De Europese Commissie startte woensdag een procedure op die kan leiden tot een significante opschorting van de EU-financiering aan Hongarije. De Commissie meent dat de rechtsstaat in het land systematisch wordt uitgehold. Het stopzetten van de financiering dient als sanctie en als manier om misbruik van de EU-begroting te bestrijden.
Primeursanctie
De Europese Commissie was zich al enkele weken op de procedure aan het voorbereiden, maar telkens werd de beslissing op de lange baan geschoven. Tijdens een bijeenkomst op woensdag hebben de EU-commissarissen een akkoord bereikt om de procedure toch in gang te zetten. Woensdag kreeg Boedapest een formele aankondiging in de bus waarin de Commissie de start van de sanctieprocedure aankondigt.
Daarmee is het startschot gegeven voor een maandenlang proces dat kan eindigen in een significante opschorting van de EU-financiering die jaarlijks richting Hongarije stroomt. Volgens de Commissie volgt eerst een consultatieronde van twee maanden met de Hongaarse regering.
Als Boedapest dan geen garanties kan geven dat het de Europese zorgen zal aanpakken, volgt een stemming in de Europese Raad (waar alle staatshoofden en regeringsleiders van de EU-leden in zetelen) over een snoeironde in de financiering van Hongarije. In die raad moet 55 procent van de leden, die samen 65 procent van de EU-bevolking vertegenwoordigen, voor akkoord stemmen met de gekozen strafmaatregelen.
Het is de eerste keer dat zo’n procedure in gang wordt gezet. De Europese Unie beschikt nog maar sinds 2021 over de bevoegdheid om in de financiering te knippen als straf. De procedure werd in het leven geroepen omdat de EU vaak machteloos moest toekijken hoe lidstaten – zoals Hongarije en Polen – fundamentele democratische principes met de voeten traden.
Vermoedens van corruptie
Onder het leiderschap van Viktor Orbán is Hongarije al jarenlang een luis in de pels van de Europese Unie. De leider van de conservatieve Fidesz-partij haalt regelmatig hard uit naar Brussel met zijn hevig eurosceptische retoriek. Ook zijn beleid maakt van hem geen graag gezien figuur binnen sommige fracties van de EU-27.
Het homofobe beleid dat zijn regering voert, roept stevige vragen op over hoe het land omgaat met mensenrechten. Orbán steekt bovendien niet onder stoelen of banken dat hij met zijn “illiberale democratie” een loopje durft te nemen met de rechtsstaat.
De frustratie bij de Europese Unie is dan ook groot wanneer er jaarlijks een enorme som geld stroomt richting Hongarije. In 2020 mocht het land dankzij de verschillende steunprogramma’s van de EU zo’n 864,62 miljoen euro ontvangen.
Volgens Politico maakt de Commissie zich vooral zorgen over de manier waarop Hongarije het EU-geld in publieke contracten uitbesteedt. Vermoedelijk wordt zo geld doorgesluisd naar bedrijven die trouw zweren aan Orbán. Bovendien is er een compleet gebrek aan transparantie over de geldstromen en wordt juridisch onderzoek belemmerd.
Daarom stinkt heel de zaak naar corruptie en cliëntelisme, wat een regelrecht misbruik is van de EU-middelen. Boedapest lapt volgens de Commissie al meer dan tien jaar lang herhaalde klachten aan zijn laars, zonder dat er enig zicht is op een verbetering of herstel van de democratische pijlers die stevig werden aangetast.
(evb)