Oorspronkelijk was de Europese Commissie van plan alleen elektrische voertuigen vanaf 2035 toe te staan. Maar onder druk van Duitsland heeft ze een uitzondering gemaakt voor verbrandingsmotoren die op synthetische brandstoffen draaien. Na maanden van overweging lijkt ze nu te hebben besloten wat echt een “e-fuel” is.
E-fuel: Europese Commissie lijkt te hebben besloten wat “koolstofneutrale brandstof” is, en dat zal Duitsland opnieuw boos maken.

Waarom is dit belangrijk?
Elektrische voertuigen zijn al verre van perfect als het gaat om de uitstoot van broeikasgassen (BKG). Hoewel ze geen uitstoot hebben tijdens het gebruik, genereert het productieproces, met name van hun batterijen, onvermijdelijk uitstoot. Dit nog los van de emissies die worden geproduceerd om de elektriciteit te genereren die ze aandrijft. Milieuorganisaties, die dus al niet volledig tevreden zijn met elektrische voertuigen, houden nauwlettend in de gaten wat als "e-brandstof" zal worden beschouwd. Wat betreft de auto-industrie, zij hoopt op maximale flexibiliteit.In het nieuws: een ontwerprapport van de Commissie over e-brandstoffen.
- Op vrijdag meldt Euractiv dat ze de hand hebben weten te leggen op een intern document van de Europese Commissie. Dit document bepaalt de definitie die moet worden gebruikt voor synthetische brandstoffen.
- Naar het schijnt zal de meest radicale oplossing op tafel worden gelegd.
Wat waren de twee belangrijkste opties?
De details: debat binnen de Commissie.
- Er woedt al maandenlang een strijd binnen de Commissie. Niet iedereen is het eens over de definitie van e-brandstoffen – “koolstofneutraal” – die vanaf 2035 de enige toegelaten brandstoffen naast elektrische voertuigen in de EU moeten zijn.
- Aan de ene kant wil de Directie-Generaal voor Interne Markt (DG GROW) dat deze synthetische brandstoffen de BKG-uitstoot met 70% verminderen ten opzichte van fossiele brandstoffen.
- Aan de andere kant vindt de Directie-Generaal voor Klimaatactie (DG CLIMA) dat er een radicalere aanpak nodig is. Ze eisen een vermindering van 100% van de BKG-uitstoot voor deze e-brandstoffen.
- Volgens het document dat door Euractiv is geraadpleegd, heeft de Commissie gekozen voor de tweede optie. Om in aanmerking te komen, zouden e-brandstoffen een totale koolstofneutraliteit van 100% moeten kunnen garanderen.
Duitsland zal nog steeds niet tevreden zijn
Uitgelegd: dit zal niet bij iedereen in de smaak vallen.
- Deze beslissing, die natuurlijk nog officieel moet worden bevestigd, zou de milieuorganisaties moeten bevallen. Ze vreesden dat het kiezen voor de “70% reductie” definitie voor voertuigen die “koolstofneutraal” zouden moeten zijn, een gevaarlijk precedent zou scheppen. Merk op dat ze deze optie eerder als een “noodzakelijk kwaad” beschouwen, aangezien ze over het algemeen tegen synthetische brandstoffen zijn.
- Aan de andere kant zal deze “radicale” oplossing naar verwachting niet in de smaak vallen bij Duitsland. Naast het feit dat ze verantwoordelijk zijn voor het introduceren van deze uitzondering, zijn ze ook tegen een verplichte reductie van 100% van de BKG-uitstoot. Hun minister van Verkeer, de liberaal Volker Wissing, pleitte vorige week nog voor “praktische oplossingen”.
- De productie van e-brandstof vereist een grote hoeveelheid elektriciteit, uiteraard afkomstig van hernieuwbare bronnen, en niet zomaar van elke bron. Producenten moeten dus een “extra” capaciteit voor groene elektriciteitsproductie naast hun e-brandstofproductievestigingen bouwen, om te voorkomen dat ze alle groene elektriciteit monopoliseren die parallel wordt geproduceerd voor andere toepassingen.
- Bovendien, zoals Euractiv uitlegt, moet het proces gebruik maken van een technologie genaamd “Direct Air Capture” om de uitstoot die wordt gegenereerd bij de verbranding van e-brandstof in de motor te compenseren. Voor producenten van e-brandstoffen is het technisch gezien onmogelijk om aan deze normen te voldoen en een reductie van 100% van de BKG-uitstoot te bereiken. Ze hebben zich dus achter de “praktische oplossing” geschaard die door Duitsland wordt gesteund.
Volgende maand zal er een vergadering plaatsvinden tussen verantwoordelijken van de lidstaten om de voorstellen van de Commissie te bespreken – deze kunnen nog steeds worden gewijzigd.