Sommige artsen verdienen meer dan anderen, dat is algemeen bekend. Maar de verschillen lopen hoog op, sommige artsen hebben een verloning van meer dan een miljoen euro. Ontslagnemend minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) wil dat nu in kaart brengen.
Gelezen: In een interview met De Standaard komt ontslagnemend minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) met een plan rond de verschillende verloning van artsen.
- Uit cijfers van De Standaard blijkt dat er 10.856 artsen jaarlijks meer dan 250.000 euro bruto verdienen. Het aantal artsen dat een miljoen verdient, kent een verdubbeling tegenover 2013.
- Er zijn grote verschillen per specialisatie, de radiologen verdienen het meest. Vandenbroucke wil daar onderzoek naar voeren, vertelt hij in de krant. “We zijn begonnen met een uitgebreid onderzoek naar de nomenclatuur: de lijst van codes voor elke medische handeling op basis waarvan artsen worden betaald door het Riziv. Dan kunnen we een gesprek hebben over een ‘faire’ verloning voor artsen”.
- Volgens Vandenbroucke is er nu nog veel onduidelijk, omdat kosten voor gespecialiseerde apparatuur en andere bijkomende kosten niet losgetrokken worden van de eigenlijke verloningen op de verrichtte arbeid. Hij pleit dan ook voor een systeem waarbij er enkel gekeken wordt naar het “intellectuele werk” van de dokters. “Op die basis kan je nog wel verschillen rechtvaardigen, maar niet alles. Wat niet te verantwoorden valt, zouden we niet moeten financieren”, zegt hij.
Objectief systeem
De vraag: Hoe bepaalt men dan wat de nieuwe verloning wordt?
- De ‘faire verloning’ moet er volgens de minister komen door een objectief systeem. “Hoeveel tijd steekt de arts in de zorg van de patiënt, welke opleiding heeft hij nodig om zijn specialisatie überhaupt uit te oefenen, hoe groot en complex is de verantwoordelijkheid die hij heeft?”, zijn vragen die straks de keuze over verloning moeten verantwoorden.
- Het gevolg is dat een aantal specialisten, zoals de radiologen, allicht loon zullen moeten inleveren. Logisch, vindt Vandenbroucke. “De extremen moeten eruit, er zal een herverdeling nodig zijn. Er is geen oneindig budget”.