De terreuraanval van Hamas op 7 oktober heeft velen van ons ontdaan van onze vooropgezette ideeën over de voorwaarden voor vrede in het Midden-Oosten en de rest van de wereld. We zijn nog steeds aan het bekomen van de verschrikkingen van die dag. Bij het lanceren van de aanval overwon Hamas met gemak de hoogtechnologische grensbarrières van Israël zonder enige georganiseerde weerstand te ondervinden. De militanten waren in staat om ruim twaalfhonderd Israëli’s (voornamelijk burgers) af te slachten en ruim tweehonderd gijzelaars mee terug te nemen naar Gaza – waarbij een groot deel van het bloedbad werd uitgezonden op sociale media.
Hoe kon dit gebeuren?
Met het sterkste leger en de beste inlichtingendiensten in het Midden-Oosten volgt Israël vermoedelijk alle terroristische activiteiten en bedreigingen aan beide kanten van zijn grenzen. Toch werd het land overrompeld door een groep die uitsluitend opereerde vanuit de geïsoleerde en nauwlettend in de gaten gehouden enclave Gaza.
De gebeurtenissen van 7 oktober hebben veel illusies aan diggelen geslagen. Zowel externe waarnemers als betrokkenen waren gaan geloven dat het decennialange conflict tussen Israël en de Palestijnen onoplosbaar en dus alleen beheersbaar was. De nieuwe hoop was dat Israël vrede kon sluiten en diplomatieke betrekkingen kon aanknopen met de Arabische buurlanden, zonder de Palestijnse kwestie op te lossen of er zelfs maar aandacht aan te schenken. Vrede in het Midden-Oosten zou bereikt worden zonder de Palestijnen erbij te betrekken of een Palestijnse staat op te richten. We weten nu dat dit een illusoir doel was.
De opties om het conflict te beëindigen zijn nauwelijks veranderd
In 1947, toen het Britse Mandaat voor Palestina ten einde liep, nam de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties resolutie 181 aan, die het gebied in twee staten wilde verdelen – een joodse en een Arabische. Maar zodra Israël in 1948 de onafhankelijkheid uitriep, vielen vijf Arabische buurlanden binnen en begonnen een oorlog die tot op de dag van vandaag in de een of andere vorm voortduurt.
De opties om het conflict te beëindigen zijn nauwelijks veranderd. In theorie zou één partij kunnen zegevieren door al het land tussen de Jordaan en de Middellandse Zee te veroveren en de verslagen partij te verdrijven. Maar dat zou de internationale gemeenschap in de eenentwintigste eeuw nooit goedkeuren. De enige optie is dus dat beide partijen een compromis accepteren door twee staten te stichten met nauwe economische banden – precies zoals de meerderheid van de VN driekwart eeuw geleden voor ogen had.
De tweestatenoptie bestaat al decennia
Sinds 7 oktober is deze bijna vergeten tweestatenoplossing weer opgedoken in debatten over het beëindigen van de huidige oorlog in Gaza en het voor eens en voor altijd oplossen van het schijnbaar eeuwigdurende – en altijd bloedige – conflict in de regio. Maar is deze hernieuwde belangstelling slechts een uiting van wanhoop in het zicht van een onoverkomelijk dilemma, of is het een serieuze toezegging om de enige – zij het uiterst moeilijke – oplossing na te streven?
De tweestatenoptie werd voor het laatst serieus behandeld direct na de Oslo-akkoorden in het begin van de jaren negentig, toen velen dachten dat het misschien binnen handbereik was. Maar dat moment eindigde abrupt met de moordaanslag op de Israëlische premier Yitzhak Rabin door een rechtse Israëlische nationalist in 1995. Hoewel er een poging werd gedaan om de Oslo-routekaart te redden, bleef er slechts een schaduw van over. Nadat de voorzitter van de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie, Yasser Arafat, de historische fout beging te geloven dat hij Israël op de knieën kon krijgen met een terreurcampagne – de Tweede Intifada – was het proces ten dode opgeschreven.
Een tragische herinnering aan wat had kunnen zijn
Sindsdien is het Oslo-proces niets anders dan een tragische herinnering aan wat had kunnen zijn. De oplossing die het ooit bood, lijkt nu verder weg dan ooit. Onder het gewicht van terreur en bezetting, en voortgestuwd door extreme groeperingen binnen de eigen gelederen, zijn beide partijen steeds meer opgeschoven in de richting van geweld en confrontatie – met als climax het afschuwelijke bloedbad onder Israëlische burgers op 7 oktober.
Hoe zou een tweestatenoplossing nu kunnen werken? Om te beginnen zouden beide partijen elkaars legitieme eisen moeten accepteren. Van Israël kan niet worden gevraagd compromissen te sluiten over zijn veiligheid; en van de Palestijnen kan niet worden verwacht dat ze afzien van een onafhankelijke staat binnen veilige grenzen, of dat ze accepteren dat Israëlische kolonisten land in beslag nemen op de Westelijke Jordaanoever.
Na de oorlog…
Zodra de oorlog in Gaza voorbij is, zijn de meest dringende taken het ontwikkelen van nieuwe parameters voor een nieuw leven ingeblazen vredesproces, het hervormen van de disfunctionele Palestijnse Nationale Autoriteit en het herschikken van het Israëlische leiderschap. Als de extreemrechtse regering van de Israëlische premier Binyamin Netanyahu aanblijft, zal elke poging om het vredesproces weer op gang te brengen bij voorbaat kansloos zijn.
Bovendien zal een hernieuwd vredesproces massale militaire, politieke en financiële hulp van een geloofwaardige externe partij nodig hebben. Maar aangezien de regio en de wereld radicaal zijn veranderd sinds de Oslo-dagen, kan het Westen (de Verenigde Staten en de Europese Unie) die taak niet langer alleen aan. Ook China zal erbij betrokken moeten worden. Zonder deze bredere constellatie van bemiddelaars zal het niet mogelijk zijn om Irans netwerk van radicale, op terreur gebaseerde ‘afwijzers’ in de hele regio te neutraliseren.
Alleen met nieuwe ideeën, nieuwe mensen, een wederzijdse bereidheid tot vreedzame compromissen en een nieuwe ‘externe partij’ die de huidige geopolitieke realiteit weerspiegelt, zal de droom van vrede in het Midden-Oosten een nieuwe kans krijgen. 7 oktober toonde aan dat de status quo in het Midden-Oosten even gevaarlijk als onhoudbaar is. Het conflict kan nog elk moment escaleren, met verschrikkelijke gevolgen voor de hele wereld. Vrede tussen Israël en de Palestijnen is niet alleen een verheven diplomatiek vergezicht. Omwille van de wereldvrede en stabiliteit in de eenentwintigste eeuw is het een praktische politieke noodzaak.
De auteur Joschka Fischer, Duitslands minister van Buitenlandse Zaken en vicekanselier van 1998 tot 2005, was bijna twintig jaar lang een leider van de Duitse Groenen.
© Project Syndicate, 2023
www.projetc-syndicate.org