Het grootschalig Nord Stream 2 project, waarbij twee nieuwe gas-pijplijnen worden aangelegd tussen Rusland en Duitsland, riep al heel wat controverse op. Op 12 juli verliep dan nog de “deadline” die het Nord Stream – concern had vooropgesteld om een akkoord te bereiken met de Europese Commissie over enkele juridische geschillen. Het ziet er nu naar uit dat een arbitragerechtbank zich over het dossier zal buigen.
Nord Stream 2 verdubbelt de capaciteit van de huidige Nord Stream 1 – pijplijnen, die gas vanuit Rusland aanvoeren naar Duitsland, zonder Polen en Oekraïne te passeren. Dat dit het geopolitiek belang van laatstgenoemde landen sterk vermindert, mag duidelijk zijn. Deze maand nog waren er onderhoudswerken nodig aan de beide pijplijnen van Nord Stream 1, waardoor Gazprom, de eigenaar ervan, noodgedwongen 25% extra gas via Oekraïne moest sturen. Gazprom hoopt tegen het einde van dit jaar het Nord Stream 2 – project te hebben afgewerkt. Veel fundamentele vragen erover blijven echter onbeantwoord. Een overzicht:
1. Is dit geen voorbeeld van ongeoorloofde overheidsinmenging in de economie, ditmaal door een buitenlandse overheid?
De Russische Staat is meerderheidsaandeelhouder van Gazprom, dat op zijn beurt de meerderheid van de aandelen van het Nord Stream 2 – project bezit. Minderheidsaandeelhouders zijn de Duitse bedrijven Wintershall en Uniper, het Franse Engie alsook N.V. Nederlandse Gasunie.
Wanneer de Europese Unie terecht verbiedt aan Europese regeringen om de eerlijke concurrentie verstoren door private spelers te beconcurreren, is het dan logisch dat buitenlandse regeringen dat wel zouden kunnen doen?
In het geval van de Russische staat, komt daar nog bij dat die zo’n project onderneemt om allerhande politieke doeleinden te bereiken. Rusland schrok er in het verleden immers niet voor terug om de gaskraan dicht te draaien, bijvoorbeeld voor Oekraïne, en dit als hefboom voor politieke invloed te misbruiken.
Net zoals in het debat over de Chinese telecomoperator Huawei is het hier duidelijk dat handel drijven met bedrijven uit autoritair geleide landen zoals Rusland of China een evenwichtsoefening vergt. Hoe cruciaal het ook is om de vrijhandel te bevorderen met autoritaire regimes, net om geopolitieke spanningen tegen te gaan: het is eveneens belangrijk om na te denken onder welke voorwaarden dat kan en hoe streng men moet zijn.
2. Is er geen sprake van overmatige economische dominantie, los van mogelijke geopolitieke overwegingen?
Wat als Nord Stream 2 een privé-project was en er dus geen serieuze bezwaren konden worden geuit over mogelijke verstoring van de markt door een overheid of van geopolitiek misbruik? Zelfs in dat geval moet er toch worden gewaakt over de eerlijke economische mededinging.
In de energiesector is “privaat” immers een relatief gegeven. Zowat overal ter wereld is er in deze sector sprake van “crony capitalism”. Dat is vaak ook moeilijk te vermijden, door de nood aan allerlei overheidsvergunningen en de hoge kostprijs.
Los van alle mogelijke zonden die we de Russische regering zouden toedichten, volstaat het al te kijken naar mogelijke concurrentievervalsing in Duitsland. Zo bood de Duitse regering in 2006 een forse overheidswaarborg van maar liefst één miljard euro aan het project. Allemaal bedenkelijk, want de Duitse regering waarborgt bijna nooit risico’s die buitenlandse bedrijven lopen.
Volgens de Europese Commissie zal het Nord Stream 2 project de energie-afhankelijkheid ten aanzien van één aanbieder verhogen en zal het 80% van de Russische gasinvoer naar Europa concentreren op één welbepaalde route. Als gevolg daarvan zou Gazprom zo maar even 60% van de Duitse markt controleren.
De Nederlandse regering heeft beslist om tegen 2030 volledig met gaswinning te stoppen. De jaarlijkse productie van het Groningse gas verminderde al van 54 miljard kubieke meter in 2014 naar 18 miljard kubieke meter in 2019. De gasproductie binnen de hele EU is ook scherp aan het dalen. Ook in het VK en Denemarken is er minder productie, terwijl de vraag wel toeneemt. De EU importeerde in 2018 350 miljard kubieke meter gas, wat in 2022 zo’n 390 miljard kubieke meter zou zijn, volgens projecties.
In sectoren waar er sprake is van eerlijke concurrentie en vrije toetreding tot de markt zou dit misschien geen probleem zijn, maar in de volop door de overheid gemanipuleerde energiesector mag men daar toch wel wat vragen over stellen, zeker gezien de reputatie van Gazprom, dat in 2011 onder vuur kwam wegens “misbruik” van haar machtspositie binnen de EU.
