt dat echt wel, zij weet: ‘Ik sta daarvoor. Dit zijn voor mij een aantal morele en politieke doelstellingen en zaken waar ik voor sta. Maar ik ga ook altijd op zoek naar bondgenoten om samen een aantal dingen te realiseren’. En dan vind ik de stappen die zij daarin gezet heeft en die wij met de groenen in de regering gezet hebben, zaken waar we inderdaad fier op mogen zijn.”
En Bpost, kan u daar fier op zijn?
“Ja, ook in Bpost is Petra ongeziene dingen aan het doen. Daar is een nest boven gekomen van de voorbije decennia.”
Het is toch wel heel pijnlijk, dat dossier?
“Ja, absoluut. Maar wie is de minister die al die zaken heeft blootgelegd, die ervoor gezorgd heeft dat daar nu bijgestuurd wordt? Dat daarmee aan de slag gegaan wordt? Dat is wel Petra De Sutter. Je hebt dat ook gezien in allerlei andere dingen die naar boven gekomen zijn. Als Petra daar uitleg bij moet geven, dan is het altijd omdat zij zelf een aantal dingen naar boven brengt en die dan aanpakt.”
Op een gegeven moment zaten wel twee mensen van Bpost op haar kabinet het beleid voor dat bedrijf te maken? Die heeft ze moeten terugsturen.
“Ze heeft die niet moeten terugsturen. Ze heeft die zelf teruggestuurd.”
Ze kon moeilijk anders.
“Ze heeft die zelf teruggestuurd, al enkele maanden voordien, omdat ze vastgesteld had dat dit een historische gewoonte was die al tien jaar op die manier georganiseerd werd. Dit was eigenlijk niet oké, dus ze heeft daar in bijgestuurd. Dat is hoe Petra De Sutter dat heeft aangepakt.”
“Ik merk bij collega’s van andere partijen dat ze het in de macho-club van de Wetstraat soms moeilijk hebben om intern nog klankborden te vinden. Wij hebben die permanent en dat is een hele fijne manier van samenwerken.”
Dat systeem van co-voorzitters? Iedereen in de Wetstraat vroeg zich af: gaat dat werken?
“Zie ik er niet gelukkig uit?”
“Voor mij werkt het fantastisch. Uiteraard is het aan de kiezer om dat te beoordelen, maar op menselijk vlak is het een zeer fijne samenwerking die Nadia en ik hebben, waarbij we ook heel veel klankbord van elkaar kunnen zijn. Ook achter de schermen. Want het voorzitterschap is niet alleen dit soort interviews geven.”
Het is eigenlijk een eenzame job?
“Ik merk inderdaad bij collega’s van andere partijen dat ze het in de macho-club van de Wetstraat soms moeilijk hebben om intern nog klankborden te vinden. Wij hebben die permanent en dat is een hele fijne manier van samenwerken.”
“Ik geloof ook in een andere vorm van leiderschap, die niet altijd het macho-gehalte in mensen naar boven moet brengen. En dus ben ik zeer fier dat wij dat op die manier durven doen. Het is een primeur in Vlaanderen. Het wordt wereldwijd op een aantal andere plekken door groene partijen ook wel al gedaan.”
“Er is ook de menselijke kant. Het geeft mij bijvoorbeeld ook de kans om in de vakantie één week te zeggen: ‘Sorry, nu ben ik echt weg, ik ga kamperen met mijn kinderen en Nadia, jij doet het in die periode’. En omgekeerd, een week later kan zij dat ook doen. Terwijl ik al die andere voorzitters totaal overwerkt zie, die zelfs tijdens hun verlof ieder moment van de dag de beste versie van zichzelf moeten zijn. Ik geloof niet dat mensen iedere dag van het leven de beste versie van zichzelf zijn.”
Na juni ’24 volgt een zware regeringsonderhandeling?
“Voor mij is de grootste doelstelling eigenlijk een andere Vlaamse regering krijgen. Omdat de N-VA, cd&v en Open Vld de voorbije 10 à 15 jaar hebben bewezen dat Vlaamse autonomie krijgen niet voldoende antwoord is om een aantal zaken te verbeteren”.
