Het ‘Hywind Tampen’-project, dat bekendstaat als ’s werelds grootste drijvende windmolenpark, heeft afgelopen zondag zijn eerste stroom geproduceerd. Dit gebeurde voor de kust van Noorwegen. Equinor, het bedrijf achter het windmolenpark, is echter een olie- en gasreus; de eerste stroom werd ook niet gebruikt voor hernieuwbare doeleinden.
“Grootste drijvende windmolenpark ter wereld” levert stroom aan… olie- en gasveld

Waarom is dit belangrijk?
Volgens Equinor is Hywind Tampen het eerste windmolenpark ter wereld dat een actieve olie- en gasinstallatie aandrijft. Het gebruik van een gigantisch windenergieproject om de winning van fossiele brandstoffen van stroom te voorzien, zal mogelijk tot enige controverse leiden. Het is namelijk niet de eerste keer dat Equinor beschuldigd wordt van 'greenwashing'.De essentie: Equinor zegt dat de eerste, door Hywind Tampen geproduceerde elektriciteit, zondag naar het Gullfaks-platform, een olie- en gasveld in het Noorse deel van de Noordzee, is geloodst.
- Hywind Tampen ligt op ongeveer 140 kilometer van de Noorse kust, op een diepte van 260 tot 300 meter.
- De turbines zijn geïnstalleerd op een drijvende betonnen structuur, met een gemeenschappelijk aanlegsysteem. Een voordeel van dat dobberen is dat ze in dieper water kunnen worden geplaatst dan turbines met een vaste bodem.
- Naast Equinor werken ook de ondernemingen Vår Energi, INPEX Idemitsu, Petoro, Wintershall Dea en OMV aan het project mee, zo schrijft de nieuwssite CNBC.
CO2-uitstoot
Verder: Equinor zegt dat het windmolenpark naar verwachting in ongeveer 35 procent van de elektriciteitsbehoefte van de olie- en gasvelden Gullfaks en Snorre zal voorzien.
- Dit moet de CO2-uitstoot van deze velden “met ongeveer 200.000 ton per jaar verminderen”, stelt het bedrijf in een persbericht.
- Zeven turbines van het 11 turbine tellende windpark zullen naar verwachting in 2022 in gebruik worden genomen, terwijl de installatie van de resterende vier volgend jaar zal plaatsvinden.
- Na voltooiing moet het windmolenpark een systeemcapaciteit hebben van 88 megawatt (MW).
Batterijopslag
Achtergrond: Equinor, dat vroeger Statoil heette, heeft aanzienlijke olie- en gasactiviteiten in Europa en de VS en werkt daarnaast aan grootschalige offshore-windprojecten, zoals het onderwerp van dit stuk. Het bedrijf heeft als grootste aandeelhouder de Noorse staat, die een belang van 67 procent in het bedrijf heeft.
- Windenergie is niet de enige focus van Equinor naast olie en gas. Eerder raakte bijvoorbeeld bekend dat de Noren de firma East Point Energy, een in de VS gevestigde ontwikkelaar van batterijopslagsystemen, hebben overgenomen.
- Batterijopslag geldt als essentieel om het vlot functioneren van Equinors windmolenparken op zee, alsook van toekomstige projecten met groene waterstof en andere hernieuwbare energiebronnen, te garanderen.
(jvdh)