Is einde van belastingvoordeel voor tweede verblijf in zicht?

Groenen, socialisten en CD&V pleiten bij de komende begrotings­besprekingen voor de afschaffing van het belastingvoordeel bij de aankoop van een tweede verblijf. Dat kan op termijn tot 100 miljoen euro opleveren, schrijft De Standaard donderdag.

Het is een van de grote ongerijmdheden in onze fiscale wetgeving: terwijl de belastingvoordelen voor de eerste woning (de gezinswoning) de voorbije jaren afgebouwd werden, bestaan er nog steeds gunstregimes voor tweede verblijven, zoals een appartement aan zee of een chalet in de Ardennen.

De hypothecaire lening die je aangaat voor een tweede woning, geeft ­vandaag nog altijd recht op belastingvoordelen via de jaarlijkse personenbelasting. De betaalde intresten op de hypotheeklening zijn aftrekbaar en de kapitaalaflossingen geven op een belastingvermindering van maximaal 705 euro per jaar.

Eerste versus tweede verblijf

Dat de fiscale regels voor een tweede verblijf anders zijn dan voor de gezinswoning, heeft te maken met de bevoegdheden. De gewesten zijn bevoegd voor de gezinswoning – zo verminderde Vlaanderen de woonbonus – terwijl de tweede ­woning een federale bevoegdheid bleef.

Maar in verschillende partijen staat de afschaffing van het belastingvoordeel nu op het lijstje van ­mogelijke maatregelen bij de komende begrotingsbesprekingen. Groen en Ecolo hebben in de lente al een wetsvoorstel ingediend om vanaf 2022 komaf te maken met het voordeel.

Minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) wil niet vooruitlopen op de begrotings­besprekingen, maar heeft wel al te kennen gegeven dat het bestaan van dat voordeel moeilijk te verantwoorden is, bericht De Standaard. “Wij steunen de afschaffing ervan”, zegt zijn voorzitter Joachim Coens onomwonden. De afschaffing lag ook al op tafel ­tijdens de regeringsonderhandelingen, maar haalde het regeer­akkoord niet.

Wat voorafging: Van Peteghem (CD&V) droomt van grote fiscale hervorming, maar een mijnenveld wacht

Meer