“Als ik zie wat de situatie in de zorgsector is, als het gaat over kinderopvang, ouderenzorg, mentaal welzijn, jeugdhulp… Daar zijn overal drama’s. Er zijn vandaag mensen met een handicap die euthanasie aanvragen omdat ze niet het zorgbudget krijgen waar ze wettelijk recht op hebben.”
“De politieke droom van de N-VA, die hebben ze zelf vernietigd de voorbije 10 à 15 jaar.”
Dus, ‘Wat we zelf doen, doen we beter’ klopt niet?
“Dat klopt helemaal niet. En dat is natuurlijk het failliet van het project van Bart De Wever van de voorbije twintig jaar.”
“Het verklaart voor mij ook waarom hij in bepaalde interviews steeds somberder en zuurder lijkt over te komen, omdat hij zelf het failliet van zijn eigen project voor een stuk ziet ontstaan. En ik ben daar wel zeer hard voor, omdat ik echt geloof dat er na de verkiezingen op dat Vlaamse niveau de grootste werf openligt.”
“Als je ziet wat er in ons onderwijs gaande is, in de zorgsector, op milieu en natuur, landbouw die in een gigantische crisis zit… Alle grote crisissen die vijf jaar geleden op de plank van de Vlaamse regering lagen, geen enkele daarvan is aangepakt.”
De kans is erg groot dat als u dan een in een Vlaamse regering zou willen, u toch met Bart De Wever aan tafel zal moeten?
“Hopelijk maakt Bart De Wever in een verkiezingsuitslag dan ook eindelijk een keer de analyse dat constant blokkeren, constant spelletjes spelen, constant andere partijen en politici proberen te koeioneren, niet de weg is waarop je of Vlaanderen of België beter maakt.”
Maar maak het iets concreter. In 2019 heeft Groen gepast voor gesprekken met N-VA over de Vlaamse regering. Is dat taboe er nog?
“Er is maar één taboe bij ons en dat is besturen met extreemrechts. Wij gaan nooit met Vlaams Belang of Vlaams Blok aan tafel zitten.”
En waarom wel met PVDA, dan?
“Voordat dat taboe weggaat, zal PVDA toch rond mensenrechten een aantal zaken helderder moeten zetten. Als ik zie wat zij vandaag terecht zeggen over kinderen in Gaza, dan snap ik niet wat zij niet zeggen over Oeigoerse kinderen en kinderen in China.”
Maar u zit vandaag toch wel in een coalitie met PVDA?
“Daar zitten wij lokaal inderdaad in een aantal coalities en die coalities lopen ook goed. Ik denk wel dat PVDA nu op een plek gekomen is dat ze een aantal zaken wat helderder zullen moeten zeggen om in de toekomst bondgenoten te vinden.”
“As het gaat over N-VA… N-VA is een democratische partij. Het is absoluut niet onze voorkeurspartner, dat zal ideologisch nogal duidelijk zijn dat het niet het makkelijkste wordt om in gesprek te gaan.”
“Maar nu, zeven maanden voor de verkiezingen zeggen, op basis van een niet gekende verkiezingsuitslag: “Wij gaan met bepaalde mensen niet rond de tafel zitten”? Dat is ook waanzin. Laat ons kijken wat er op dat moment aan kaarten op tafel ligt en laat ons dan ook kijken of N-VA de analyse maakt dat ze misschien toch andere antwoorden in Vlaanderen moet geven. Dan moeten we misschien praten en dan zullen we zien. Maar onze voorkeurspartner zal het uiteraard niet zijn.”
Hoe belangrijk is de band met Ecolo? Want die duwen jullie ook wel wat extremer soms?
“Wij hebben een zeer goede band. Wij werken al decennia samen in het federaal parlement. We zijn ook lid van de Europese Groene Partij, dus in dat opzicht is dat een meer internationale beweging van groene partijen die zich enten. En uiteraard doet iedereen vanuit dezelfde waarden dan binnen zijn eigen regio aan politiek. In België vinden wij elkaar constant. En ik moet zeggen dat er ook bij Ecolo zeer veel openheid is om na te denken over wat in Vlaanderen de realiteit is, op welke manier we elkaar kunnen vinden.”