3. Is dit dan geen problematische “Russische beïnvloeding” van Westerse politiek?
Eindeloze krantenkolommen werden intussen gevuld over de vraag of de Russische overheid al dan niet invloed had of dat probeerde te hebben op zowel de verkiezing van Trump als Brexit. In het geval van Nordstream 2, dat heel wat minder media-aandacht kreeg, ondanks de kritiek van de Amerikaanse President Trump en de kans dat Europese bedrijven die er aan meewerken Amerikaanse sancties te verduren krijgen, is zo’n bezorgdheid misschien veel meer op zijn plaats.
Zo was het erg bedenkelijk dat de Duitse Kanselier Gerhard Schröder (foto onder) het akkoord over Nord Stream 2 met de Russen in 2005 afsloot net nadat hij de verkiezingen had verloren en dus wist dat hij geen derde ambtstermijn meer zou genieten. Niet zo lang nadien werd Schröder aangenomen door, jawel Gazprom, voor een loon van 250.000 euro per jaar. Hier spreken we dus niet enkel over beïnvloeding van een verkiezing maar integendeel directe beïnvloeding van belangrijk economisch beleid.
Het is niet paranoïde om te geloven dat de Russische regering dankzij de nieuwe pijplijn het “gaswapen” wel eens zou kunnen inzetten, vooral tegen Centraal- en Oost-Europa. Ook voor Vladimir Poetin aan de macht kwam in Rusland en toen hij nog op goede voet stond met het Westen, was dit al het geval. Tussen het uiteenvallen van de Sovjetunie in 1991 en 2007 waren er al minstens 55 gevallen van dergelijke politieke manipulatie, aldus een denktank van het Zweedse Ministerie van Defensie. Dat Rusland ook weigert om het zogenaamde “Energiehandvestverdrag” te ratificeren, lijkt een teken aan de wand dat het er niet van houdt hoe dit verdrag de mogelijkheden voor politiek misbruik van energie-afhankelijkheid beperkt.
Ook in Nederland, waar de regering Nord Stream 2 als een “puur commercieel project” beschouwt, woedt het debat volop, waarbij de Amerikaanse en Russische ambassadeurs elkaar in krantencolumns van antwoord dienen. In Zweden en Finland maken experts zich dan weer zorgen dat de pijplijn voor Russische spionage- en militaire doeleinden kan worden ingezet, wat uiteraard door Rusland wordt ontkend. En Denemarken weigert tot dusver toelating om de pijplijn over zijn grondgebied te laten lopen.
4. Milieubezwaren
In mei klommen klimaat-activisten in een niet-afgewerkt deel van de pijpleiding om er te gaan skateboarden, om zo aandacht te vragen voor hun “strijd tegen fossiele brandstoffen”. De milieubeweging is niet van haar eerste hysterische actie gestorven, maar dit mag de aandacht niet afleiden van het feit dat zulke grootschalige projecten zoals Nord Stream 2 steeds onvermijdelijk grote risico’s met zich meebrengen voor ons leefmilieu. Heel wat serieuze milieubezwaren werden dan ook reeds geuit tegen het project.
De Russische regering stelt dat Nord Stream 2 voor 100% milieuvriendelijk is, maar het is belangrijk dat dit strikt wordt opgevolgd. Zo zag men onder druk al af van plannen om 2,3 miljard liter van een chemische substantie – glutaaraldehyde – in de Baltische Zee te dumpen, al beweerde de Russische regering dat de substantie sowieso zou oplossen indien het met water in contact komt.
5. Juridische obstakels
Hoewel reeds 60% van het zee-traject van Nord Stream 2 is aangelegd, is het goed mogelijk dat het project er niet komt. Niet enkel is er ook binnen Duitsland politieke tegenstand, zoals van het prominente Christendemocratische Europarlementslid Manfred Weber. Bovendien is het niet duidelijk of alles wel in lijn is met Europese regels.
Enkele jaren geleden gaf de Russische regering pogingen op om het zogenaamde “South Stream” project te realiseren, onder meer door de juridische bezwaren die er tegen werden geuit. Dat zou Russisch gas via Bulgarije en Hongarije naar West-Europa brengen. Het leidde de Hongaarse Premier Orban er toe Duitsland van “dubbele standaarden” te beschuldigen, waarbij hij vroeg een “redelijk argument te horen waarom South Stream slecht is en Nord Stream goed”.
Concreet was bij South Stream het probleem dat de toeleverancier van het gas ook de uitbater van de pijplijn was, wat in strijd is met Europese regels. Dit was ook een van de argumenten van de Franse regering tegen Nord Stream, maar ondertussen gaf Frankrijk haar verzet op, nadat Duitsland toegevingen deed op vlak van nieuwe Europese copyright – regels.
Nu lijkt het dispuut dus naar een arbitragerechtbank te zullen gaan. Daarbij beschuldigen de Nord Stream – aandeelhouders de EU ervan Nord Stream te discrimineren, omdat de Europese gas-richtlijn deze lente werd gewijzigd, zodat die voortaan ook toepasbaar is op pijplijnen naar landen buiten de EU, zoals Rusland. Duitsland werd toen in de minderheid gestemd, dus het wordt een heikele opdracht voor Nord Stream om deze op het eerste zicht perfect tot stand gekomen beslissing van EU-lidstaten door een rechtbank nog te laten annuleren.
De auteur Pieter Cleppe vertegenwoordigt de onafhankelijke denktank Open Europe in Brussel
@pietercleppe