In het nieuws: De inflatie in de eurozone bedroeg in mei 6,1 procent (op jaarbasis), tegenover 7 procent in april, leren cijfers van het Europese statistiekbureau Eurostat. De prijzen zijn ook minder fors gestegen dan verwacht. Economen hadden voor mei een geldontwaarding van 6,3 procent voorspeld.

• De kerninflatie, voor de ECB een belangrijke graadmeter, bedroeg in mei 5,3 procent op jaarbasis, iets lager dan de 5,6 procent een maand eerder. Economen hadden een kerninflatie van 5,5 procent in het vooruitzicht geplaatst.

Stijgende voedselprijzen

De details: De afzwakkende inflatie hebben we, net zoals als de voorbije maanden, te danken aan de dalende energieprijzen. Energie is 1,7 procent goedkoper geworden in vergelijking met een jaar eerder.

• Maar: De energie-inflatie heeft plaats moeten ruimen voor een voedselinflatie. Uit de cijfers van Eurostat blijkt dat voedsel (inclusief alcohol en tabak) 12,5 procent duurder is geworden (op jaarbasis). De stijging is wel minder fors dan in april. Toen was het prijskaartje van voeding met gemiddeld 13,5 procent gestegen.

Bijna nergens in de eurozone is de prijsstijging zo zwak als in België

De vergelijking: Zoals iedere maand publiceert de eurozone ook de geharmoniseerde consumptieprijsindex. Op die manier kunnen we prijsstijgingen in de lidstaten van de eurozone vergelijken. Wat blijkt? Bijna nergens is de inflatie zo zwak als in ons land.

• Volgens Eurostat kwam het Belgische inflatiecijfer in mei uit op 2,7 procent.
• Enkel in Luxemburg zijn de prijzen minder fors gestegen. In ons buurland bedroeg de inflatie 2 procent.
• In vier landen stijgen de prijzen nog met dubbele cijfers: Letland (12,3 procent), Slowakije (12,3 procent), Estland (11,2 procent) en Litouwen (10,7 procent).