Groen gaf al aan: “Als wij zouden kunnen kiezen, doen we Vivaldi opnieuw, maar dan zonder de MR”. Geldt dat nog altijd?
“Allez, het is natuurlijk niet aan mij om Georges-Louis Bouchez (MR) zijn traject te beoordelen. Dat moet de kiezer vooral doen, en Georges-Louis Bouchez zelf.”
“Maar wat ik wel zeer spijtig vind, nog los van de politieke stijl van Georges-Louis, is dat een aantal historische kansen, op hervormingen bijvoorbeeld, gewoon de grond ingeboord zijn door taboes bij de Franstalige liberalen. Als het gaat over de fiscale hervorming en zorgen dat mensen op het einde van de maand meer overhouden, dan is er maar één partij die dat gekelderd heeft en dat was Georges-Louis Bouchez zelf. Individueel bijna.”
“En dat is natuurlijk dramatisch, omdat dan het eindoordeel is: ‘een aantal grote werven zijn door deze regering niet opgenomen’. Wel, zes van de zeven wilden het wél. Georges-Louis Bouchez, die wou het niet doen en dat is zonde.”
Hoe kijkt u naar de rol van Alexander De Croo die zegt: “Het beste moet nog komen”?
“Ik denk dat we goed gestart zijn met deze Vivaldi-ploeg en dat dat ook met Alexander De Croo te maken heeft. Ik moet wel vaststellen dat Alexander De Croo vandaag vooral campagnevoerder is geworden en een premier is die zich heel grote zorgen maakt over zijn eigen partij en waarschijnlijk met reden, maar daardoor zijn eigen rol als premier steeds vaker, zeker ook verbaal, uit het oog verliest.”
“De uitspraken die hij doet rond wat een volgende regering moet gaan uitvoeren. Ja, dat is gewoon een premier die op campagnetocht is. En ik denk dat zijn les na de voorbije twintig jaar zou moeten zijn: ‘Ik moet meer afleveren en minder praten’. Ik hoop dat hij dat de komende maanden ook nog een beetje kan doen.”
Groen heeft een heel pak nieuwe lijsttrekkers? Een risico, of een kans?
“Iemand waar ik heel sterk in geloof is Bright Adiyia (Groen), onze Vlaamse lijsttrekker in Limburg. Bright is iemand die is opgegroeid in een zeer complexe jeugdsituatie. Ik volg zelf het thema jeugdhulp op in het Parlement en dat ligt mij dus nauw aan het hart.”
“Hij is iemand die eigenlijk bewijst dat ook met een zeer complexe jeugd, je de kracht kunt vinden als je voldoende ondersteund wordt door het beleid en de zorgsector om die stap te zetten, dat je dan kunt uitgroeien tot de sterkste versie van jezelf.”
Hebt u geen schrik van te veel vernieuwing, met zoveel nieuwe lijsttrekkers?
“Nee, dat is een bewuste keuze. Anderhalf jaar geleden zagen wij een partij die een stukje zoekende was naar zichzelf, waar mensen die al lang mee draaiden ook zoekende waren naar ‘Wat is onze rol’?”
“Wij hebben die mensen allemaal uitgenodigd om na te denken over hun eigen rol en waar zij het meeste energie uit haalden. We gaan nu naar een puzzel waar 75 procent van onze mandatarissen ervaring zal hebben en 25 procent vernieuwing is. Ik vind dat absoluut niets revolutionairs, niets nieuws.”
Met welke goede voornemens trekt u naar het volgend jaar?
“Wel, op persoonlijk gebied: ik wens mijn vrouw een man die beter de balans weet te vinden tussen werk en privé. Want met mijn kinderen lukt dat redelijk goed, maar mijn vrouw is misschien het grootste slachtoffer van die lange weken.”