Tijdens de maand juni zijn in Europa ruim 1,13 miljoen wagens verkocht. Dat betekende een daling met 24,1 procent tegenover dezelfde periode vorig jaar. Dat blijkt uit cijfers van de European Auto Industry Association (Acea) over de autoverkoop in de Europese Unie, het Verenigd Koninkrijk en de European Free Trade Association (EFTA).

Tegenover de maand mei van dit jaar kon echter wel een verbetering worden gemeld. Toen was er immers nog sprake van een achteruitgang met 56,8 procent.

De verbetering moet volgens de sectororganisatie worden toegeschreven aan de versoepeling van de lockdown-maatregelen in vele Europese landen. In de Europese Unie was er sprake van een daling met 22,3 procent tot 949.722 exemplaren.

Frankrijk

Het rapport wijst erop dat nagenoeg alle Europese automarkten tegenover juni vorig jaar een achteruitgang moesten registreren. De enige uitzondering daarop was Frankrijk, waar de verkopen met 1,2 procent toenamen. Dat is te wijten aan incentives van de Franse overheid om de verkoop van milieuvriendelijke wagens te promoten. Die maatregelen werden begin mei geïntroduceerd.

In Duitsland, de grootste automarkt van Europa, moest echter nog altijd een daling van 32,3 procent worden gemeld. Nog zwaarder waren de resultaten in Portugal en Spanje, waar de verkopen met respectievelijk 56,2 procent en 36,7 procent achteruit gingen.

De Duitse autobouwer Volkswagen moest een verkoopdaling van 25,9 procent noteren. De Franse concerns Renault en PSA Group boekten een respectievelijke achteruitgang van 16,3 procent en 29,6 procent. Ook de constructeurs van luxewagens dienden nog altijd een achteruitgang te melden. Bij BMW vielen de verkopen met 26,3 procent terug. Concurrent Daimler boekte een achteruitgang mt 19,2 procent.

Over de eerste zes maanden van dit jaar moet de sector nog een inkrimping met 39,5 procent melden tegenover de eerste helft vorig jaar. De coronacrisis liet zich immers ook al op het einde van het eerste kwartaal van dit jaar voelen.