In het afval van bananenplantages kan mogelijk een interessant verpakkingsmateriaal schuil gaan. Dat zeggen wetenschappers aan de University of New South Wales in Sydney.
Het afval bevat mogelijk geschikte grondstoffen voor biologisch afbreekbaar plastic en kan een oplossing voor problemen met industrieel afval aanreiken.
Bron van cellulose
‘De bananenteelt produceert grote hoeveelheden organisch afval,’ benadrukt onderzoeksleider Jayashree Arcot, professor scheikunde aan de University of New South Wales. ‘Slechts 12 procent van de plant wordt gebruikt.’
‘Een gedeelte van het restproduct gaat naar de textielindustrie of eindigt als compost. Het merendeel van het afval wordt echter weggegooid. Analyses wezen nochtans uit dat dit restproduct een belangrijke bron van cellulose zou kunnen zijn.’
‘Onder meer verpakkingen, papierproducten en textiel maken van cellulose gebruik. Het product kent zelfs in de medische sector – onder meer bij wondgenezing en medicijnafgifte – interessante toepassingen.’
Voedselverpakkingen
De verwerking van het afval kan volgens professor Arcot uiteindelijk leiden tot een fijn poeder, dat bestanddelen zou kunnen leveren voor een materiaal van hoge kwaliteit met een brede waaier toepassingen.
‘Het product kan onder meer de basis vormen voor de fabricage van voedselverpakkingen voor eenmalig gebruik, die nu massaal op de vuilnisbelt belanden,’ zegt de wetenschapster.
‘Maar het is ook mogelijk om boodschappentassen te vervaardigen. Het materiaal is niet alleen biologisch afbreekbaar en recycleerbaar, maar creëert ook geen enkel toxisch risico.’
Inkomstenbron voor telers
‘In principe kan elke plant cellulose afleveren,’ erkent professor Arcot. ‘Bananen hebben echter een beduidend hoger cellulose-gehalte dan vele andere planten.’
Die hogere concentraties kunnen volgens de onderzoekers aan de bananentelers een bijkomende inkomstenbron aanreiken. Op die manier kunnen volgens de wetenschappers bovendien zowel de landbouw als de verpakkingsindustrie hun duurzaam karakter gevoelig versterken.
