Japans werelderfgoed zorgt voor nieuwe wrijvingen met Zuid-Korea

Zuid-Korea zal eisen dat de Unesco, de wetenschappelijke en culturele organisatie van de Verenigde Naties, een aantal sites over de Japanse industriële revolutie uit zijn lijst met Werelderfgoed schrapt. Dat hebben woordvoerders van de Zuid-Koreaanse regering gezegd.

Japan zou bij de toelichting over dit erfgoed onvoldoende aandacht vestigen op het feit dat Zuid-Koreaanse onderdanen tijdens de Tweede Wereldoorlog gedwongen werden op die sites dwangarbeid te verrichten. Nochtans had de Japanse regering volgens de Zuid-Koreaanse woordvoerders beloofd om ook die problematiek duidelijk aan bod te laten komen.

Feiten verdraaid

Het Zuid-Koreaanse ministerie van cultuur kondigde aan over het knelpunt eind deze maand aan de Unesco een schrijven te bezorgen. Zuid-Korea verwijst in zijn motivatie onder meer naar de steenkoolmijn Hashima in Nagasaki. ‘Op die site werden tijdens de tweede wereldoorlog een groot aantal Koreanen en andere krijgsgevangenen aan dwangarbeid onderworpen,’ luidt het.

‘Deze dwangarbeiders kregen er een bijzonder harde behandeling te verduren. De Japanse regering had beloofd om ook die praktijken te belichten. Daarvan is echter niets terecht gekomen. De tentoonstelling over de site heeft de historische feiten volledig verdraaid.’

In het informatiecentrum van de ‘Sites van de Japanse Meiji Industriële Revolutie’ wordt wel gewag gemaakt van de Koreaanse arbeid. ‘Die informatie is echter gebaseerd op getuigenissen van Koreanen van de tweede generatie die in Japan wonen,’ aldus de Koreaanse klacht. ‘Die beweren echter dat de dwangarbeiders geen slachtoffer van een discriminerende behandeling waren.’

‘Het is bijzonder zorgwekkend te moeten vaststellen dat er geen enkele moeite is gaan om hulde te brengen aan de slachtoffers die gedwongen werden om op deze sites te werken.’

Dialoog

Zuid-Korea wijst er daarbij op dat Japan had beloofd het informatiecentrum in te richten als een manier om de slachtoffers van die dwangarbeid te eren. Woordvoerders van de Japanse regering zeggen geen officiële vraag van Zuid-Korea te hebben ontvangen.

‘Japan zal de kwestie echter op een passende manier behandelen,’ wordt eraan toegevoegd. ‘Daarbij is ook met de aanbevelingen van het erfgoedcomité van de Unesco rekening gehouden.’

Het Werelderfgoedcomité had de problematiek ook in zijn evaluatierapport opgenomen. Daarbij was aangedrongen op een dialoog tussen beide landen om het probleem een passende plaats te geven.

Het project ‘Sites of Japan’s Meiji Industrial Revolution: Iron and Steel, Shipbuilding and Coal Mining,’ bestaat uit drieëntwintig locaties, verspreid over acht prefecturen.

Meer