De Europese Centrale Bank heeft tijdens de laatste monetaire beleidsvergadering de rente sneller verhoogd dan verwacht, om te laten zien dat ze in staat is om te reageren op een sneller dan verwachte stijging van de inflatie. Dat bleek donderdag uit de notulen van de vergadering van 20 en 21 juli.
De duidelijkheid van een sterker dan verwachte renteverhoging was belangrijker dan de onzekerheid van een rentestap die niet was ingecalculeerd door de markt. Bovendien maakte de renteverhoging met 50 basispunten in plaats van 25 basispunten in één klap een einde aan de negatieve beleidsrente, die in het huidige inflatieklimaat bepaald niet meer op zijn plaats was, volgens de centrale bank.
Voor de komende vergaderingen, te beginnen met die in september, werden de vooruitwijzingen losgelaten en zullen de rentebesluiten per vergadering worden gebaseerd op de beschikbare data.
Over het tempo van de komende renteverhogingen lieten de notulen zich niet uit, maar ze benadrukten wel dat de eerste stap van 50 basispunten een relatief zwaar gewicht aan het begin van de cyclus van renteverhogingen legde, om snel de negatieve rentes te verlaten.
Hoge inflatie
De deelnemers concludeerden dat zowel voor de korte al voor de middellange termijn de inflatierisico’s duidelijk aan de bovenkant lagen. Afnemende vraag van consumenten door de verwachte economische recessie kan de prijsdruk wel verlagen, maar bij aanhoudend hoge aardgasprijzen hoeft dat dempende effect er niet te zijn, werd opgemerkt.
De economen van de centrale bank observeerden dat de markt op het moment van de vergadering een kans van 15 procent hadden ingeprijsd dat de inflatie gedurende vijf jaar hoger dan 4 procent zal zijn. Van de professionele voorspellers rekent inmiddels bijna 20 procent op een inflatie die voor een langere termijn boven 2,5 procent blijft.
Ankers
Voor de centrale bankiers is het erg belangrijk dat de markt blijft geloven dat de inflatie op de lange termijn weer terugkeert naar de doelstelling van circa 2 procent die de centrale bank nastreeft. Als de inflatieverwachtingen op lange termijn “los van hun ankers” komen, kan het heel moeilijk zijn om die weer te verankeren, leerde de ervaring van de monetaire beleidsmakers.