Dat men bij Vivaldi te voluntaristisch rekent over een nieuwe mondiale taks voor multinationals, is een verwijt dat de oppositie al langer maakt.
- Feit is dat die taks, die vanuit de OESO komt, en bedoeld is om grote multinationals niet langer te laten ontsnappen via fiscale achterpoortjes, een enorme meevaller was voor Vivaldi. Een taks waarover eens niet moest gediscussieerd worden: ze werd van buitenaf, door de grote jongens in de EU en de VS, opgelegd aan alle landen.
- Zo komt er plots, door de invoering van een systeem dat wordt uitgerold in Europa en de VS, wel een heel pak extra geld in de begroting. Tegen eind dit jaar moet België daarvoor de nodige wetgeving hebben, om een Europese richtlijn om te zetten: de federale regering is er volop mee bezig, én de cijfers staan al in de begroting die is opgemaakt voor volgend jaar.
- Daarbij mikt Vivaldi op liefst 634 miljoen euro, via een zogenaamde ‘pillar 2’-heffing: er moet minstens 15 procent belastingen op de winst van bedrijven van 750 miljoen euro omzet en meer betaald worden, ergens ter wereld. Het zou in België om een 300-tal bedrijven gaan.
- Maar het Rekenhof heeft toch serieuze vragen bij die berekeningen, zo bericht De Tijd. Ze hebben zowel kritiek op de methode om de opbrengsten te berekenen, als op het feit dat het toekomstige kader grote onzekerheden bevat. Zij waarschuwen dat er meer rekening gehouden moeten worden met “creatieve manieren” waarop multinationals toch gaan proberen te ontsnappen aan de taks.
- Maar binnen Vivaldi maken ze zich sterk dat die ramingen nog conservatief zijn: de OESO rekent wereldwijd op een opbrengst van 220 miljard. Dan zou België logischerwijze zo’n 800 miljoen daarvan hebben.