‘Steve Jobs werd geboren in 1955, een tijdperk van telefoons met een draaischijf en computers zo groot als kamers. Hij stierf op 5 oktober 2011, nadat hij computers in een telefoon had weten plaatsen en die telefoon in de broekzak van 120 miljoen mensen.’
Weinigen omschrijven de verwezenlijkingen van Apple-stichter Steven Paul Jobs (1955-2011) beter dan journalist Jim Alley met deze openingszin in het extra nummer dat Bloomberg Business News kort na Jobs’ overlijden aan hem wijdde.
Dat de iPhone van 2011 – het jaar waarin Jobs stierf – nog weinig te maken zou hebben met de smartphone van vandaag, leek toen al evident. In 2010 liepen mensen nog met fototoestellen rond om foto’s te nemen, luisterden we naar muziek op MP3’s of iPods en hadden we een aparte gps in onze wagen om ons de weg te wijzen. Amper 10 jaar later zitten al die apparaten in onze smartphone en betalen we straks 2.000 in plaats van 200 euro voor zo’n mobiele telefoon.
Smartphone heeft volledige industrieën begraven…
Naarmate de smartphone gesofisticeerder en meer gemeengoed werd, kreeg een reeks industrieën rake klappen.
Fototoestellen bijvoorbeeld. Werden er in 2007 – het jaar waarin de iPhone werd gelanceerd – nog meer dan 100 miljoen van verkocht, dan viel dat aantal in 2016 terug tot amper 24 miljoen.
Andere gadgets verdwenen niet volledig, maar zagen zich verplicht hun businessmodel volledig heruit te vinden.
Denk aan de GPS. Een bedrijf als Garmin was ooit een verkoper van hardware die in de wagen werd geïnstalleerd. Vandaag ligt de focus van Garmin op de verkoop van draagbare GPS-horloges.
… en er andere doen ontstaan
Maar de smartphone lag ook aan de basis van tal van nieuwe industrieën.
Begin 2010 was het nog onmogelijk om een selfie te posten op Instagram. Dat bedrijf werd opgericht drie jaar na de lancering van de iPhone. De populariteit van dit sociale netwerk werd ontegensprekelijk gestuwd door het gemak waarmee smartphones toelaten foto’s te nemen, te bewerken en te delen.
Smartphones veranderden voorgoed ons leven
Smartphones veranderden voorgoed de manier waarop we tv kijken, naar muziek luisteren en ons verplaatsen. Hieronder nog een aantal zaken die dagelijkse routine zijn geworden, maar waar we begin 2010 nog niet van hadden gehoord:
- Een Uber bestellen (Uber werd in juni 2010 gelanceerd in San Franciso)
- Naar een Spotify-playlist luisteren (De applicatie is sinds 16 november 2011 beschikbaar in België)
- Op Netflix een film of serie streamen (‘House of Cards’ maakte zijn debuut in 2013)
- Betalen met je smartphone (Apple Pay werd op 28 november 2018 in België geïntroduceerd)
- Een TikTok-video bekijken (lancering 2017)
De ons al vaak beloofde vliegende en/of zelfrijdende auto zijn er ondertussen nog niet, maar wie weet over tien jaar….
Hoe men 66 jaar geleden over de smartphone dacht
Tenslotte nog dit. Een krantenartikel uit de Tacoma News Tribune van 11 april 1953, ruim 66 jaar geleden. De voorzitter en CEO van de Pacific Telephone & Telecom Co. geeft er zijn mening over de telefoon van de toekomst.
‘Hoe de telefoon van de toekomst er uit zal zien is uiteraard pure speculatie. Dit is wat ik denk: in zijn uiteindelijke vorm zal de telefoon door de gebruiker kunnen worden meegedragen, misschien op dezelfde manier als we vandaag een uurwerk dragen. Een draaischijf of equivalent zal waarschijnlijk overbodig zijn en ik denk dat gebruikers elkaar zullen kunnen zien, als ze dat willen, wanneer ze spreken. Wie weet kan die telefoon zelfs vertalen van de ene taal naar de andere?’