Hoe Wit-Russische hackers hielpen de Oekraïense hoofdstad Kyiv te verdedigen

Hoewel Wit-Rusland een vazalstaat van Rusland is, zijn de burgers dat allerminst. Een groep partizanen streed mee aan de kant van Oekraïne en zette alles op alles om de Russische invasie te vertragen.

Al enkele dagen na het begin van de Russische invasie van Oekraïne, stokte het treinverkeer in Wit-Rusland, dat extra troepen naar de grens moest brengen. Dit was niet het werk van sneeuw of technische problemen, maar wel van Wit-Russische partizanen die besloten wat tegen te werken.

Al in november 2021 kwamen de Generale Stafs van het Russische en het Wit-Russische leger samen om een protocol op te stellen dat het transport van Russische troepen met de trein moest regelen. Tijdens die meeting werd al duidelijk dat Wit-Rusland eigenlijk niets te zeggen had: Rusland liet weten wat er moest gebeuren en daarmee basta.

Alles moest wijken

Zo werd beslist dat, als treinen voor het transport van militaire bataljons moesten worden gecharterd, de normale treinregeling voor pendelaars maar moest wijken. Dat hele reisschema’s vervolgens aan diggelen lagen, daar zag het Russische opperbevel geen graten in. En die troepenverplaatsing met de trein gebeurde op een schaal die de jongste decennia bijna ongezien was.

Zo zouden naar schatting 200 Russische gevechtsgroepen (BTG’s, of Battalion Tactical Groups) de oversteek naar Wit-Rusland hebben gemaakt. Elke BTG gebruikt zo’n 50 tot 60 wagons, waarbij elke personenwagon 54 soldaten vervoerde, aangevuld met wagons voor munitie, wapens en groter rollend materieel zoals tanks of pantserwagens. Op 23 februari 2022 waren alle troepen in stelling gebracht aan de grens met Oekraïne.

Hoewel die gevechtsgroepen allemaal tot in Oekraïne geraakten, kende de Russen toch een onverwachte tegenstander in Wit-Rusland: de Wit-Russische partizanen. Een groep burgers was erop gebrand de Russische opmars tegen te houden of toch serieus te bemoeilijken. Op één maand tijd vonden 11 acties plaats, waarbij partizanen treinen tot stilstand brachten, het netwerk platlegden door kortsluitingen te veroorzaken of verkeerslichten af te schakelen. Russische soldaten zouden zelfs gestopt zijn met ’s nachts te treinen, terwijl Wit-Rusland elk elektriciteitshokje laat bewaken door een agent.

Lekken en foto’s

Ook voor de Wit-Russische burger was de situatie voelbaar. Treinen werden afgeschaft of uitgesteld en de ticketing werkte niet, aangezien de database werd gehackt. President Alexander Loekasjenko zou naar verluidt een bataljon van de “territoriale verdediging” hebben gestuurd naar de regio Polesië, in het zuiden van het land bij de grens met Oekraïne, om de partizanen in de regio te bestrijden. Dezen deden namelijk nog veel meer om de Russische invasie te dwarsbomen.

Zo lekten Wit-Russische mollen binnen de KGB, de Wit-Russische Staatveiligheid, de telefoonnummers van Russische soldaten die goederen uit Oekraïne stalen. Die gsm-nummers werden vervolgens mooi doorgespeeld aan de Oekraïense veiligheidsdiensten. De mollen, die zich groeperen onder de naam “Hajun Project”, lekten ook een video van drie uur, waarop 16 Russische soldaten te zien zijn, samen met de gestolen waar uit Oekraïne.

Hiernaast leverden ook gewone, brave, Wit-Russische burgers hun bijdrage. Die maakten er namelijk een sport van om zo veel mogelijk foto’s te maken van Russische oorlogsmaterieel (gemakkelijk te herkennen aan de grote “Z”-symbolen) en die beelden door te sturen naar Oekraïne. Hierdoor konden de verzetsstrijders zich beter voorbereiden op wat zou komen.

Impact op invasie

De Wit-Russische partizanen hebben een grote impact gehad op het verloop van de strijd, in het bijzonder in de regio rond Kyiv. Veel Russische troepen geraakten niet, of veel te laat, in Oekraïne. De troepen die wel arriveerden, waren op voorhand al geklikt aan de verdedigers, waardoor die zich beter konden voorbereiden op een aanval. De Cyber Partisans hebben zo een belangrijk aandeel in de verdediging van de Oekraïense hoofdstad Kyiv, die ondanks een belegering van meer dan een maand niet in Russische handen viel.

(mah)

Meer