Enkele getuigenissen van mensen die als contactonderzoeker werkten om coronabesmettingen in kaart te brengen, schilderen een wraakroepend beeld van het systeem van contacttracing.
Op Radio 1 had zo’n medewerker het erover dat hij na zes weken nog geen login had ‘en eigenlijk alleen de krant kon lezen’ op z’n werk.
Op ‘VTM Nieuws’ stelde een ex-contactonderzoeker zelfs dat ‘er zo weinig werk was dat men tussendoor naar Netflix zat te kijken‘.
Kinderziektes
Maar Wouter Beke, de Vlaamse minister van Welzijn, die bevoegd is voor de contacttracing, heeft het over ‘kinderziektes‘, en is er ‘geen indicatie van een systematisch probleem’. Hij maakt zich sterk dat ‘de grootste mankementen weggewerkt moeten worden’, zo verklaarde Beke in het Vlaams Parlement.
Daar was Hannes Anaf (sp.a) bijzonder kritisch voor die uitlatingen: ‘Dit zijn nog steeds kinderziektes, geen structureel probleem? Dat mensen na zes weken nog de krant lezen? Ja jongens …‘
‘De contactonderzoekers deden vorige week gemiddeld meer dan 200 telefoontjes per dag, met meer dan 1.000 op te sporen contacten’, zo stelde Beke nog.
Beke onder vuur
De CD&V-minister ligt onder vuur voor z’n aanpak. De contacttracing is de zoveelste vorm van kritiek die naar hem komt. Volgende week maandag moet hij voor de ad-hoccoronacommissie in het Vlaams Parlement verschijnen, om z’n aanpak van de crisis te verdedigen.
In de lokale pers doken zure oprispingen op van de achterban van Beke, ten opzichte van z’n partij CD&V en met name voorzitter Joachim Coens. Zo vindt men in Leopoldsburg, de thuisbasis van Beke, dat Coens niet genoeg steun geeft aan ‘hun’ minister: ‘Zoekt men een zondebok of is dit een afrekening binnen CD&V?’, vraagt de lokale CD&V-fractieleidster Katrien Ozeel zich af in Het Laatste Nieuws. Beke zelf suste meteen, ‘dat hij zich wel degelijk genoeg gesteund voelt door de partijtop’.