Een studie gebaseerd op statistieken van de Wereldbank en de Wereldgezondheidsorganisatie geeft aan dat gepensioneerden het best af zijn in Noord-Europa. De studie keek naar verschillende criteria zoals levensverwachting, belastingdruk, leefmilieu en pensioenfinanciering in honderdvijftig verschillende landen. Hieronder volgt de top tien van de beste landen om op pensioen te gaan.
10. Nieuw-Zeeland
Slechts twee landen in de top tien liggen niet in Noord-Europa en Nieuw-Zeeland is één van die uitzonderingen. Naast de bloeiende economie in het land, de groeiende inkomensgelijkheid en de goede gezondheidszorg, heeft dat vooral te maken met het programma KiwiSaver, dat werknemers aanmoedigt hun pensioen te plannen en door spaarprojecten op te bouwen.
9. Duitsland
Een bloeiende economie, een kleine inkomensongelijkheid en een relatief hoog gemiddeld inkomen zorgen ervoor dat Duitsland nog net de top tien haalt. De Duitse gezondheidszorg krijgt eveneens erg goede punten en haalt een tweede plaats, weliswaar na Oostenrijk, maar voor Frankrijk.
8. Oostenrijk
Het beste gezondheidssysteem ter wereld bevindt zich al voor het derde jaar op rij in Oostenrijk. Door de licht krimpende economie zakt het land in de top tien tegenover vorig jaar echter van een derde naar een achtste plaats. Dat heeft alles te maken met de noodlening die Oostenrijk vorig jaar aan zijn banksector moest geven en de bezuinigingen die daarop volgden.
7. Denemarken
Net zoals andere Scandinavische landen is er maar één punt echt negatief voor gepensioneerden in Denemarken. Er heerst immers een hoge belastingdruk, maar in ruil daarvoor krijgen de Denen echter wel een bijzonder goede gezondheidszorg en kent het land relatief weinig inkomensongelijkheid. Bovendien kent Denemarken ook een hoog gemiddeld inkomen.
6. Zweden
Ook Zweden wordt met een hoge belastingdruk geconfronteerd. Het bijzonder zuivere leefmilieu krijgt echter bijzonder goede punten. Verder zijn de Zweden relatief rijk en is er niet veel ongelijkheid.
5. Nederland
Een stijging van maar liefst acht plaatsen tegenover vorig jaar maakt dat Nederland op een vijfde positie uitkomt. De verklaring voor de stijging ligt vooral bij de hogere intrestvoeten, waardoor ook het pensioensparen meer opbrengt. Verder heeft Nederland een goede gezondheidszorg en een hoge materiële welstand.
4. IJsland
Ook IJsland zag zijn intrestvoeten verhogen, wat pensioensparen dus interessanter maakt. Ook is de IJslandse banksector sinds de woelige crisisjaren terug gestabiliseerd, wat een positieve invloed heeft op de pensioenzekerheid.
3. Australië
Net zoals kleine buur Nieuw-Zeeland kent ook Australië met de zogenaamde Superannuation Guarantee een nationaal pensioen-spaarprogramma. Het systeem bestaat uit een verplichte en een vrijwillige pijler en werkt volgens het rapport bijzonder goed. De Australische economie doet het ook behoorlijk goed. Er is weinig werkloosheid, een lage inflatie en de staatsschulden blijven beperkt.
2. Noorwegen
Het hoogst geplaatste Scandinavische land in de rangschikking is Noorwegen. Dat dankt het land aan een universeel gezondheidszorgsysteem, een goede economie en een sterke inkomensgelijkheid. Bovendien kon de overheid de Noorse staatsschuld terugdringen, een operatie waarin de voorbije jaren slechts heel weinig andere landen slaagden. De materiële welstand is hoog en wordt ook goed verdeeld.
1. Zwitserland
Op de eerste plaats eindigt met Zwitserland één van de rijkste naties ter wereld. Zwitserland biedt gepensioneerden dan ook een hoge materiële welstand, een universele gezondheidszorg en een verplicht spaarsysteem voor de opbouw van een goed pensioen. Dankzij de sterker wordende Zwitserse frank hebben gepensioneerden het er ook gemakkelijker gekregen om van hun spaargeld te leven.