Deze week startten 3 van de initiële oprichters van de European Super League een proces tegen de UEFA, die zij beschuldigen van marktdominantie. De kans dat ze dit proces winnen is behoorlijk. Dat kan betekenen dat het idee van een concurrent van de Champions league terug zal leven. De topclubs blijven immers koortsachtig zoeken naar een permanent rendabel model, zoals de NBA er één is in de Verenigde Staten.
Je herinnert je ongetwijfeld nog de hetze die ontstond toen 12 grote clubs, 3 uit Spanje, 3 uit Italië en 6 uit Engeland in april 2021 aankondigden dat ze een gesloten liga wensten te lanceren met twintig clubs waarvan er 15 nooit zouden kunnen degraderen. Dit was een rechtstreekse aanval op de Champions League. Het idee bleek wel heel zwak uitgewerkt en bovendien werd het zeer onhandig gecommuniceerd. Niet alleen de UEFA, maar ook de fans, vooral in Engeland, reageerden furieus. De plannen werden in de ijskast gelegd.
Opvallend was toen dat het zo verguisde UEFA ineens de beschermer was geworden van het voetbal.

UEFA als monopolist
Maar het idee is niet dood. Deze week spanden 3 van de initiële oprichters een proces aan tegen UEFA bij het Europese Hof Van Justitie. Deze beschuldigen de UEFA van een dominante marktpositie.
De Europese voetbalbond is immers regulator maar tegelijkertijd ook organisator. Zij kan dus beletten dat alternatieve competities worden opgericht, wat tegen het mededingingsrecht is. De Europese Commissie volgt de clubs daar trouwens in. De clubs moeten het recht hebben om een alternatieve competitie te lanceren. Dit betekent nog niet dat de uitspraak in het voordeel van de clubs zal uitdraaien – de beslissing wordt in januari verwacht – maar dat is toch al een begin.
Veel omzet
Waar dromen die eigenaars dan van? Als je alles op een rijtje zet, willen ze eigenlijk ervoor zorgen dat hun resultatenrekening klopt. Er is genoeg geld in het voetbal. Alleen maken de topclubs in Europa echt weinig winst, als ze al rendabel zijn.
Alleen zijn de lonen van de spelers zo hoog en is de winmaximalisatie zo hoog – er moet gewonnen worden – dat er uiteindelijk niet zoveel onderaan de streep overblijft. Vooral de Amerikaanse eigenaars van de Engelse clubs en de Spaanse en Italiaanse families achter de zuiderse topclubs willen meer zekerheid. De sjeiks en de oligarchen liggen er veel minder wakker van.
Maar weinig winst
De rijkste competitie in Europa is met voorsprong de Premier League. Uit de analyse van de resultatenrekeningen van de Engelse profclubs blijkt echter dat er weinig winst over blijft. In de periode tussen het seizoen 2010/2011 en 2019/2020 maakten slechts 3 clubs gecumuleerd winst. Op een indrukwekkende omzet van 41 miljard pond maakten zij collectief over die 10 seizoenen samen 3,1 miljard pond verlies. In het seizoen 2019/2020 alleen maakten de Engelse clubs samen een verlies van één miljard pond.
Van winmaximalisatie naar winstmaximalisatie
In de NBA, de belangrijkste competitie van de VS was élke basketbalclub rendabel aan het einde van het pandemiejaar 2020. In 2011 maakten nog tweeëntwintig van de dertig clubs verlies, totdat de clubs een aantal nieuwe afspraken maakten.
De clubs maakten nieuwe akkoorden over een salarisplafond. Om de competitie spannend te houden, krijgen de zwakste clubs recht op de beste spelers die uit de jeugd naar voren komen. ‘Last but not least’ werden de mediarechten gelijk verdeeld tussen ALLE clubs die meedoen in de gesloten competitie.
De eigenaardigheden van de NBA
Verder opereert de NBA als een franchisemodel. Dat betekent dat er een exclusiviteit is qua territorium en dat deze franchise ook kan verkocht worden, zelfs aan een nieuwe eigenaar in een andere stad. Concreet betekent dit de kans klein is dat er twee clubs in dezelfde stad zijn. Manchester United en Manchester City samen zou in de NBA maar moeilijk kunnen. Meerdere Londense clubs (op dit moment maar liefst 7) die allemaal in de Premier League uitkomen al helemaal niet.
