De Nationale Bank van België (NBB) heeft haar herfstrapport over het afgelopen jaar en de prognoses voor de komende jaren uitgebracht. De Belgische economie heeft goed standgehouden, met een arbeidsmarkt die solide blijft. Het probleem, zoals vaak wordt herhaald, zijn onze openbare financiën. Alle begrotingsinspanningen die door de Vivaldi-regering zijn geleverd, zijn onvoldoende gebleken.
- De afgelopen jaren hebben conjuncturele crises de openbare financiën ondermijnd. De gezondheids- en energiecrisis hebben het begrotingstekort doen stijgen, dat naar verwachting voor alle regeringen 4,3 procent zal bedragen in 2023 en 4,4 procent in 2024, aldus de Nationale Bank. Dit ligt ruim boven de Europese tolerantie van 3 procent, maar deze nieuwe schatting is “positiever” dan voorheen, juichte Alexia Bertrand (Open Vld), staatssecretaris voor Begroting. “Tot voor kort werd nog uitgegaan van een tekort van 5,2 procent in 2023 en 4,6 procent in 2024.”
- Dit is een zeer optimistische kijk op de zaken. België staat namelijk voor aanzienlijke structurele uitdagingen. Met de vergrijzing van de bevolking en de stijging van de rentetarieven zullen de komende regeringen jaarlijks een inspanning van 2 miljard euro moeten leveren, wat neerkomt op 10 miljard euro gedurende de volgende legislatuur, alleen al om het tekort stabiel te houden en te voorkomen dat het verslechtert.
- Bij ongewijzigd beleid zal ons tekort in 2026 opnieuw de 5 procent overschrijden, het hoogste tekort in de eurozone na Slowakije. Dit zou onze overheidsschuld doen stijgen tot bijna 110 procent, in plaats van de huidige 106 procent.
- Het is belangrijk om te benadrukken dat van alle landen met een schuld boven de 100 procent, België het enige land is waarvan wordt verwacht dat de schuld in de komende jaren zal toenemen.
- “Net zoals bij onze toetreding tot de eurozone zal er een algemene politieke mobilisatie van de federale overheid en de regio’s nodig zijn om het tekort te verminderen. Met een tekort van 5 procent stijgt de overheidsschuld met 2 procent per jaar. En dan stevenen we af op een muur,” merkte Pierre Wunsch, gouverneur van de Nationale Bank, vanochtend op bij La Première.
- Zal er een terugkeer zijn naar bezuinigingen, zoals linkse partijen en vakbonden overal roepen? “Nee, het zal een terugkeer naar strengheid zijn,” legt de gouverneur uit. “En die is noodzakelijk, we moeten reserves opbouwen om toekomstige crises het hoofd te bieden. Dat is goed beleid.”
- We moeten ook benadrukken dat onze overheidsuitgaven worden geschat op 55 procent van het bbp, het op een na hoogste uitgavenniveau in Europa, na Frankrijk. Het IMF schat dat we in de komende jaren de koploper zullen worden.
- Wat positiever is, is dat de groei in ons land stand heeft gehouden, gemiddeld 0,4 procent per kwartaal. Dit zou de jaarlijkse groei rond de 1,5 procent brengen. Dit is veel beter dan Duitsland, Nederland of Frankrijk. De NBB verwacht een soortgelijke groei van 1,3 procent in de komende jaren.
- Deze groei wordt gestuwd door de consumptie van de huishoudens, die op haar beurt wordt ondersteund door de automatische indexering van lonen. Dit heeft echter een keerzijde: het loonkostenverschil dat de afgelopen jaren in vergelijking met de buurlanden is opgelopen, 4 procent, zal niet worden gedicht vóór 2026. De loonkosten zijn gemiddeld met 7,5 procent gestegen in 2023. Deze stijging werd deels opgevangen door de winstmarges van bedrijven.
- Opvallend genoeg werd de groei ook gestimuleerd door investeringen van bedrijven “die blijkbaar niet op de hoogte zijn van de stijgende rentetarieven”, grapte Geert Langenus, hoofd van de conjunctuurafdeling bij de NBB, tijdens de presentatie van het rapport deze maandag. Deze investeringen werden mogelijk gemaakt door het “comfortabele kaspositie” van bedrijven in het algemeen. Bedrijven hebben voornamelijk geïnvesteerd in digitalisering, duurzame transitie en automatisering.
- Het andere goede nieuws betreft de inflatie. Deze was zelfs negatief deze herfst. Dit wordt voornamelijk verklaard door een mechanisch effect: vorig jaar bedroeg de inflatie in dezelfde periode meer dan 10 procent. Daarnaast heeft de enorme invloed van de energieprijzen, die sterk zijn gedaald in 2023, een rol gespeeld. De Nationale Bank bevestigt echter dat de inflatie naar verwachting tijdelijk weer zal stijgen in 2024, als gevolg van de technische gevolgen van het terugtrekken van energiesteunmaatregelen.
- Recentelijk schatte het Federaal Planbureau dat de inflatie in 2024 weer boven de 4,5 procent zal uitkomen, en dat deze over het hele volgende jaar 3,8 procent zal bedragen.
- Het laatste goede nieuws gaat over de arbeidsmarkt, die naar verwachting robuust zal blijven in de komende jaren. Gemiddeld zouden er de komende jaren 35.000 banen worden gecreëerd. Dit is ver verwijderd van de 100.000 extra banen in 2022, maar de werkloosheid blijft dalen, naar 5,6 procent in 2026, met een Vlaanderen dat volledige werkgelegenheid kent. Het keerzijde hiervan zijn echter de tekorten aan werknemers.
- Het vergrijzen van de bevolking zal de arbeidsmarkt nog meer onder druk zetten, structureel gezien: “We kunnen geen excuses meer hebben als we in sommige regio’s nog steeds hoge werkloosheidscijfers hebben,” wees Wunsch bepaalde Waalse provincies met de vinger. “Bedrijven smeken om personeel.” (cv)