Beleggers kijken uit naar de beursgang van het Chinese fintechbedrijf Ant Group begin november. Die operatie is tekenend voor het lopende beursjaar, dat in sterke mate Chinees is getint. Dat blijkt uit cijfers van consulent Ernst & Young (EY).

Tijdens de eerste negen maanden van dit jaar werden wereldwijd ongeveer negenhonderd beursintroducties geregistreerd. De beurzen van Shanghai, Shenzhen en Hongkong namen daarbij 45 procent van de beursintroducties voor hun rekening.

Ant Group zou bij zijn beursgang een bedrag van 34,5 miljard dollar willen ophalen. Daarmee zou de Chinese onderneming het huidig record van 29,4 miljard dollar van Saudi Aramco, bijna een jaar geleden, breken.

Shanghai

De Shanghai Stock Exchange registreerde tijdens de eerste negen maanden van dit jaar 180 beursintroducties. De Amerikaanse technologiebeurs Nasdaq staat op een tweede plaats met 119 nieuwe noteringen, gevolgd door Shenzhen (115) en Hongkong (99).

De experts wijzen naar de inspanningen die China doet om beursintroducties in eigen land aan te moedigen. Tijdens de eerste negen maanden van dit jaar werden op de beurzen van Shanghai en Shenzhen meer dan 290 nieuw noteringen gemeld. Dat cijfer ligt al beduidend hoger dan vorig jaar over twaalf maanden.

De kapitaalmarkt is voor Chinese bedrijven een manier om nieuwe fondsen te verwerven zonder directe steun van de overheid. Bovendien wil China zijn bedrijven, onder meer door de promotie van Hongkong, stimuleren om een binnenlandse notering te verkiezen boven een beursgang in het buitenland.

De experts wijzen er daarbij wel op dat vele Chinese bedrijven ook nog altijd een notering aan een Amerikaanse beurs nastreven, ondanks de toenemende druk van de Amerikaanse regering om de financiële banden met China zoveel mogelijk te beperken.

Tijdens de eerste negen maanden van dit jaar namen al 23 Chinese ondernemingen een notering aan een Amerikaanse beurs. Daarmee vertegenwoordigen Chinese bedrijven de helft van alle nieuwe buitenlandse noteringen aan de Amerikaanse beurzen.

Onzekerheid

‘Vele Chinese bedrijven zoeken met een beursgang een vlucht uit de onzekerheid,’ verduidelijkt Winston Ma, een voormalig topman van de China Investment Corporation (CIC). Die onzekerheid heeft volgens Ma te maken met de heropstoot van de corona-pandemie en de grote economische en politieke druk.

Hij wijst er daarbij op dat bedrijven over de hele wereld uitkijken naar de presidentsverkiezingen in de Verenigde Staten volgende week, wat gevolgen zal hebben voor internationale aangelegenheden.

‘Chinese bedrijven zijn nog steeds enthousiast over de Amerikaanse markt vanwege zijn omvang en wereldwijde status,’ benadrukt Ma. ‘Maar naarmate de bedrijven langer op een beursgang wachten, verhoogt het risico dat ze op een Amerikaanse zwarte lijst terecht komen.’

‘Daardoor dreigen ze de toegang tot institutionele beleggers en investeringsbanken, die het wereldwijde introductieproces leiden, te verliezen.’