De enige uitzonderingen in de NBA zijn de Los Angeles Clippers en de Los Angeles Lakers en de New Yorkse clubs New York Knicks en Brooklyn Nets, maar ook daar is al lang discussie rond in de Noord-Amerikaanse basketbalcompetitie.
In het Amerikaanse systeem is het zelfs perfect mogelijk dat een traditieclub als Manchester United verkocht wordt en ergens anders neergeplant wordt. Dat gebeurde in de NBA bijvoorbeeld met de Seattle SuperSonics in 2008. Die werden verkocht en na 41 jaar verhuisd naar Oklahoma City, tot frustratie van der fanatieke fans van de club.
De verkoop van een franchise is natuurlijk vandaag niet aan de orde in het voetbal. Daarvoor is de fanbasis te lokaal verankerd in Europa. En toch is dit ook relatief. Manchester United zou 650 miljoen fans hebben volgens de club terwijl er in Manchester maar 2,8 miljoen mensen wonen. De European Super League zou vrij kunnen zijn om wereldwijd wedstrijden te spelen zoals de Formule 1.
Club Brugge begrijpt waarom
Vandaag is de Champions League al een verkapte vorm van de Super League waar de grote clubs dankzij de ‘historische coëfficiënt’ van hun nationale competitie ervoor zorgen dat ze niet gemakkelijk hun plaats verliezen in het Europese toernooi. Dat is bijvoorbeeld de reden waarom, vanaf het seizoen 2023, geen enkele Belgische ploeg rechtstreeks zal geplaatst zijn. De resultaten van alle Belgische clubs samen waren de laatste jaren namelijk te zwak.
De mogelijkheid dat een topclub er echter te vroeg uitvliegt, is nog altijd reëel. Spannend voor de competitie, maar minder voor die topclub. Deze clubs houden niet echt van de onzekerheid van de uitslag: de ‘uncertainty of outcome’, afgekort UOO. Als je bijvoorbeeld Club Brugge bent, is de kans reëel dat je in 2023 niet kan deelnemen aan de competitie, toch bij verlies in de voorronde. Dat betekent dat ze geen recht meer hebben op zo’n 35 miljoen euro die deelnemende clubs verdienen in de Champions League. Dat zorgt voor veel onzekerheid in het financieel beleid, zeker als het gaat om de absolute topclubs.
De topclubs vertrouwen elkaar niet echt
Het is één ding om jaloers naar het Amerikaanse model te kijken, het is een ander om dit uit te voeren. De Financial Fair Play regels die door Manchester City en PSG met de voeten zijn getreden, geven aan dat de grote clubs elkaar niet echt vertrouwen. Je merkte het toen de Engelse clubs onmiddellijk de handdoek in de ring gooiden bij de aankondiging vorig jaar.
De groeiende Premier League
De kans dat de Super League er de eerstvolgende jaren komt, is zeer beperkt. De topclubs zullen wel blijven zoeken. Wie weet komt er een dag dat de grootste clubs van continentaal Europa zich in een competitie verenigen – Brexit indachtig – omdat de Premier League eigenlijk een schitterende job heeft gedaan om zichzelf wereldwijd als allerbeste voetballiga te vermarkten. Dat zou een verrassing zijn, naar zeker niet onlogisch. Anders kan het wel eens zijn dat de afstand tot de clubs uit de andere Big 5-competities te groot wordt.
Voor corona genereerde de Engelse competitie meer opbrengsten dan de Spaanse en Italiaanse competitie samen. De Premier League kon rekenen op 5,8 miljard euro terwijl La Liga het moest stellen met 3,3 miljard euro en Serie A met 2,5 miljard euro moest rondkomen. De Franse competitie kreeg maar 1,9 miljard euro binnen. De Bundesliga bracht 3,4 miljard euro op. Dit zijn zeer grote verschillen als je de toplonen wil blijven betalen die de beste spelers eisen.
Xavier Verellen is auteur en ondernemer. Zijn recente boek Topsporters zijn CEO’s, dat aantoont dat leiderschap het verschil maakt tussen kampioenen en superkampioenen, is te koop in de Standaard Boekhandel of online via https://topsporterszijnceos.businessam.be/