In de Europese Unie zijn vorig jaar 9,942 miljoen nieuwe personenwagens ingeschreven. Dat waren er ruim 3 miljoen minder, of -23,7 procent, dan in 2019. ‘De grootste daling in de vraag naar auto’s sinds het begin van de metingen’, zegt sectororganisatie ACEA dinsdag.
De coronacrisis, met haar lockdowns en andere beperkende maatregelen, had volgens ACEA ‘een ongeziene impact’ op de autoverkoop. In alle 27 EU-lidstaten was er een daling met dubbele cijfers. De sterkste dalingen waren er in Kroatië (-42,8 procent), Bulgarije (-36,8 procent), Portugal (-35 procent) en Spanje (-32,3 procent). In de grootste automarkt van de EU, Duitsland, daalde de autoverkoop met 19,1 procent.
Ook België deed het iets beter dan het EU-gemiddelde. Er werden vorig jaar in ons land 431.491 nieuwe personenwagens ingeschreven. Dat waren er bijna 120.000 – ruim een vijfde – minder dan in 2019. De Duitse VW-groep (met merken als Volkswagen, Skoda, Audi, Seat en Porsche) bleef vorig jaar de marktleider. De verkoop daalde wel met 21,6 procent (tot 2,55 miljoen verkochte wagens in de EU), maar het marktaandeel steeg van 24,9 procent in 2019 naar 25,6 procent vorig jaar.
Daarna volgen de PSA-groep (Peugeot, Citroën …) met een marktaandeel van 15,2 procent, en de Renault-groep (met ook Dacia en Lada) met een marktaandeel van 11,5 procent in de Europese Unie.