• Ardies legt uit: “De nieuwe modelcontracten die Delhaize nu voorstelt, zijn op verschillende vlakken veel minder gunstig voor zelfstandige ondernemers. Vroeger hadden zij de commerciële vrijheid om voor hun verse assortimenten zelf een aantal leveranciers aan te spreken. In de nieuwe contracten moeten zij passeren langs Delhaize. Een stukje van de marge blijft hangen bij Delhaize en de winstgevendheid wordt minder aantrekkelijk voor franchisenemers.”
• “Ook op andere vlakken worden de contracten minder gunstig, zoals bijvoorbeeld de niet-concurrentiebeding. Die maakt dat als de duurtijd van het contract met Delhaize ten einde loopt, men als franchisenemer tot een jaar na het einde zijn deuren gesloten houden. Hij heeft niet meer het recht om dat handelspand ten gelde te maken.”

Geen lasten, wel lusten voor Delhaize

• “Het grote probleem met de meeste franchisecontracten is dat er geen enkele onderhandelingsvrijheid is. Een aantal clausules stemmen allesbehalve overeen met wat je zou kunnen verwachten van een samenwerkingsvorm met zelfstandige ondernemers. Als het handelspand in eigendom is van een zelfstandige ondernemer, is dat uiteindelijk ook zijn pensioen op het einde van de rit. Bij de contracten die we nu zien, wordt dat onmogelijk gemaakt.”
• “Als Delhaize kiest voor zelfstandige ondernemers, moet het de zelfstandigen de commerciële vrijheid laten om zich lokaal aan te kunnen passen aan de klant. Het moet ook de zelfstandig ondernemer de mogelijkheid laten om een behoorlijke return on investment te kunnen creëren voor de investeringen die hij heeft gedaan. Het kan onmogelijk zo zijn dat Delhaize de lasten doorschuift naar zelfstandige ondernemers en alle lusten voor zichzelf houdt”, concludeert Ardies.